Ok

En poursuivant votre navigation sur ce site, vous acceptez l'utilisation de cookies. Ces derniers assurent le bon fonctionnement de nos services. En savoir plus.

samedi, 01 janvier 2011

Franse politiek vreest Marine

Le-Pen-.jpg

Ex: http://www.trouw.nl/achtergrond/deverdieping/article33544...

Franse politiek vreest Marine

Marine Le Pen tijdens een optreden op 10 december in Lyon. De dochter van
Jean-Marie probeert al jaren een respectabele volkspartij te maken van het
FN. Een avondje Marine is tegenwoordig een familie-uitje.

Marine Le Pen heeft van het Front National een partij gemaakt waarvan de
gevestigde politiek erg onrustig wordt. De slechtheid van het Front spreekt
niet meer vanzelf.

Ma-rine président, Ma-rine président, Ma-rine président! Iedereen in de oude
bibliotheek van de universiteit van het Noord-Franse Lille staat, juicht,
klapt en scandeert haar naam. Sommigen hebben tranen in de ogen. Voor
sommige devote fans is Marine Le Pen een 21ste eeuwse Jeanne d’Arc die
Frankrijk komt redden. Redden van de immigratie, de islamisering, de
globalisering, het roofkapitalisme en de euro.

Een uur lang heeft ze gesproken, uit het hoofd, zonder hapering. Een speech
met veel vaart en af en toe een harde klap op het katheder. „Ha! een minaret
van 25 meter in Marseille! Eentje van 30 meter in Straatsburg! Wie biedt er
meer?”

De 42-jarige Marine, vanavond gekleed in een blauw jasje, spijkerbroek en
zwarte laarzen, probeert al jaren een respectabele volkspartij te maken van
het Front National. Dat betekent weg met de radicale elementen. En geen
woord meer over de jodenvervolging alstublieft. Al ’8293 keer’ heeft ze
gezegd dat ze hier ’een andere kijk’ op heeft dan vader Jean-Marie. Die
schatte het aantal vermoorde joden op ’honderdduizenden, misschien
miljoenen’ en twijfelde aan het bestaan van de gaskamers.

„Marine is modern, ze is een werkende, gescheiden moeder. En ze is
bijvoorbeeld niet tegen abortus”, zegt Fanny Pinat (29) enthousiast. „Ze
vindt alleen dat het ziekenfonds het niet moet vergoeden”, voegt de
secretaresse op een makelaarskantoor er aan toe.

Een avond Marine is een familie-uitje. Veel mensen zijn gekomen met hun
kinderen, soms met hun hond. Na afloop zijn er sandwiches met ham of kaas,
en bier en wijn. Skinheads zijn er niet, wel jonge mannen in blauwe T-shirts
met de tekst ’De jongens van de Marine’.

Marine toert langs alle partijafdelingen, ze is op campagne voor de strijd
om het leiderschap van het FN. Haar concurrent, holocaustrelativist en
japanoloog Bruno Gollnisch, heeft de steun van de traditionele katholieken
in de partij. Maar deze bedaagde zestiger lijkt kansloos tegen het geweld
van zijn concurrente, die alom tegenwoordig is in de media.

Enkele populaire talkshowhosts van de publieke omroep boycotten Marine nog,
maar steeds meer mensen vragen zich af waarom eigenlijk. De slechtheid van
het Front spreekt niet meer vanzelf.

Wat ook groeit: de onrust bij de rechtse regeringspartij UMP en de
socialistische PS, door Marine altijd op één hoop geveegd tot UMPS. Bij de
presidentsverkiezingen van 2007 leek de winnaar, Nicolas Sarkozy, het FN
voor langere tijd te hebben uitgeschakeld. Maar Marine’s ’Lepenisme met
airbag’ slaat aan: 17 procent overweegt op haar te stemmen bij de
presidentsverkiezingen van 2012. 27 procent van de kiezers oordeelt positief
over haar, een hogere score dan haar vader ooit kreeg. 43 procent vindt dat
zij een nuttige rol in de Franse politiek speelt.

Dankzij haar mag het Front hopen op een reprise van 21 april 2002: toen
bereikte vader tot grote schrik van alles en iedereen de tweede ronde van de
presidentsverkiezingen, ten koste van de linkse kandidaat Lionel Jospin.
Frankrijk mocht kiezen tussen Jacques Chirac en Le Pen en schaamde zich
diep. Nu wordt gespeculeerd over een ’omgekeerde 21e april’. Dat is een
scenario waarbij dit keer de kandidaat van rechts (president Sarkozy) de
eerste ronde niet overleeft.

Marine is moeilijker te bestrijden dan haar vader, een man die onbekommerd
sprak over de ongelijkheid van rassen. Een aanval op haar voorstel de
eurozone te verlaten blijft uit, omdat men haar geen podium wil geven dat
standpunt te verkondigen. En een poging het fascisme-spook tegen Marine in
stelling te brengen, omdat ze een groep moslims had vergeleken met
bezetters, faalde vorige week jammerlijk.

Marine doelde op gelovigen die bidden op de openbare weg. Dat gebeurt
bijvoorbeeld elke vrijdag in het Parijse 18e arrondissement. Een hele straat
wordt er voor afgezet, door de buurt schalt de oproep tot gebed door
luidsprekers die op de stoep staan. Vele honderden gelovigen in djellaba
rollen hun bidmatje uit op het asfalt. De praktijk wordt al jaren gedoogd.
„Er zijn mensen die erg graag over de oorlog praten”, zo leidde Marine haar
offensief in. „Nou, het spijt me hoor. Maar als je het over een bezetting
hebt, dan is dit er ook een. Een bezetting van een strookje territorium.
Natuurlijk, er zijn geen tanks, geen soldaten. Maar de omwonenden hebben er
wel erg veel last van.”

De ’UMPS’ liep met open ogen in de val. „Het masker is gevallen, zij is een
extremiste”, zo klonk het. En: „Stuitend, precies haar vader!” Maar de
verontwaardiging maakte weinig indruk: Vier op de tien Fransen steunen
Marine’s afkeer van het openluchtbidden.

Want ook al is de vergelijking buitensporig, het zit niemand lekker, die
bebaarde salafisten die beweren dat zij nergens anders terecht kunnen. Het
duurde niet lang of de polemiek draaide vooral om wat Marine had aangekaart.
Weldra ging het over de vraag hoe de Franse laïcité, de scheiding tussen
kerk en staat, in ziekenhuizen, bedrijven en scholen moet worden beschermd.

In Lille laat Marine zich deze overwinning goed smaken. „De socialisten
zeggen nu ook dat sommige gebieden vrij moeten zijn van religie. Maar als er
iets bevrijd moet worden, dan is er toch sprake van een bezetting, of niet?”

Marine fascineert de Fransen, net als haar vader. Hoe is het om een dochter
van de duivel zelf te zijn? En waarom eigenlijk treedt zij eigenlijk in zijn
voetsporen? Daarover vertelt zij in een verhelderend boek, ’À contre flots’,
Tegen de stroom in, dat in 2006 verscheen. Het opent met de spectaculaire
aanslag op de Parijse woning van de familie Le Pen in 1976, een actie van
anti-fascisten. Er vallen geen doden, maar de bom verwoest twaalf
appartementen van het gebouw volledig: „Het is een poppenhuis geworden, ik
heb vrij zicht op alle kamers.” De kamer van een baby van de buren wordt
weggeblazen, het stevig ingebakerde jongetje belandt vijf verdiepingen lager
in een boom en breekt alleen een armpje. Het matrasje zorgde voor een zachte
landing.

Zo ontdekt de achtjarige Marine dat haar vader aan politiek doet. In 1974 is
Jean-Marie presidentskandidaat voor het twee jaar eerder opgerichte FN. Het
is dan een splinter die onderdak biedt aan oud-collaborateurs, royalisten,
strenge katholieken en oud-leden van OAS, een club van officieren die zich
had verzet tegen de Algerijnse onafhankelijkheid. Le Pen haalt 0,75 procent
van de stemmen.

Door de aanslag wordt Marine zich bewust van het cordon sanitaire om haar
heen. Ze ziet hoe haar vader, die mensen kennelijk dood willen hebben, wordt
genegeerd door de autoriteiten. De daders zijn nooit gevonden en er is ook
nooit serieus naar gezocht, vermoedt ze. Voor de familie Le Pen en de andere
dakloze families, is er geen ’gymzaal die de gemeente ter beschikking stelt,
geen traumateam van psychologen’.

Vriendinnetjes mogen niet meer bij haar logeren. Te gevaarlijk, vinden hun
ouders. Op school krijgen de meisjes Le Pen te maken met zoveel
vijandelijkheid, dat haar zus Yann het vlak voor haar eindexamen voor gezien
houdt en naar de tropen vlucht. Marine gaat met buikpijn naar de lessen
geschiedenis en maatschappijleer, sessies die ’vaak uitdraaien op een
gelegenheid om mij duidelijk te maken dat ik verwekt was door een monster’.
De laïcité vergt niet alleen religieuze neutraliteit, brengt Marine in
herinnering, maar ook terughoudendheid op politiek gebied. Maar ’heel
gunstige uitzonderingen daargelaten’ verdringt men zich bijna om Marine te
vertellen hoe groot de afkeer van haar vader is. „Het was alsof ze er een
medaille mee konden verdienen.”

Toen zij rechten studeerde vond een docent het een aardig idee om de
veroordeling van haar vader wegens ’verheerlijking van oorlogsmisdaden’ in
1973 in een werkgroep te bestuderen. Le Pen had dit te danken aan zijn
platenuitgeverij die politieke toespraken en liederen uitbracht, waaronder
ook nazi-gezangen.

Toen ze advocaat werd, bleek dat geen kantoor iemand met haar achternaam
wilde hebben. Haar eerste huwelijk, waaruit drie kinderen voortkwamen,
mislukte voor een deel doordat ’het moeilijk is de man te zijn van de
dochter van Le Pen’. Uiteindelijk lukt het wel als advocaat, maar raakt ze
betrokken bij het Front. „De politiek is een virus, als je het hebt
opgelopen moet je er aan geloven”, schrijft ze daar over.

„Ze moest een keus maken”, zegt Caroline Fourest, een essayiste en
journaliste die werkt aan een biografie over Marine. „Ze kon zich de rest
van haar leven blijven schamen en alleen maar last hebben van haar naam. Of
ze kon de voordelen van de erfenis accepteren: een partij en een politiek
gevecht.”

Toen haar vader in 2005 de Duitse bezetting van Frankrijk omschreef als
’niet bijzonder inhumaan’, overwoog zij even te stoppen. Al haar arbeid om
de partij te ont-demoniseren leek voor niets te zijn geweest. Maar ze bleef.

Caroline Fourest vreest dat door haar succes bij andere partijen het niveau
daalt. „Het gevaar is dat het FN het zo goed doet dat rechts ook idiote
termen in het debat introduceert en dat links niets durft te zeggen.
Gelukkig probeert links hier te leren van fouten die zusterpartijen in
landen als Nederland hebben gemaakt. Ze hebben het voordeel dat ze zich
nooit echt bekend hebben tot het multiculturalisme en dat ze veel waarde
hechten aan de laïcité.”

Marine en Geert: anti-islam, sociaal tikje links

Marine Le Pen en Geert Wilders hebben dezelfde opvattingen over de islam. Le
Pen drukt zich alleen minder scherp uit dan Wilders. Marine’s vergelijking
van biddende moslims op straat met een bezettingsmacht was een eerste
boutade.

De PVV zou het liefste de bouw van nieuwe moskeeën stoppen, voor Le Pen is
een verbod op minaretten genoeg.

Zowel de PVV als het Front National (FN) heeft op sociaal gebied linkse
trekken en beide partijen willen het verlies van soevereiniteit herstellen.
Alleen gaat het FN hierin veel verder. Frankrijk moet de euro inruilen voor
de franc. Het FN wil ook snel de Schengen-zone verlaten zodat het de eigen
grenzen kan bewaken.

Le Pen vindt dat wie niet de Franse nationaliteit heeft geen aanspraak kan
maken op woningen of uitkeringen. Wilders onderschrijft dat.

Le Pen is voor herinvoering van de doodstraf, de PVV voor ‘echt levenslang’.

Les commentaires sont fermés.