Ons land zit weer eens in de impasse. Zelfs de meester-loodgieter Jean-Luc Dehaene is er niet in geslaagd de Gordiaanse knoop door te hakken. Er zal een Alexander de Grote moeten aan de pas komen. Tijd om een tekst van vorig jaar eens van stal te halen.
België is natuurlijk Zwitserland niet en zal dat ook nooit worden, maar het loont de moeite van er eens te gaan kijken. De Zwitsers staan in het bedrijven van democratisch samen leven eeuwen voorop. Ik spreek dan ook liever van een meta-democratie dan van wat in de meeste landen als democratie verkocht wordt.
U zal zich afvragen wat hiermee bedoeld wordt en waarom dit een oplossing kan bieden voor de huidige impasse in ons land. U denkt wellicht aan "de staatshervorming" maar het zou beter te zijn van te spreken van "het democratiseringsproces". Wat wij hier mee bedoelen is het unieke model van directe democratie dat in Zwitserland al 700 jaar bestaat. Het is veel meer dan het houden van referenda. Het gaat over hoe de burger zelf betrokken wordt in het bestuur. Zwitserland telt dan ook 26 kantons, elk met hun eigen grondwet en hun eigen specifieke vorm van democratie.
Zwitserland kent niet één democratisch systeem maar kent er 26, daarom de term meta-democratie want de confederale grondwet is ervoor uitgedacht. Men kan dus gerust zeggen dat dit een stuk europees erfgoed is dat na 700 jaar tot maturiteit gekomen is en zijn verdiensten bewezen heeft. De welvaart is er hoog, evenals het geluksgevoel.
U vindt hieronder een korte versie van een oproep dit zwitserse model van meta-democratie als basis te nemen voor een hervorming van ons land.
Dat ons land op een keerpunt staat zal voor iedereen zelfs voor de hardnekkigste Belgicisten stilaan duidelijk zijn. Na meer dan een jaar palaveren is het duidelijk dat de politieke macht verstrikt is geraakt in zijn eigen loodzware constructies om de macht voor zichzelf en de erop parasiterende organisaties te behouden. Taal heeft weinig te maken met de impasse veeleer een historisch gegroeid cultureel verschil in inzicht in hoe politieke macht op lange termijn samenhangt met economische macht en sociale welvaart. De bron van de welvaart ligt echter niet bij de politici of bij de overheid maar bij de burger zelf. Zwitserland neemt dit met positieve voordelen ten harte. Dit kleine zeer heterogene landje bewijst al eeuwen dat enkel als de macht bij het Volk ligt en niet bij de Natie, dat welvaart stand houdt.
Welvaart en belastingsdruk
Behoud van welvaart en dus van welzijn is alleen mogelijk als er economische groei is. Die groei komt van de inzet van economische middelen, lees mensen en kapitaal. Uiteindelijk gaat het over mensen. Wat de burger produceert, zij het via zijn arbeid of via zijn investering, komt dus in eerste plaats aan hem toe. Niemand leeft evenwel op zichzelf en de samenleving doet ook zijn bijdrage bv. onder de vorm van opleiding en infrastructuur. De producerende burgers verwerven die gemeenschappelijke goederen en diensten via het betalen van een bijdrage die men doorgaans veelbetekenend "belastingen" noemt. Vele economische studies hebben dan ook aangetoond dat teveel belastingsdruk remmend werkt op de creatie van welvaart. Een beetje gezond verstand en een correcte ethiek met betrekking tot eigendomsrechten leert ons dat ook. Arbeid en kapitaal kunnen niet ongeremd afgenomen worden onder de vorm van belastingen zonder ervaren te worden als ! een aanslag op die eigendom. Dikwijls zal men zich dan onttrekken aan het economische proces. Het gevolg is dat de samenleving economische slagkracht verliest en de welvaart begint te tanen. Overmatige belastingsdruk leidt ook tot opportunistische, lees overbodige of betwistbare overheidsuitgaven en dat is een tweede reden waarom de samenleving in zijn geheel verliezende partij is. Dit fenomeen doet zich zowel op nationaal, regionaal als lokaal vlak voor.
Welvaart en overheidsefficiëntie
Ook al lijkt dit de logica zelf, veel variabelen spelen mee in het proces van welvaartscreatie, waarvan niet in het minst het individuele gedrag van de burger en zelfs de culturele historiek van een regio. Ook wordt soms gesteld dat de samenleving andere doelstellingen zou moeten hebben buiten welvaartscreatie. Recente studies (o.a. van de OESO maar ook van prof. Heylen) hebben aangetoond dat er op zijn minst een verband bestaat tussen de welvaartscreatie en hoe de overheid de belastingsgelden besteedt. Een overheidsuitgave hoeft niet noodzakelijk welvaartsvernietigend te zijn maar als in de jaarlijkse begroting de consumptieve uitgaven doorwegen, dan wordt de welvaartsgroei aangetast. In ons land is die structurele misgroei zodanig dat er ternauwernood nog ruimte is voor investeringen. Het gros bestaat uit het afbetalen van de overheidsschuld, lonen en uitkeringen. De facto betekent dit dat nagenoeg de helft van het BBP productiever kon aange! wend worden. Meer overheidsefficiëntie betekent dus niet zomaar dat de ambtenaren sneller en harder moeten werken, maar eerder of dat de overheid wel de juiste dingen doet en vooral welke dingen ze beter niet zou doen. Wat geldt voor de overheid in zijn geheel geldt ook voor de belastingstructuur. Vermits belasting op arbeid en op investeren welvaartscreatie afremt, moet ook deze afgebouwd worden en verschoven worden naar belasting op consumptie. In economische termen heet dit dat men de creatie van meerwaarde moet nastreven. Dit is de essentie van arbeid en investeren. Nochtans, consumptie is uiteindelijk het doel van elke economische activiteit. De oplossing voor deze paradox is wat men productiviteit noemt, m.a.w. hoe kan men met zo weinig mogelijk middelen (arbeid, kapitaal, energie of grondstoffen) een maximale output genereren. Wat velen niet zien is dat dit op het niveau van een land inhoudt dat ook de overheid efficiënt met alle middelen omspringt! . Bij een te hoge belastingsdruk betekent dit echter ook dat het overheidsbeslag binnen redelijke proporties moet gehouden worden.
Overheidsefficiëntie en directe democratie
Rest nu nog de vraag hoe men dit kan bereiken? Het simplistische antwoord hierop is dat dit onmogelijk is want dan gaat de Sociale Zekerheid eraan. Dit is de redenering die ervan uitgaat dat alles opgelost wordt door steeds de belastingen te verhogen. Zoals we hierboven geschetst hebben vernietigt dit de onderbouw van het hele stelsel. Deze redenering gaat ook uit van een centraal planningsdogma terwijl de problematiek er vooral een is die op het vlak van de individuele burger en zijn naaste omgeving ligt. Deze redenering stelt dan ook dat een zogenaamde representatieve democratie de enige echte democratie is terwijl deze juist de essentie van een echte democratie negeert. In een echte democratie heeft elke burger maximale zeggenschap over zichzelf maar ook maximale verantwoordelijkheid ten opzichte van zichzelf en ten opzichte van zijn medeburgers. Wie hierover nadenkt, komt dan ook snel tot de conclusie dat dergelijke echte democratie sterk gedecentraliseerd moet zijn en maximale beslissingsrecht aan de lokale burger geeft. Dit vermindert ook sterk de afstand tussen burger en zijn overheden waarbij de overheid en haar mandatarissen zich ook constant moet verantwoorden. Een mandaat mag geen vrijgeleide zijn.
Zwitserland, een confederaal laboratorium als Europees cultureel erfgoed
Een land dat dit al eeuwen met succes in zijn cultuur ingeschreven heeft is Zwitserland. Het land is klein (7,5 miljoen inwoners) en nog veel heterogener dan België. Nochtans telt het een 26tal regio's (kantons genoemd) die vrijwel autonoom over het merendeel van de zaken beslissen. Deze kantons krijgen hun macht niet van het centrale gezag maar staan eerder een deel van hun macht af. Elke kanton heeft grotendeels zijn eigen vorm van democratie, gaande van bijna zuivere representatieve democratie tot een vergaande directe democratie. Dit gaat zover dat onlangs het kanton Obwalden met slechts 31000 inwoners, autonoom bij referendum beslist heeft een vlaktaks in te voeren. Referenda in verschillende vormen zijn dan ook aanwezig op elk niveau en men beslist zelfs bij referendum over elke uitgave die een bepaald bedrag overschrijdt. Deze vorm van directe democratie wordt buiten Zwitserland bijna zo goed als doodgezwegen, ook al was die in so! mmige kantons al aanwezig sinds 1291. Men kan dus gerust spreken van een Europees erfgoed dat tot vandaag zijn deugdelijkheid bewezen heeft. Er zijn nu verschillende economische studies (o.a. van professor Feld en Matsusaka) die aantonen dat zelfs binnen Zwitserland directe democratie niet alleen veel democratischer werkt, het levert ook economisch en sociaal veel voordelen op. Zo leren vergelijkende studies tussen de Zwitserse kantons dat in de kantons met meer directe democratische instrumenten (zoals referenda) de inkomensongelijkheid afneemt, de openbare schuld er beduidend lager is maar ook dat de overheidsuitgaven en dus de belastingen er tot 19% lager liggen. M.a.w. al de kwalen die veel Europese landen, waaronder ons eigen België, aantasten, zijn tot beheersbare proporties terug gebracht. Ander onderzoek heeft zelfs uitgewezen dat de Zwitsers er ook gelukkiger bij zijn dan in andere landen het geval is. Als men dus recepten zoekt voor een toekomstig Euro! pa of een op sterven na toekomstig België dan is Zwitserland het laboratorium dat men als maatstaf moet nemen. Er is zelfs meer, Zwitserland is al lang het stadium van de experimenten voorbij. Sommige van de democratische instrumenten zoals de stemming met handopsteking op het dorpsplein hebben hun oorsprong in een eeuwenoud Germaans recht. Zwitserland kent dan ook al meer dan 150 jaar vrede en welvaart.
Corridors en minderheden
De autonomie van Obwalden staat in schril contrast met de wijze waarop men in Europa en België met "minderheden" omgaat. Hier denkt men minderheden te beschermen door ze priviléges te moeten toekennen ten koste van alle anderen. Veelal zijn deze priviléges ronduit in tegenspraak met de grondregels van de democratie zoals niet numerieke vertegenwoordiging en blokkeringsmechanismes die elke normale besluitvorming in de weg staan. Het laatste in de rij is het voorstel om een "corridor" te voorzien tussen Wallonië en Brussel. Een absurder voorstel kan men zich binnen de Europese constellatie niet voorstellen. De enige manier om minderheden te beschermen is door ze lokaal de meerderheid te geven die hen toekomt en door ze autonoom voor zichzelf te laten beslissen. In dergelijk gedecentraliseerd staatsbestel is er nog plaats voor vreedzame enclaves binnen enclaves en wordt de solidariteit tot haar juiste proporties terug gebracht. Het Zwitsers democratische systeem brengt hiermee het principe van subsidiariteit op de juiste manier in de praktijk. Dit gezegd zijnde, moge het ook duidelijk zijn dat een Belgische staatshervorming in de richting van 2 of 3 gewesten maar een tussenstap kan zijn naar een verder doorgedreven gedecentraliseerde democratische samenleving. Oostende en Arlon zijn best in staat om hun specifieke problemen democratisch lokaal aan te pakken. Dat men daarbij de gewesten het initiatief moet laten, is ook evident.
Eric Verhulst; voorzitter www.WorkForAll.org, een onafhankelijke socio-economische denktank
Mede ondertekend door:
Arthur De Decker, Bea Hendrickx, Bert Penninckx, Christina Teugels, Cil Haesendonck, Denis Clijsters, Filip Vandecaveye, Fons Bierbooms, Geert François, Gilbert van Gils, Hubert Vanhoe, Huguette Deschrijver, Ivan Hermans, Jan Bonroy, Jan Cabooter, Jan Vanstraelen, Jean Libeert, Jos Verhulst, Jef keymeulen, Dr. Koenraad Elst, Lieve Van Coillie, Luc Van Braekel, Luc Thierie, Maarten Malaise, Mady Janssens, Marc Janssens, Marieke Höfte, Mhaouchi Mohammed, Michaël Bauwens, Pat Perquy, Peter Verniers, Piet Depauw, Pieter Verstraelen, Rob Lemeire, Roland Duchatelet, Rudi Dierick, Rudy Aernoudt, Sven Godijn, Tony Mary, Walter De Cock, Willy De Wit, Wim De Wit,Werner Govaerts, Willy Veyts.