De strijd om het Hartland

by Nick Krekelbergh

Ex: http://zannekinbond.org/

“Wie over Oost-Europa regeert, regeert over het Hartland; wie over het Hartland regeert, regeert over het Wereldeiland; wie over het Wereldeiland regeert, regeert de wereld.” – Halford John Mackinder, “De geografische spil van de geschiedenis”

Het Hartland

De Engelse geograaf John Halford MacKinder (1861-1947) defnieerde het “Hartland” als het gebied dat grofweg was gelegen tussen rivieren de Wolga en de Yangtze. Het Hartland vormde volgens MacKinder de kern van het “Wereldeiland”, dat gevormd werd door de continenten Europa, Azië en Afrika. Op dit Wereldeiland bevonden zich het merendeel van de grondstoffen die noodzakelijk waren geweest voor de industriële revoluties van de negentiende eeuw. MackKinder vormde zijn theorieën op het moment dat Groot-Brittannië op het hoogtepunt van haar koloniale macht was, en aanzag in de continentale machten die controle zouden kunnen verwerven over dit Hartland een mogelijke tegenstrever. Dankzij scheepvaart en kolonialisme was het Britse Rijk immers het machtigste imperium ter wereld geworden, maar technologie had in de negentiende eeuw een stevige vaart vooruit genomen en de connectiviteit van Eurazië door middel van spoorwegen zou van de landmacht die er controle over verwierf een zeer geduchte concurrent maken van de Angelsaksische maritieme macht.

Het Britse imperium is ondertussen al lang over zijn hoogtepunt heen, maar maritieme macht in de vorm van megacontainers en vliegdekschepen bleef ook na de Tweede Wereldoorlog de ruggengraat vormen van het Atlantische strategische en economische blok, geleid door de Verenigde Staten van Amerika. Vanaf de jaren ‘90 werd deze maritieme geografische hoofdstructuur een van de voornaamste drijfveren van de globalisering. De schrik voor de onmetelijke landmassa van het Hartland bleef er over de jaren heen evenwel inzitten. De Duitse geopoliticus Haushofer volgde het idee van MacKinder maar maakte van de bedreiging een deugd. Maar de Duitsers slaagden er niet in hun geopolitieke Drang nach Osten in duurzame resultaten om te zetten en met de nederlaag van Nazi-Duitsland werd de Sovjet-Unie, en daarmee ook haar nationaalcommunistische ideologie, de onbetwiste heer en meester over het Hartland. Vanaf 1946 was de strategie van containment van het Westen, voor het eerst als zodanig gedefinieerd door de Amerikaanse diplomaat George F. Kennan, er dan ook op gericht om het Hartland binnen haar eigen natuurlijke begrenzingen te houden. De wereldwijde geopolitieke aspiraties van dit “Oostblok” -een combinatie van Russisch messianisme en marxistisch universalisme- zorgden voor verschillende uitzaaiingen in de Derde Wereld, maar de tegenstelling tussen continentale en maritieme macht bleef niettemin gedurende de twintigste eeuw grotendeels gehandhaafd. Door een ingebouwde vorm van inertie implodeerde de Sovjet-Unie onder haar eigen gewicht in 1991, maar de schrik voor het continent bleef erin zitten. Daarom schoof het Westen in de loop van de daaropvolgende decennia haar oostgrenzen dan ook zoveel mogelijk op naar het Hartland, als een koloniserende en extraherende macht, die de voormalige Oostbloklanden van Centraal-Europa als wingewest voor goedkope arbeid en afzetmarkt voor tweedehandsproducten ging gebruiken. De verrassende herrijzenis van Rusland in de laatste twintig jaar en de versnelde opkomst van China zorgden echter voor een kentering in dit model. Het bestaande Westerse liberaal-kapitalistische model van globalisering en neoliberalisering werd op de proef gesteld en de culturele tegenstellingen binnen de Westerse samenlevingen namen toe. De grootmachten op het Wereldeiland vertegenwoordigden in toenemende mate een alternatief geopolitieke en ideologisch model, dat de heersende verhoudingen op fundamentele wijze is gaan uitdagen.

Instabiliteit in de post-Sovjetruimte

Het afgelopen jaar werd gekenmerkt door een opvallende mate van instabiliteit in dit Eurazische hartland. Niet geheel toevallig vond dit alles plaats in het jaar voorafgaand aan de Amerikaanse presidentsverkiezingen, waarbij een einde kwam aan de atypische regeringsperiode van Donald Trump. Tot de meest in het oog springende zaken behoorden wellicht de betogingen in Wit-Rusland in de late zomer en het najaar, waarover wij al eerder uitgebreid berichtten op deze blog. De impopulair geworden autocraat Loekashenko zag zich geconfronteerd met massale protesten, bijgewoond door tienduizenden betogers, na een betwistte verkiezingsoverwinning in augustus 2020. Na een laatste opflakkering in november zijn de grote betogingen evenwel stilletjes aan uitgedoofd. Maar al even markant was de “vergiftiging” van de door de westerse media tot “liberale oppositieleider” gekroonde onderzoeksjournalist Aleksej Navalny in Rusland zelf, gevolgd door zijn gehypete terugkeer begin dit jaar en de “golf” van protesten die vervolgens in verschillende Russische steden plaatsvond van Vladivostok tot Kaliningrad. In tegenstelling tot Wit-Rusland volgden hier geen maanden onlusten. De opkomstcijfers vielen reeds in de eerste week sterk tegen (volgens de organisatoren in Moskou een 40 000-tal man, maar vermoedelijk eerder rond de 20 000) en de aantallen liepen al vanaf de tweede week terug, waarna de oppositiebeweging er uiteindelijk zelf de stekker uit trok. Koning winter kreeg de schuld toegeschoven, maar zoals Felix Light beargumenteert in The New Statesmen, is het zeer onwaarschijnlijk dat de protesten ook maar enige impact zullen hebben indien ze zouden wederkeren in september, het moment van de nieuwe Doemaverkiezingen.

De Russische dissident Alexei Navalny leidt een demonstratie ter nagedachtenis van Boris Nemtsov in het centrum van Moskou op 29 februari 2020. (Foto door Kirill KUDRYAVTSEV / AFP)

Maar daartoe bleef het tumult in de post-Sovjetsfeer niet beperkt. In Moldavië nam de pro-Europese en pro-Westerse presidentskandidate Maïa Sandu het in november op tegen de als pro-Russisch gepercipieerde Igor Dodon. Zij won dankzij de steun van de diasporastemmen, maar ook omdat een derde kandidaat, Renato Usatîi, de burgemeester van Bălți, zijn steun in de tweede ronde uitsprak voor Sandu. Usatîi is nochtans zelf woonachtig in Rusland en wordt tot het persoonlijke entourage van Vladimir Poetin gerekend, maar stond tevens bekend als een stevig criticus van Dodon, die hij van meerdere corrupte praktijken beschuldigde. De overwinning van Sandu leidt er niettemin toe dat liberale krachten in het Westen het draagvlak voor euro-atlantische integratie in Moldavië nu sterk overschatten. Ten eerste woont een groot deel van haar electoraat ondertussen al lang zelf in het Westen, en niet in Moldavië. Ten tweede haalden Dodon en Usatîi tijdens de eerste ronde samen meer dan 50% van de stemmen, diasporastemmen meegeteld. Hun geopolitieke oriëntatie is op het oosten gericht, maar een deel van het electoraat van de laatste heeft uit persoonlijk antagonisme tussen de beide kandidaten zijn stem dus achter de tegenkandidate gegooid. Zoals het evenwel vaak snel kan keren in voormalige Oostbloklanden, hebben Dodon en Usatîi ondertussen de onderlinge verschillen opzijgezet en binden ze de strijd aan met Sandu, wiens liberale PAS-partij ondertussen nog steeds enkel over een parlementaire minderheid kan beschikken.

In Oekraïne kan de desillusie over de Maidan-revolutie van 2014 ondertussen niet groter zijn. In 2019 dook het land nu officieel onder Moldavië door in de statistieken als armste land van Europa. Van euro-atlantische integratie is tot nu toe maar weinig terecht gekomen. Alle grootse woorden en beloften ten spijt, eenmaal het Oekraïense volk zich voor de juiste geopolitieke kar had laten spannen, verdampten de beloofde investeringen -met uitzondering van de militaire- als sneeuw voor de zon. Maar goed, het is #Kyivnotkiev natuurlijk – een kwestie van prioriteiten te stellen. Het is des te opmerkelijker hoe liberale griezels, die in het Westen als eersten op de barricaden staan om te ontkennen dat natievorming ook maar iets anders kan zijn dan een patriarchaal hyperconstruct, op de eerste rij staan om eer te betuigen aan “de Oekraïense natie” want dat is “so much more a European country”. More European dan Mordor, zullen we maar denken. We zullen bij Zannekinbond de laatsten zijn om de soevereiniteit en legitimiteit van een Oekraïense (Volks)republiek, met haar complexe en geheel eigen culturele, etnische en historische achtergronden, te ontkennen. Niet voor niets werd na de val van het tsarendom een aparte Oekraïense Sovjetrepubliek gecreëerd. Binnen een gedeelde Eurazische ruimte, zijn Rusland en Oekraïne twee aparte, onderscheiden naties, die na de implosie van de Sovjet-Unie hun eigen proces van moderne natievorming hebben ondergaan. Maar de onderlinge culturele verwantschappen, de gedeelde historische wortels alsmede de gemeenschappelijke belangen glashard ontkennen ten gunste van een handvol neoliberale mooipraters in Brussel, was zonder meer de meest rampzalige beslissing die een volk in het afgelopen decennium heeft gemaakt. Een volk dat tenslotte in de eerste plaats komaf wou maken met een oligarchie, maar er gewoon een andere voor in de plaats heeft gekregen. De absurde decommunisatie- en taalwetten van Poroshenko en Zelyninsky zijn holle praatjes die geen economische gaatjes hebben gevuld. Het neerhalen van standbeelden, het veranderen van straatnamen en uiteindelijk ook het verbannen van Russisch, niet alleen in officiële communicatie van de overheid en het onderwijs maar ook in de winkels en straten, hebben het leven van de Oekraïners niet verbeterd maar een derde van de bevolking (de Krim en de Donbas niet eens meegerekend) veroordeeld tot een bestaan als tweederangsburgers. Tegen die achtergrond is het niet verwonderlijk dat de pro-Russische en socialistische OPZZh in de peilingen tot de populairste partij is uitgegroeid. In Kyiv reageert het regime van de aanvankelijk nochtans als pragmatisch bekendstaande Zelyninsky nu met repressie en het bannen van Russischtalige televisiestations en sociale media-accounts. En met het recente heropvoeren van de vijandelijkheden langs de frontlinie in Donbass, een bevroren conflict dat zes jaar lang beperkt bleef tot het occasioneel uitwisselen van vijandelijkheden door sluipschutters, lijkt een Russisch-Oekraïense oorlog voor het eerst sinds jaren weer tot de mogelijkheden te behoren. Nochtans houdt het merendeel van de Oekraïense bevolking er zelfs volgens de peilingen van Levada een positieve mening over Rusland op na, en staat nog slechts een kwart van de bevolking negatief tegenover hun oosterburen.

De oorlog in Donbass, een sluipend conflict dat op het punt staat herop te flakkeren: deze bekroonde film uit 2018 schets het dagelijkse leven van een Servische sluipschutter als vrijwilliger in de Volksrepubliek van Donetsk

Ook in Kyrgyzistan was het afgelopen jaar onrustig. Politieke onrust bracht de nationalist Jarapov aan de macht. Maar zoals zelfs de door het Westen gefinancierde destabilisatie-agentschap Atlantic Council onlangs tot haar grote ongenoegen moest constateren, bracht dit geen breuk tot stand in de relaties tot Moskou. Het Kyrgizische culturele patrimonium staat niet per definitie op gespannen voet met de Russische beschavingssfeer, waarmee de vloer wordt aangeveegd met de platitude dat etnisch-Turkische wortels per definitie moeten botsen met het Eurazisme vanwege  “banden met Erdogan”. En ook Georgië mag aan het rijtje toegevoegd worden. Ten tijde van president Mikheil Saakashvilli en de oorlog om Zuid-Ossetië liep het land Oekraïne ver vooruit als Trojaans paard van het Westen in de Kaukasus en de post-Sovjetsfeer, maar die tijden lijken voorbij nu de partij Kartuli ocneba – Demok’rat’iuli Sakartvelo steeds nadrukkelijker een illiberale en pro-Russische agenda lijkt door te voeren. De arrestatie op 23 februari van  Nika Melia, voorzitter van de door Saakashvilli gestichtte pro-Eurpese en pro-Atlantische ENM-partij, deed The Washington Post alvast dramatisch koppen: “The West has just lost Georgia!” Nog een ander spanningsveld, in de meer zuidelijke Kaukasus, werd gevormd door de oorlog in Nagorno-Karabach tussen Armenië en Azerbeidjan, waar niet alleen een decennia-oud conflict tussen Kaukasische etniciteiten heropflakkerde, maar ook de geopolitieke spanning tussen diverse Eurazische polariteiten en culturele invloedssferen onder hoogspanning kwam te staan (Rusland, Turkije en Iran). Hoewel het op Turkije georiënteerde Azerbeidjan hier als militaire overwinnaar kwam, en Armenië voorlopig als grote verliezer, kwam de diplomatieke overwinning aan Rusland toe. Opvallend was de totale afwezigheid van zowel de NATO als de EU. Hier besteden we in een later artikel op deze blog meer aandacht aan.

Daar waar het Westen het voorbije jaar dus geteisterd werd door cultuuroorlogen, lijkt het Oosten voornamelijk nog steeds in de ban van klassieke liberale kleurenrevoluties, gecentreerd rond het concept van stereotype economische en burgerlijke “vrijheden” – in essentie nog steeds dezelfde als uit de tijd van ‘glasnost’ en ‘perestroika’- ondanks bepaalde pogingen in de Westerse media om aan één en ander ook een cultureel ‘woke’ tintje mee te geven. Een hybride uitsmijter hiervan kunnen we vinden in Polen, waar de markant strenge abortuswetten, die in het najaar werden uitgevaardigd door de diep-katholieke PiS-regering, tamelijk grootschalige vrouwenstakingen uitlokten en het relatief wijdverbreide fenomeen van de “LGBTQ-vrije zones” op het platteland tot weliswaar veel kleinschaliger manifestaties hebben geleid, die niettemin disproportioneel werden uitvergroot in de Westerse media. Een voormalig Oostblokland als Polen is te blank en tegelijk niet “wit” genoeg voor een beweging als Black Lives Matter. Hoewel een economische tijger naar Oost-Europese normen, is het nog steeds erg moeilijk om een natie van in camouflagejassen en Adidasbroeken gehulde bouwvakkers, loodgieters, truckchauffeurs en tomatenplukkers, die in het Westen de jobs komen uitvoeren die de hipstermigranten van de derde generatie er niet willen doen, te belasten met ook maar enig privilege, zeker als die natie zich ook nog eens beschouwd als de permanente onderdeur van de geschiedenis. Het is een slachtofferrol waar menig “transvrouw-van-kleur” nog een puntje aan zou kunnen zuigen. Er zijn in feite noemenswaardige gemeenschappen (excuseer, communities) van “mensen-van-kleur” in Polen, behalve enkele duizenden islamitische Lipka-Tataren, al eeuwen vergroeid met de Poolse bodem waar ze onbreekbare eden van trouw hebben gezworen aan de natie. Het valt trouwens maar zeer te betwijfelen dat zij zich zichzelf als “mensen-van-kleur” zouden definiëren, ook al is een bepaald etnisch gerelateerd fenotype bij Turkische Tataren uiteraard nooit ver weg. Maar een andere huidskleur betekent nog niet “van kleur”, want dat laatste is een uitgesproken liberaal en Westers concept. Dus gooit men het maar over de religieuze boeg, en het feit dat de “Vierde Republiek” een ontegensprekelijke neiging vertoont om terug te grijpen naar ultramontaanse waarden in combinatie met socialistische recepten maakt haar tot een dankbaar doelwit voor ziedende neoliberalen die sociale roofbouw graag als social justice verpakken. En daar is heden ten dage natuurlijk enkel maar een regenbooglintje voor nodig.

LGBTQ-vrije zones in Polen: Oost versus West in ‘the war on woke’ (Bron: RT)

Het faillissement van de kleurenrevoluties

Eén ding staat vast. Het begin van het huidige decennium zal gekenmerkt worden als het jaar waarin de kleurenrevolutie naar het Westen kwam, in de eerste plaats al in zijn ‘woke’ formaat, met de Black Lives Matter-beweging die stormenderhand het grootkapitaal en de entertainmentindustrie – sinds de jaren ’50 toch zeker één van de steunpilaren van het “Vrije Westen” – overnam. Anderzijds was er de conservatieve, “rechtse” variant, die uitmondde in de bestorming van het Capitool. Hoewel dit niet heeft geleid tot een succesvolle coup d’état zal het moeilijk blijken om de beelden van de krioelende mensenmassa of de daaropvolgende zwaar gefortificeerde straten van Washington naar aanleiding van de inwijding van de nieuwe preesident van het netvlies gebrand te krijgen. We moeten een en ander natuurlijk niet overdrijven. Tenslotte was dit het land waar indertijd in volle Koude Oorlog een president op straat op klaarlichte dag werd doodgeschoten. Een gelijkaardig incident had men zich aan de andere kant van het IJzeren Gordijn niet kunnen voorstellen, maar dat heeft de VS er niet van weerhouden om de Koude Oorlog uiteindelijk te winnen. Niettemin behoort tot de existentiële kern van het Westen dat het sinds het debacle van de Vietnamoorlog werkelijk alles onder controle heeft, van drones en precisiebombardementen tot spionagesatellieten en deep ops. Zelfs hallucinante beelden zoals die van 9/11 konden daar nauwelijks een knauw aan geven, hoewel de impact toch aanzienlijk was. Maar de revanchistische campagnes binnen het kader van een Vierde Wereldoorlog (naar Constanzo Preve) tegen de “schurkenstaten” van het Midden-Oosten, met het salafisme en wahabisme als een te verpletteren Derde Wereldideologie die het oude communisme en Arabisch nationalisme in die contreien had vervangen, zorgde eerder voor een steroïdeninjectie dan voor imagoschade. Maar afgelopen decennium zakte de constructie dan toch langzaam in elkaar. Economische zeepbellen spatten uiteen en interne culturele tegenstellingen speelden steeds scherper op. Dat Amerika tevergeefs probeert te vervellen tot een nieuwe emanatie van zichzelf en dat niet lijkt te kunnen doen zonder een belangrijk deel van haar eigen bevolking tegen zich te keren, levert het Westerse samenlevingsmodel, tot voor kort het “minst slechte van alle modellen”, onherstelbare imagoschade op.

Tegelijkertijd wordt tien jaar na datum de miserabele balans van de Arabische Lente, waar hijgende journalisten en politici in het westen zo sterk hun zinnen op hadden gezet, meer dan duidelijk. In geen enkel land heeft zij tot vooruitgang geleid. Libië ligt in puin en Syrië probeert zich te herstellen van een jarenlange verwoestende burgeroorlog. In Egypte is de autocratie onder al-Sissi er eerder op vooruitgegaan dan achteruit, en zelfs in Tunesië – lange tijd aanzien als het enige land waar de Arabische Lente min of meer het verhoopte liberale resultaat had opgeleverd – neemt de sociale onrust toe en tekenen zich nieuwe grote demonstraties af op straat. Tegelijk wordt duidelijk dat het succes van de kleurenrevolutieformule zelfs in de initiële fase niet meer gegarandeerd blijkt. Een herhaling van Maidan heeft zich in Wit-Rusland niet voorgedaan, ondanks het feit dat de oppositie over een initieel momentum leek te beschikken. Gefingeerde opiniepeilingen ten spijt, lijken het met name de bemoeienissen van de EU te zijn geweest die het draagvlak snel hebben doen afkalven. Het protest dat in eerste instantie anti-autocratisch was liet zich niet binnen een ideologisch liberaal keurslijf wringen en doofde tenslotte uit, temeer daar het Kremlin het zekere voor het onzekere nam door in te zetten op een voorlopig status quo en haar eigen oppositiekandidaten – tevens de meest populaire – vooralsnog niet als martelaren naar voor heeft geschoven. Ook in Hong Kong lijkt de oppositie ondanks de zogenaamd massale protesten van de Paraplubeweging nu voorgoed te zijn uitgeschakeld. Over het Britse idee om dan maar gratis paspoorten te gaan uitdelen aan de inwoners van Hong Kong, wordt niet meer gepraat. En Navalny’s heilige martelaarsmissie in Rusland is gecrashed voor die goed en wel van de grond is gekomen. 

Nord Stream 2

Tegen de achtergrond van dit alles nadert de Nord Stream 2-pijpleiding haar voltooiing. Het betreft een gasleiding doorheen de Oostzee die Duitsland van Russisch gas moet voorzien. Het verdrag over de leiding werd in 2005 getekend door toenmalig Bondskanselier Schröder en Vladimir Poetin. Na voltooiing van een eerste pijpleiding tekenden een aantal grote partners op de Europese energiemarkt samen met Gazprom een contract voor de aanleg van een tweede leiding. Gazprom kreeg een belang van 51% in het project, Engie 9% en E.ON, BASF, OMV en Royal Dutch Shell telkens 10%. Na bezwaren van de rechtsconservatieve Poolse PiS-regering onder Lech Kaczyński, die een te grote Russische dominantie op de energiemarkt vreesde, trokken de overige partners zich als aandeelhouders terug in 2016, maar hielpen wel nog met de financiering. Gazprom zette alleen door. Vorig jaar moest nog 147 km aan pijpleiding worden aangelegd. Het afronden van de leiding gaat echter gepaard met pesterijen en sancties. De Poolse mededingingsautoriteit legde aan Gazprom een boete op van 6,5 miljard euro, die overigens door de Russen aangevochten wordt. In januari 2021 werd de arrestatie van Navalny door de VS aangegrepen om nieuwe sancties op te leggen, nadat de Atlantische grootmacht reeds eerder had geprobeerd om het project door middel van sancties te treffen. Iedere toenadering tussen Duitsland en Rusland, reeds ten tijde van MacKinder de twee voornaamste concurrenten van het Angelsaksische imperium op het Wereldeiland, zijn Amerika duidelijk een doorn in het oog. Tot op de dag van vandaag blijft onduidelijk of Nord Stream 2 nog wel zal afraken. De regering van de nieuwe president zet in ieder geval alles op alles om haar NAVO-bondgenoot op andere gedachten te brengen. Het is natuurlijk licht bevreemdend om te constateren hoe vier jaar geleden alle media-schijnwerpers inzoomden op de ‘historisch slechte relaties’ binnen het Westerse bondgenootschap, focussend op identitaire en virtuele epifenomenen zoals handdrukken, gender en al dan niet vermeende lichaamstaal, maar nu volledig uitdoven nu de Verenigde staten opnieuw teruggrijpen op dezelfde brutale chantagemiddelen als onder de regering van Barack Obama.

Westerse sancties en Oosterse allianties

Maar het is duidelijk dat het ultieme wapen van het Westen, namelijk dat van de economische sancties, uitgeput is aan het raken. Een strategische toenadering van Rusland en China is het gevolg, waarbij ook een zekere integratie van de economische belangen valt waar te nemen. Dit is des te ironischer omdat een van de keerpunten in de Koude Oorlog in feite werd gevormd door het tegen elkaar uitspelen van Moskou en Beijing door de Amerikanen, en dit ten laatste vanaf 1972. Hierdoor verliezen de economische sancties aan efficiëntie, bijkomende sancties tegen Rusland treffen eigenlijk bijna niemand meer want de financiële belangen liggen al lang niet meer in het Westen. Het Belt & Road initiatief van de Chinezen maakt de nachtmerrie van MacKinder daarenboven bijzonder tastbaar: een toenemende interconnectiviteit van het Eurazische continent zorgt voor nieuwe ontwikkelingen en vitaliteit die juist de essentie van het Hartland vormen (zoals Poetin het in 2012 uitdrukte: de Chinese wind in Russische zeilen vangen). Een toenemende onafhankelijkheid van de levenslijnen van het globalitaire kapitalistische systeem, zoals de dedollarizatie, het bannen van de geopolitiek gekleurde en ideologisch liberale Amerikaanse sociale media en de loskoppeling van de Westerse betaalsystemen staan op het programma. Geen wonder dat Westen alles uit de kast haalt in een finaal offensief op het Hartland om de toenemende multipolartiteit zoveel mogelijk in te dijken. Nu de Verenigde Staten onder Biden definitief hun globalistische agenda combineren met het Amerikaanse exceptionalisme, staan alle verhoudingen opnieuw op scherp. Maar het is al lang niet meer vanzelfsprekend dat het Westen hierbij aan de “juiste kant van de geschiedenis” staat.

De in 1885-1887 gebouwde Brjansk-fabriek bij Jekaterinoslav, een staalfabriek die grotendeels in Belgisch-Franse handen was.

Het zuidoosten van Oekraïne: België’s ‘tiende provincie’

door Bruno De Cordier

 

Ex: https://historiek.net/belgies-tiende-provincie/141515/

In de late negentiende eeuw trokken talrijke Belgische investeerders, arbeiders en vaklieden naar het zuidoosten van Oekraïne, aangetrokken door het industriële eldorado. Een duik in een vergeten stuk gedeelde economische en sociale geschiedenis tussen de Lage Landen en de Europese oostrand.

In de jaren 1860 begon in het tsarenrijk, waar ook een groot stuk van het huidige Oekraïne toe behoorde, een nieuwe industrialiseringsgolf die gericht was op de expansie van de zware industrie en de grootschalige maakindustrie in de steden, en op de uitbreiding van het spoornetwerk. Om de eigen opkomende industrie een duw in de rug te geven voerde de Russische overheid vanaf 1868 een erg protectionistische politiek. Tegelijkertijd besteedde zij de industriële ontwikkeling en de mijnbouw die de brandstof ervoor moest leveren voor geen klein deel uit aan bedrijven en kapitaalinvesteerders uit Groot-Brittannië, België, Frankrijk en Duitsland − West-Europese industrielanden die ervaring hadden met zware industrialisering op basis van steenkool.

Nieuw economisch élan

België en zijn investeerders stonden in Sint-Petersburg op een goed blaadje. Het land was toen niet alleen één van de leidende mondiale industriemachten en een industriepionier op het Europese vasteland. Het voerde internationaal sinds 1839 ook een neutraliteitspolitiek, in tegenstelling tot Groot-Brittannië waar Rusland gedurende de tweede helft van de negentiende eeuw bij wijlen erg gespannen relaties mee had, zoals tijdens de Krimoorlog (1853-1856) en tijdens de ware ’Koude Oorlog avant-la-lettre’ in Centraal-Azië (1873-1885). Omgekeerd was België net als de rest van West- en Centraal-Europa jarenlang getroffen geweest door de economische depressie van 1873. De nieuwe afzetmarkten en de industriële aspiraties in het gigantische tsarenrijk vormden een gedroomde kans om de gehavende economie en gefrustreerde financiële plannen een nieuw élan te geven.

Aanvankelijk trokken investeerders en ondernemers uit België vooral naar de streek rond Sint-Petersburg en naar de Baltische provincies met hun havens, scheepswerven en hun stevige vraag naar allerlei onderdelen en machines. Maar vanaf de jaren 1880 verschoof het zwaartepunt van de Belgische aanwezigheid en activiteit naar de provincie Jekaterinoslav, in het zuidoosten van wat nu Oekraïne is. Eén van de eerste grote inplantingen in het gebied waar Belgische kapitaalinvesteerders en technici een sleutelrol in speelden, was de bouw van de Brjansk-staalfabriek in de buurt van de provinciehoofstad Jekaterinoslav in 1885-1887. Eén landstreek in het oosten van de provincie, een regio die Donbass ging heten, oefende weldra echter bijzondere aantrekkingskracht uit op de Belgen.

Lees ook: De totstandkoming van Donbass

Kaart van de provincie Jekaterinoslav in het zuidoosten
van het huidige Oekraïne omstreeks 1890. Donbass,
de drie districten
in het oosten van de provincie, kreeg in die tijd de
bijnaam ‘België’s tiende provincie’.

Zwarte goudkoorts

Van de 227 gekende Belgische bedrijven of bedrijven die in meerderheid in Belgische handen waren, die tussen 1880 en 1914 in het tsarenrijk waren gevestigd, waren er 133 in de Donbass-regio actief. De reden: steenkool, dé energiebron van de industrialisering vòòr de opkomst van petroleum. Onder meer door de snelle uitbreiding van het imperiale spoornetwerk − had het tsarenrijk in 1861 zo’n 1.600 kilometer ijzeren weg, dan was dat in 1900 ongeveer 53.200 − steeg de vraag naar steenkool als brandstof voor de staalovens en voor de treinen spectaculair. Bedroeg de steenkoolproductie in Donbass in 1870 circa 250.000 ton, dan was dat in 1900 elf miljoen ton, of twee-derden van de steenkoolproductie van het rijk.

Van de naar schatting 831 miljoen goudfrank aan Belgisch kapitaal in Rusland tegen het jaar 1900, zat 500 miljoen in Donbass. Dat maakte van België − of minstens van kapitaalgroepen en firma’s uit het land − veruit de grootste investeerder in die specifieke landstreek, nog vòòr Frankrijk met 275 miljoen, Groot-Brittannië met 34 miljoen en Duitsland met 29 miljoen goudfranken aan kapitaal. Omwille van de protectionistische economische politiek en de hoge importtarieven was het voor Belgische industriëlen veel voordeliger om ter plaatse vestigingen en fabrieken op te zetten dan vanuit België naar Rusland te importeren.

De Belgische aanwezigheid in Donbass werd bijzonder sterk in de steenkoolwinning, metallurgie en de machinebouw. In 1899 waren 17 grote steenkool- en ijzerertsmijnen en 38 metaalfabrieken in dit gebied eigendom van Belgische firma’s en geleid door Belgische directies. En in het jaar 1900 was de helft van het buitenlands kapitaal in de steenkoolindustrie en metallurgie en twee-derden van dat in de machinebouwsector in de regio Belgisch. Andere branches waar de Belgen in het zuidoosten van Oekraïne erg actief in waren, waren chemie − twee-derden van de soda en van het steenzout in het rijk werd hier geproduceerd − en de glasindustrie.

Russische obligaties

Grote Russisch-Belgische metallurgie- en mijnbouwconsortia zoals de in 1886 opgerichte Société Métallurgique dniéprovienne du Midi de la Russie en de in 1895 gevormde Société Métallurgique russo-belge beheerden in Donbass duizenden hectaren concessiegebieden en profiteerden van toelagen en gewaarborgde bestellingen van de Russische overheid. De waarde van hun aandelen op de beurs explodeerde. Zogenaamde emprunts russes, Russische obligaties, werden in België een gegeerde belegging, niet alleen bij de bemiddelde burgerij maar ook onder de middenklassen en kleinburgerij.

Kantoren, voorman- en klerkenwoningen en aangelanden van
de in 1895 gebouwde Russisch-Belgische Petrovksi-metaalfabriek
in Jenakiëvo, in de buurt van het huidige Donetsk, omstreeks 1910.
Een groot deel van de Belgische kolonie in het huidige Oekraïne
leefde in het district Bachmoet waar onder meer
deze fabriek gesitueerd was.

De Belgische aanwezigheid manifesteerde zich niet alleen in de vorm van kapitaal en investeringen, maar ook letterlijk, fysiek. Tussen 1896 en 1900 trokken meer dan tienduizend Belgen naar het tsarenrijk. In 1910 zou hun aantal er volgens sommige historici meer dan het dubbele bedragen. De grootste groep leefde en werkte in de industrieregio Donbass. Als men Frankrijk en andere buurlanden van België niet meerekent, had die landstreek toen wereldwijd de grootste populatie geëxpatrieerde Belgen, na die in de VS en die in Argentinië dat in de jaren 1880 een populaire bestemming voor emigranten uit zuidelijk België was. Het aantal Belgen in het Oekraïense zuidoosten was ook véél groter dan dat in Kongo-Vrijstaat, het toenmalige privéwingewest van de Belgische koning Leopold II, waar eigenlijk maar weinig Belgen leefden.

Belgische cités in de steppe

Het verklaart waarom Donbass in die dagen wel eens de bijnaam ‘België’s tiende provincie’ – het land had er toen negen – kreeg. Onder de Belgen die naar de Europese oostrand trokken zaten echter niet alleen kaderleden, ingenieurs, bankiers en kommersanten, dus mensen uit de burgerij en de nieuwe adel. Zo’n driekwart waren geschoolde arbeiders, vaklieden, voormannen en klerken die de plaatselijke Russische en Oekraïense arbeiders en bedienden in dit oorspronkelijk dun bevolkte steppegebied moesten opleiden en superviseren, en installaties en infrastructuur moesten opzetten.

Obligatie van de Société Métallurgique russo-belge uit 1898.

De grote meerderheid kwam uit zuidelijk België, meer bepaald uit de Luikse staalbekkens, uit de Borinage en andere Henegouwse steenkoolgebieden, en uit het Brabantse Eigenbrakel. Ook al trokken velen oostwaarts toen België in 1892 nog maar eens getroffen was door een economisch-financiële crisis, dit waren geen haveloze paupers of lompenproletariaat waar men in België absoluut van af wilde. Het waren mensen die op het thuisfront tot een elite onder de arbeiders behoorden. Hun aanwezigheid in het Oekraïense zuidoosten was niet bedoeld als definitieve migratie en kolonisering, maar als uitzending op tijdelijke contracten. Sommigen bleven minder dan een jaar, anderen meer dan vijftien. Er zaten ook talrijke gezinnen bij.

In sommige fabrieken in Donbass kon een geschoolde Belgische metaal- en glasarbeider of een vakman in 1898 tot het vijfvoudige verdienen van zijn Russische of Oekraïense confrater. Naast goede lonen kregen zij toegang tot bedrijfsklinieken, scholen voor de kinderen die waren meegekomen, en ontspanningsfaciliteiten. De Belgen in Donbass woonden in aparte, speciaal gebouwde wijken waar de sociale segregatie uit het moederland werd doorgezet: villa’s en luxepensions voor de kaderleden en ingenieurs, woonkazernes en cités voor de arbeiders, een tussenvorm voor de voormannen, technici en klerken. Hier en daar bestaan die gebouwen, die veelal waren opgetrokken in baksteen en in een architectuurstijl die was gekopieerd uit de Belgische industriegewesten, nog steeds.

De erg frappante Belgische en andere West-Europese aanwezigheid, zowel financieel als fysiek, in Donbass toont de gespletenheid van het late tsarenrijk waarin een groot deel van de regio’s en samenlevingen traditionalistisch en zelfvoorzienend waren, en andere regio’s en maatschappelijke geledingen volledig geïntegreerd waren in de wereldeconomie en de toenmalige hoog-kapitalistische mondialisering. De sociale spanningen die de industrialisering en verstedelijking hadden meegebracht vertaalden zich steeds meer in sociale onrust en in xenofobie, niet alleen onder de plaatselijke arbeidersbevolking maar ook onder de lokale autoriteiten.

De crisis van 1900-1901 en het inzakken van de staalprijzen en van de beurswaarde door overproductie zetten al een eerste domper op de euforie. Ongeveer een derde van de Belgische bedrijven in het Oekraïense zuidoosten hielden het voor bekeken of werden overgenomen door hun Franse, Belgische en andere concurrenten. In Russische economische kringen vond de idee dat men de controle over de economie van het moederland moest terugnemen en dat buitenlanders maar eens moesten wijken voor Russische kaders en investeerders, steeds meer gehoor. Aan de basis keerde stakingsoproer zich soms tegen de wijken en andere symbolen van de aanwezigheid van West-Europeanen, Belgen incluis. In oktober van het revolutiejaar 1905 werd bijvoorbeeld het Belgische consulaat in Jekaterinoslav vernield.

Uittocht uit Donbass

Er braken weer betere tijden aan met het economische herstel vanaf 1907 en de duidelijke verbetering van de lonen en arbeidsomstandigheden die de lokale arbeidersbeweging had kunnen bekomen, tot het uitbreken van de oorlog in Europa en de Duitse inval en bezetting van België in de zomer van 1914 écht het einde inluidde. België en Rusland stonden in de oorlog aan dezelfde kant. Het draaiende houden van de industrieën was van levensbelang. Duitse bedrijven en bedrijven waar Duits kapitaal in zat ̶̶ wat niet zelden het geval was met Belgische bedrijven door de erg complexe en schimmige kapitaalconstructies ̶̶ werden genationaliseerd. Russen, Fransen en Belgen vervingen de Duitse kaders en technici die in 1914 waren uitgewezen of gearresteerd. In de plaats van de arbeiders die gemobiliseerd waren in het leger van de tsaar kwamen inheemse arbeidsbataljons uit de Kaukasische en Centraal-Aziatische provincies en Oostenrijks-Hongaarse en Ottomaanse krijgsgevangenen.

De in 1874 opgerichte zoutfabriek van Bachmoet,
omstreeks 1910.
In 1885 werd ongeveer driekwart van het steenzout in het
tsarenrijk hier geproduceerd. Een deel van de zoutmijnen waren
in Belgische handen. De Russische en Oekraïense arbeiders, vaak
inwijkelingen uit andere regio’s van het tsarenrijk, leefden in het
soort nederzettingen dat men op de voorgrond ziet.

Het doek over de episode van België’s ‘tiende provincie’ viel voorgoed met de afzetting van de tsaar in februari 1917, de bolsjewistische coup in oktober en met de burgeroorlog die erop volgde. Oekraïne werd voor het eerst kort een onafhankelijke republiek. Donbass bleef tot in het najaar van 1921 een frontgebied en twistappel tussen de Oekraïense nationalisten, de sovjet-machthebbers en het rode leger, anarchistische groepen, de tsaristische witte legers en kozakken die allemaal stukken van de regio innamen en dan weer kwijtspeelden. Omdat de toestand te chaotisch en gevaarlijk was geworden, werden de Belgen die nog in het gebied zaten vanaf het voorjaar van 1918 geëvacueerd. De laatste ingenieurs, technici en diplomaten vertrokken in de herfst van 1919 per schip over de Zwarte Zee.

De Belgische bedrijven en infrastructuur werden genaast nadat de sovjets Donbass in handen kregen. In België zouden belangenverenigingen van gedupeerden nog vele jaren tevergeefs proberen om daar compensatie voor te krijgen van de Sovjet-Unie. Dra kwam nog een andere uittocht op gang, die van de zogeheten ‘witte Russen’. Die mensen, niet te verwarren met ‘Witrussen’, waren aanhangers van het oude tsaristische bewind en vele anderen die niet onder het nieuwe sovjet-bewind wilden leven en naar het buitenland vluchtten. Een aantal trokken naar België, en sommige families vestigden zich in Luik, dat zij kenden uit de hoogdagen van de Belgische aanwezigheid in Oekraïne. Ze richtten er een orthodoxe parochie op die nog altijd bestaat.

~ Bruno De Cordier
Hoofddocent aan de Universiteit Gent

Lavrov et le racisme anti-blanc aux Etats-Unis

Lavrov et le racisme anti-blanc aux Etats-Unis

Ex: https://www.dedefensa.org/article/lavrov-denonce-le-racisme-antiblanc-aux-usa

Lavrov et la Russie aggravent leur cas : ils soulignent le racisme anti-blanc aux USA et en occident. C’est d’autant plus amusant que les ricains et leurs parons comptent sur les russes pour détruire les rares survivants blancs en Europe après la guerre qu’on va leur livrer !  Paul Joseph Watson : « Le ministre russe des affaires étrangères, Sergueï Lavrov, observe qu’il y a une recrudescence de “l’agression contre les blancs” aux USA et que cela nuit aux efforts de lutte contre le racisme. »

« Le ministre russe des affaires étrangères, Sergueï Lavrov, observe qu’il y a une recrudescence de “l’agression contre les blancs” aux USA et que cela nuit aux efforts de lutte contre le racisme. Lavrov a fait ces commentaires lors d'une interview avec des politologues diffusée à la télévision nationale.
» “Nous avons été les pionniers du mouvement de promotion de l’égalité des droits des personnes de toute couleur de peau”, a déclaré M. Lavrov, ajoutant que “tout le monde veut se débarrasser du racisme”.
» Cependant, il a souligné combien il était important « de ne pas passer à l'autre extrême que nous avons vu lors des événements type-‘BLM’ (Black Lives Matter) et des agressions contre les personnes blanches, les citoyens américains blancs.”
» Lavrov a également insisté sur le fait que des forces au sein des États-Unis tentaient de répandre une “révolution culturelle” dans le monde entier en tentant d’imposer de force la “diversité” dans tous les domaines et de toutes les façons.
» “Hollywood est maintenant aussi en train de changer ses règles pour que tout reflète la diversité de la société moderne”, a-t-il dit, qualifiant cela de “forme de censure”.
» “J’ai vu des Noirs jouer dans les comédies de Shakespeare. Simplement, j’ignore quand on se décidera à faire jouer un Othello blanc”, a déclaré Lavrov.
» “Vous voyez que c’est absurde. Le politiquement correct poussé jusqu’à l’absurde conduira à des effets extrêmement malfaisants”, a-t-il conclu. »
» Comme nous l’avons souligné précédemment, après chaque fusillade de masse, journalistes et gauchistes accusent les Blancs avant même que l’auteur n’ait été identifié.
» Dans le cas de la fusillade du supermarché de Boulder, cela s’est retourné contre eux massivement après qu’il a été révélé que le tireur était un immigrant islamiste du Moyen-Orient.
» Après la fusillade d’Atlanta, qui visait des salons de massage, les médias ont une fois de plus déclenché l’hystérie du “suprémacisme blanc”, bien que les autorités n’aient trouvé absolument aucune preuve que l’attaque était motivée par la race.
» Cela a conduit Damon Young, collaborateur du New York Times, à affirmer que “la blanchité est une pandémie” et que “la seule façon de l’arrêter est de la localiser, de l’isoler, de l’extraire et de la tuer”.
» “Il n’a pas été renvoyé de son poste à ‘The Root’ et le ‘New York Times’ a refusé de le condamner, – de telles proclamations sont ce pour quoi ils le paient !” écrit Chris Menahan.
» Ce récit, en plus de la Critical Race Theory, qui enseigne que tous les problèmes des États-Unis sont la faute des Blancs, a clairement créé une atmosphère où la haine raciale dirigée vers les Blancs n'est pas seulement tolérée, elle est ouvertement encouragée. 

Cette intervention du ministre Lavrov nous paraît importante, considérée de plusieurs points de vue et concernant plusieurs domaines. Cette importance, pour la séquence “historique et morale” en, cpours depuis la fin de la Guerre Froide. (Et surtout depuis l’attaque 9/11.)

• On a l’habitude, – c’est presque un rite, – d’insulter la Russie (et la Chine, même traitement) pour des événements intérieurs, dont une proportion plus que respectable et certainement majoritaire sont outrageusement amplifiées sinon purement et simplement fabriquées par les services adéquats des accusateurs, pour des faits attentant aux droits des gens, aux droits des minorités surtout “genrées”, aux devoirs et vertus démocratiques, aux faits de corruption, etc. L’ingérence du bloc-BAO est considérée de ce point de vue comme une sorte de devoir de bienpensance, comme on allait à la messe aux beaux temps passés des colonies. Mais une “ingérence”, – car c’en est bien une dans le cas qui nous occupe, – , dans les affaires intérieures des USA, et sur des faits aussi précis, et concernant des actes consacrés par la bienpensance, – que ce soit les ‘Black Lives Matter’ et leurs performances démonstratrices-de-rue et financières-globales, ou la “diversité” qu’Hollywood impose à ses productions et à ses acteurs.es [oups] comme autant d’actes de “censure” [selon Lavrov], – une telle ingérence constitue une démarche exceptionnelle de la part d’une puissance comme la Russie.

• C’est d’autant plus exceptionnel que la politique de la Russie post-Guerre Froide, et surtout dans l’ère Poutine, a jusqu’à il y a peu considéré comme sacré le devoir de non-ingérence. S’il y a eu des exceptions durant ces 3-4 dernières années, elles venaient de Poutine, et souvent sous une forme diplomatique ou indirecte, et passant en général par l’ironie, lors des conférences de presse-marathon que donne annuellement le président russe. Cette fois, cela vient d’un ministre certes très important et très connu ; paradoxalement, le fait d’une critique venue d’un rang inférieur à celui de Poutine mais faisant partie du gouvernement donne une ampleur plus grande à l’acte. Cela signifie que l’ingérence n’est plus exceptionnelle (du fait de Poutine) mais devient un fait courant de la politique russe et de son gouvernement, et cela est d’autant plus important que Lavrov est un poids lourd du gouvernement, très connu à l’extérieur.

• Tout cela prend bien entendu d’autant plus d’importance encore, et apparaissant encore plus comme une politique de gouvernement et non plus un acte exceptionnel du président, que le domaine abordé par Lavrov n’est pas celui qu’il considère habituellement de sa compétence. C’est donc bien délibérément affirmé comme un acte de gouvernement en général ; il y a donc la déclaration de Lavrov elle-même, et ce qu’elle signifie de la politique du gouvernement russe. Normalement, si notre analyse est bonne, on devrait désormais en attendre pas mal et à faire sonner nos oreilles, de la part des Russes, dans ce domaine de nos ébats sociétaux-progressistes et wokenistes ; et le wokenisme devenant ainsi un enjeu majeur de la Grande Crise d’Effondrement du Système (de la Modernité), position qu’il mérite d’ailleurs amplement.

• L’objet de la critique est lui aussi peu ordinaire, sinon extraordinaire par rapport au catéchisme du bloc-BAO : ingérence dans les affaires intérieures de la “nation exceptionnelle”, critique d’un mouvement qui s’affiche comme le parangon de la bienpensance dans le bloc-BAO, dans le fait de l’antiracisme wokeniste, enfin la dénonciation sans précédent de l’existence d’un “racisme antiblanc”. (Il y a nombre de pays dans le bloc-BAO où la notion même de “racisme antiblanc” est considérée comme un constat inacceptable, voire très-punissable.) Lavrov démasque le simulacre de l’antiracisme-wokeniste et affirme pour la condamner bien entendu l’existence de cette nouvelle sorte de racisme ; critique d’autant plus acerbe qu’il n’hésite pas à ridiculiser les abus de ces comportements, jusqu’à évoquer l’occurrence d’un “Othello blanc” selon la logique contradictoire de la démarche. (Cela dû être déjà fait in illo tempore et certainement la tête des coupables, même trépassés, est-elle mise à prix. Et voilà que Lavrov en remet !)

• Un aspect singulier de la critique pourrait prétendre à réduire son aspect d’ingérence mais en fait lui donne une dimension d’importance considérable qui aggrave l’importance de la crise ainsi dénoncée : c’est l’aspect international que Lavrov donne potentiellement à ce mouvement. Il qualifie donc le wokenisme de “révolution culturelle” à résonnance maoïste pas si lointaine, et dénonce son but explicite de s’étendre “au monde entier” (d’ores et déjà évident au travers de différentes situations, européennes notamment).

• D’autre part, cette intervention exceptionnelle de Lavrov ne devrait rapidement plus être considérée comme telle pour entrer dans l’arsenal dialectique courant de la communication russe. Elle ne fait que confirmer ce que les Russes ont identifié comme une nouvelle forme de guerre que les USA/le bloc-BAO lancent contre la Russie et les autres puissances rétives à cette ligne postmoderne/wokeniste, et certainement le type d’agression contre laquelle la Russie devra se défendre. On pense évidemment à la “guerre mentale”, ou “guerre des âmes”, dont on a déjà parlé. Lavrov lui-même, il faut le rappeler, en avait débusqué les premiers signes cliniques, ce qui montre qu’il était prédestiné dans cet intérêt pour des affaires qui semblent en apparence très éloignées de son domaine, – “affaires étranges” plutôt qu’“affaires étrangères”.

• S’ils font ainsi la publicité de leurs analyses et de leur position devant un crise sociétale qui déchire le bloc-BAO, – et ils le feront car ils savent l’importance de la communication, – les Russes vont renforcer leur position d’influence en s’imposant plus que jamais de facto comme les défenseurs de la Tradition autant que des traditions. Cela devrait poser des problèmes délicats à nombre d’acteurs qui ont pris des positions politiques et stratégiques antirusse mais qui se trouvent également très nuancés sinon hostiles dans leurs conceptions par la poussée de la “révolution culturelle”, rayonnante de jeunesse et d’inventivité sous la direction de Joe Biden. (On est obligé de penser d’abord à la Pologne ; on pense également aux populistes et aux “petits Blancs” plus ou moins trumpistes aux USA, cultivés en général dans l’antirussisme et qui trouvent en la Russie un allié de poids contre le wokenisme qui les menace.) Les “intelligentsias” américanistes-occidentalistes elles-mêmes devront résoudre quelques équations complexes, y compris un Mélenchon qui n’a jamais dissimulé une certaine estime pour la Russie (on l’applaudit bien fort) en même temps qu’il a laissé prendre à son mouvement une position pro-indigéniste/wokeniste qui le met très près de tout ce que dénonce Lavrov.

Source: https://www.dedefensa.org/article/lavrov-denonce-le-racisme-antiblanc-aux-usa

L'entrée de l'Ukraine dans l'OTAN : contre la Russie, les USA sont prêts à sacrifier l'Europe

L'entrée de l'Ukraine dans l'OTAN : contre la Russie, les USA sont prêts à sacrifier l'Europe

par Karine Bechet-Golovko

Ex: http://russiepolitics.blogspot.com/2021/04/

Les Etats-Unis déclarent soutenir l'entrée de l'Ukraine dans l'OTAN, alors qu'un conflit militaire est actif sur son territoire et que la question territoriale est discutée par la communauté internationale. De son côté, la Russie prévient que ce pas, non seulement ne réglerait pas la question du Donbass, mais compliquerait encore plus la situation. Finalement, n'est-ce pas le but de ce conflit, n'est-ce pas là le rôle dévolu à l'Ukraine, comme à tous ces pays qui vendent leur souveraineté ? A savoir, devenir un jouet entre des mains, qui l'utiliseront jusqu'à ce qu'il soit cassé. Alors, un autre fera l'affaire. Les pays européens devraient en tirer - d'urgence - les conséquences, avant que d'être mis à la poubelle de l'histoire. Car quel est leur intérêt dans cette folle aventure ?

Depuis le Maïdan, l'Ukraine ne cesse de déclarer son voeu le plus cher d'entrer dans l'OTAN, d'en être un membre actif, véritable à part entière, allant jusqu'à l'absurde. Mais sérieusement, comment un Gouvernement digne de ce nom peut déclarer dans une loi, en 2016, que l'entrée dans l'OTAN est le but principal de la politique nationale ? Comment peut-on s'abaisser au point de même inscrire dans la Constitution ukrainienne en 2019, que le pays va vers une intégration dans l'Union européenne et dans l'OTAN ? Comment peut-on se prostituer à ce point, ouvertement, sans états d'âme, sans sursaut de dignité ? Comment peut-on imposer à son peuple la soumission, l'instrumentalisation, finalement la mise en esclavage au profit d'autres intérêts ?

Depuis, les missions de l'OTAN se sont parfaitement et ouvertement implantées en Ukraine, forment l'armée ukrainienne, qui va ainsi plus efficacement pouvoir tuer des civils à l'Est de son pays. Et ainsi, l'Ukraine permet de maintenir une tension extrême avec la Russie, qu'elle a déjà payée de la perte de la Crimée, qui sans le Maïdan serait toujours ukrainienne, et à ce rythme-là, elle peut conduire la Russie à intégrer le Donbass pour sauver les populations promises à un génocide annoncé, alors que la Russie ne cesse d'en appeler aux Accords de Minsk, selon lesquels le Donbass est et doit rester ukrainien.

Mais lorsqu'un pays joue un jeu qui le dépasse, qu'il ne maîtrise pas, il paie le prix qui lui est imposé par ses maîtres, ceux-là mêmes qui l'on autorisé à entrouvrir la porte de la cour des grands, et cela lui a déjà coûté tellement cher que s'arrêter en cours de route n'est plus possible.

Et le conflit dans le Donbass continue, se renforce maintenant que l'armée ukrainienne a été "formée" par l'OTAN. Et les "va-t'en-guerre", grisés par l'opération fulgurante dans le Haut-Karabakh, d'espérer  répéter l'histoire avec le Donbass. Ils n'ont certainement pas tiré la leçon des aventures géorgiennes, elles aussi en deux temps, qui se sont soldées par une défaite pour eux - la seconde fois, la Russie étant intervenue. Et la Russie, même si elle ne veut pas entrer dans un conflit armé à ses frontières, même s'il est impensable pour elle d'initier un conflit militaire, elle ne pourra laisser massacrer le Donbass, que ce génocide soit commis sous drapeau ukrainien ou derrière l'oriflamme de l'OTAN, elle n'aura d'autre choix que d'intervenir. Les pays membre de l'OTAN devraient réfléchir et se demander quels sont réellement leurs intérêts nationaux dans la région, car ce sont leurs hommes qu'ils peuvent envoyer mourir pour ces intérêts ...

Depuis le temps que l'Ukraine se prépare à entrer dans l'OTAN, depuis le temps que l'OTAN la fait attendre, patienter, la caressant de temps en temps, avant de l'utiliser, puis de la faire à nouveau attendre, la situation pourrait-elle vraiment changer ? Tout dépend de la volonté politique.

Les Etats-Unis déclarent soutenir l'entrée de l'Ukraine dans l'OTAN, car ils soutiennent son "intégrité territoriale", mais la décision doit être prise par les membres de l'OTAN. Traduire : les Etats-Unis veulent continuer à développer le conflit en Ukraine dans le combat contre la Russie, mais c'est aux pays membre de l'OTAN, bien travaillés en avance par la construction de la figure de l'ennemi, de prendre la responsabilité collective de la montée d'un cran du conflit avec la Russie et du risque d'un affrontement direct. Bien loin des Etats-Unis, ce conflit peut engloutir ce qu'il reste de l'Europe.

De son côté, Zelensky, parfaitement briefé, déclare estimer que seule une entrée de l'Ukraine dans l'OTAN permettrait de mettre fin au conflit dans le Donbass.

Pourquoi ? Parce que la Russie est censée trembler de peur devant l'Occident conquérant dans la fantasmagorie globaliste ... Une fantasmagorie refroidie par une déclaration immédiate du porte-parole du Kremlin. D'une part, Dmitri Peskov prévient que ce genre de décision ne peut se prendre sans l'appui de son peuple, or la population de l'Est du pays est majoritairement opposée à l'entrée de l'Ukraine dans l'OTAN. Cette démarche ne va donc pas, évidemment, calmer la situation intérieure du pays. D'autre part, le ministère russe des affaires étrangères a rappelé que les provocations par l'armée ukrainienne ne cessent d'augmenter sur la ligne de front, mettant en danger les populations civiles, notamment les citoyens russes du Donbass et que la Russie est prête à défendre sa sécurité, quel que soit le scénario. Comme l'a également souligné Peskov et sans entrer dans les détails, la sécurité du pays et des citoyens russes reste la priorité et de l'Etat et du Président personnellement.

Pendant que le discours ne cesse de s'envenimer, des vidéos de témoins sont apparues dans les réseaux sociaux, montrant des blindés de l'OTAN entrant en Ukraine par la Pologne et se dirigeant vers la ligne de front. Cela s'ajoute à l'accumulation de l'artillerie, de l'infanterie, de l'aviation, etc ukrainienne et des "conseillers de l'OTAN" aux frontières du Donbass (voir en détail l'état des lieux par E. Castel ici). En mars 2021, le regroupement des forces ukrainienne et leurs mouvements étaient à peu près celui-ci :

Et comme l'a déclaré aujourd'hui le dirigeant de la république de Donetsk, dans sa conférence de presse diffusée dans l'émission politique 60 minutes, Denys Pouchiline, "en cas d'attaque de l'armée ukrainienne, les forces du Donbass ne s'arrêteront pas à la frontière des anciennes régions de Donetsk et Lugansk.". 

Le pacte de la mer Noire. Quand l'axe Turquie-Ukraine irrite Poutine

Le pacte de la mer Noire. Quand l'axe Turquie-Ukraine irrite Poutine

Par Gregorio Baggiani

Ex : https://formiche.net/

Avertissement : ce document émane d’une structure de l’OTAN. Il nous apparaît cependant intéressant à plus d’un titre : il souligne le double jeu de la Turquie, révèle son rôle toujours important au sein de l’Alliance Atlantique, montre que l’intérêt d’Ankara pour Kiev prépare, en quelque sorte, l’inclusion de l‘Ukraine dans l’Otan.

De l'énergie à l'armement, la Turquie et l'Ukraine se rapprochent de plus en plus, et sont désormais officiellement jumelées. Une entente en mer Noire qui inquiète la Russie dans une large mesure et qui pourrait également avoir des répercussions au Moyen-Orient. L'analyse de Gregorio Baggiani, analyste de la Fondation du Collège de défense de l'OTAN.

L'intensification des relations turco-ukrainiennes est l'une des principales nouveautés de ces dernières années. Elle représente un important facteur de stabilité, puisqu'elle rétablit un équilibre des forces qui avait été perturbé par l'annexion russe de la Crimée en mars 2014, certes illégale du point de vue du respect du droit international, mais qui s'est déroulée dans un contexte de forte escalade des tensions internationales au niveau systémique en raison de la crise ukrainienne.

La Russie et la Turquie sont "unies" par des intérêts communs tels que le commerce de l'énergie, la vente de systèmes d'armes (en particulier le système de missiles S-400, qui permet de contrôler l'ensemble de la mer Noire et une partie de la Méditerranée, une zone sur laquelle la Turquie lorgne de manière de plus en plus agressive), une aversion commune pour les systèmes politiques libéraux et surtout par la nécessité de maintenir la mer Noire sous la domination exclusive des principales puissances côtières.

Sans compter que la Turquie reste un membre fondamental de l'OTAN, même si elle n'est plus considérée comme un allié fiable par de nombreux autres États membres. Erdogan utilise habilement, autant que très peu scrupuleusement, l'appartenance à l'OTAN pour s'opposer à la Russie lorsque cela est nécessaire, tout en menaçant d'étendre les relations avec la Russie pour obtenir des concessions de la part de l'OTAN, dans la mesure où celle-ci joue un rôle clé dans la protection militaire des États-Unis au Moyen-Orient et au-delà.

Mais ces éléments ne suffisent pas à déterminer une entente durable entre les grandes puissances de la mer Noire, car la Russie et la Turquie sont également divisées par des problèmes régionaux; voir le Caucase du Sud, et le Nagorny-Karabakh en particulier, ainsi que la Syrie et la Méditerranée orientale, où le panturquisme, ou le pantouranisme, se heurte inévitablement aux visées expansionnistes du voisin russe. Ceux-ci inspirent évidemment la peur, même dans un État militairement puissant comme la Turquie (dont la force militaire s'est de toute façon affaiblie après les purges de l'armée qui ont suivi la tentative de coup d'État de juillet 2016).

Dans ce contexte, on assiste donc à une intensification des relations commerciales par le biais d'un accord de libre-échange et de coopération militaire, mais aussi diplomatique, entre la Turquie et l'Ukraine, les deux États littoraux les plus importants après la Russie.

La Turquie soutient sans réserve ou sans ambiguïté la souveraineté et l'intégrité territoriale de l'Ukraine à l'intérieur de frontières internationalement reconnues et se félicite donc de la coopération dans le cadre de la Plate-forme pour la désoccupation de la Crimée à laquelle Moscou s'oppose évidemment de manière unilatérale, mais ferme, parce qu'elle remet en cause une question qu'elle considère comme désormais close.

Les ministères de la défense et les autres départements concernés des deux pays doivent assurer le succès de tous les projets bilatéraux. Ils ont l'intention d'achever dès que possible les négociations sur un accord de libre-échange entre l'Ukraine et la Turquie, d'intensifier la coopération au sein de la Commission intergouvernementale pour le commerce et la coopération économique et d'accroître les investissements turcs dans les projets d'infrastructure en Ukraine.

Les deux pays accueilleront l'« Année de l'Ukraine » en Turquie et l'« Année de la Turquie » en Ukraine. En outre, une sorte de jumelage est prévu, dans le sens où l'Ukraine a exprimé son intérêt à promouvoir la coopération avec la Turquie dans le domaine religieux également.

Cela inclut même la construction d'une nouvelle mosquée importante à Kiev, une manière de reconnaître et de récompenser la petite communauté musulmane ukrainienne, tout en présentant l'Ukraine comme ouverte au monde musulman, faisant de la mer Noire une mer de commerce et de communication interreligieuse.

Au niveau diplomatique international, cette alliance unique entre la Turquie et l'Ukraine finira par faire basculer les votes de nombreux États islamiques vers l'Ukraine lorsque l'ONU sera appelée à se prononcer sur la question de la Crimée, une occupation par le passé déjà sanctionnée par l'ONU à plus d'une reprise.

Ce qui est clair, c'est une sorte de compétition acharnée entre la Russie et l'Ukraine pour s'attirer les faveurs du monde arabe, et de ce qu'on appelle le tiers-monde en général au niveau international et surtout au sein des Nations unies, (il n'est pas surprenant de constater dernièrement un fort activisme russe à la recherche de voix pour résister aux résolutions de condamnation à l'ONU pour l'occupation de la Crimée et des débouchés commerciaux et géopolitiques en Afrique, surtout le long de la côte sud de la mer Rouge, en particulier à Port Soudan, un avant-poste stratégique pour le contrôle de la navigation en transit vers le golfe Persique et l'océan Indien, où s'effectue une part importante du trafic commercial et énergétique mondial) et un autre pour l'accès aux marchés du Moyen-Orient, pour lequel le contrôle de la mer Noire est absolument essentiel, comme pour l'extraction du gaz et du pétrole, dont la mer Noire est riche et dont l'extraction contestée par la Russie représente un élément supplémentaire de tension et de discorde entre Moscou et Kiev qui, idéalement, devrait être discuté dans le cadre de négociations multilatérales complexes qui, cependant, semblent inévitablement se heurter à des difficultés.

Il va sans dire que cette convergence d'intentions et d'intérêts entre la Turquie et l'Ukraine est fortement désapprouvée par Moscou et suivie avec une certaine inquiétude dans la mesure où elle vise intrinsèquement à contenir les aspirations expansionnistes de la Russie en Mer Noire même (et surtout comme projection en Méditerranée orientale et en Syrie), malgré le fait qu'il existe entre la Russie et la Turquie une importante collaboration de type sectoriel, donc non organique et structurelle du point de vue politique.

D'autre part, certains acteurs extérieurs à la région, les États-Unis en particulier, voient d'un bon œil une alliance entre Ankara et Kiev, comme une alliance visant spécifiquement à empêcher Moscou de satisfaire ses besoins de projection stratégique, ce qui l'aiderait à augmenter le volume des échanges commerciaux et politico-diplomatiques avec le reste du monde. Cela accroît de manière directement proportionnelle son statut politique et diplomatique et lui permet de devenir ou d'être l'un des pôles indépendants de la politique mondiale, ce que l'on appelle le nouvel ordre multipolaire, auquel les dirigeants et, dans une certaine mesure, la population russe elle-même aspirent fortement, et qui est illustré par le concept de velikoderzavnost ou de grande puissance.

Comprendre les PSYOPs anti-Poutine: une préparation à la guerre

Source The Saker Blog

Il n’est pas exagéré de dire que dans la mythologie de l’Empire anglo-sioniste, Poutine est quelque chose d’apparenté à Satan ou, du moins, qu’il est une sorte de « Sauron » qui incarne le mal. Et nous avons tous entendu que récemment Biden, au cours d’une interview enregistrée, a déclaré que Poutine est « un tueur ». Lorsqu’on lui a donné la possibilité d’adoucir une telle déclaration, Jen Psaki n’a rien fait de tel. Nous pouvons donc conclure qu’il s’agissait d’une caractérisation officielle, délibérément planifiée, du dirigeant russe.

Ce type de langage n’a jamais été utilisé par les responsables occidentaux pendant la guerre froide, du moins pas au plus haut niveau. Alors pourquoi cette haine bouillonnante envers Poutine ?

Intro : Une cause pour un prétexte

Ce n’est pas parce qu’il est un ex employé du PGU, KGB, SSSR. Yuri Andropov était un ancien président du KGB, et il a beaucoup fait pour renforcer le KGB, son personnel et ses opérations. Pourtant, personne ne l’a jamais traité de tueur. Ce n’est pas non plus à cause de la Crimée ou du Donbass, du moins pas directement, car lorsque l’URSS a envahi la Tchécoslovaquie et, avant cela, la Hongrie, les politiciens occidentaux n’ont pas traité Khrouchtchev ou Brejnev de « tueurs ». Ce n’est pas pour avoir descendu le MH-17 (les dirigeants occidentaux savent tous que ce sont des mensonges créés par les services spéciaux occidentaux), parce qu’il y a eu pas mal d’avions de ligne civils abattus par divers États, mais cela n’a pas donné lieu à ce genre de diabolisation totale des dirigeants de ces États. Je pourrais continuer, mais vous avez compris : même si nous analysons soigneusement toutes les accusations portées contre Poutine, nous constatons que le type de diabolisation totale dont il a fait l’objet est assez unique dans son intensité et sa portée.

Il y a une énorme différence entre les concepts de « cause » et de « prétexte », et tous les exemples que j’ai donnés ne sont que des prétextes. Nous allons donc examiner les causes réelles d’une telle haine aveugle pour Poutine.

Voici une autre liste de raisons possibles : tout d’abord, il est indéniable que si Eltsine a presque détruit la Russie en tant que pays, Poutine a, à lui seul, « ressuscité » la Russie en un temps étonnamment court. D’un pays en lambeaux et d’une population qui ne souhaitait rien d’autre que de devenir la prochaine Allemagne ou, à défaut, la prochaine Pologne, Poutine a fait de la Russie la plus forte puissance militaire de la planète et a complètement remodelé la perception que les Russes ont d’eux-mêmes et de la Russie. En outre, Poutine a utilisé la moindre mesure prise par l’Occident (comme les sanctions, les boycotts ou les menaces) pour renforcer davantage la Russie (par des moyens tels que la substitution des importations, les conférences internationales et les manœuvres militaires). Plus important encore, Poutine a dissocié la Russie d’un grand nombre d’institutions ou de mécanismes contrôlés par les États-Unis, un geste qui a aussi énormément servi la Russie.

Les politiciens américains ont parlé d’un pays dont l’économie était « en lambeaux » et d’une « station-service se faisant passer pour un pays ». Mais dans le monde réel (zone B), l’économie russe s’est bien mieux comportée que les économies occidentales et, quant à la « guerre de l’énergie » entre les États-Unis, l’Arabie saoudite et la Russie, elle s’est soldée par une défaite catastrophique pour les États-Unis et un triomphe pour la Russie et, dans une moindre mesure, l’Arabie saoudite.

Puis vint la Covid-19 et le désastre épique pour mauvaise gestion de cette crise par l’Occident. De plus, le contraste entre la façon dont la Russie (et la Chine !) a géré la crise et ce que l’Occident a fait ne pouvait pas être plus grand. Quant au fait que la Russie soit le premier pays à créer un vaccin (à l’heure actuelle, pas moins de trois en fait ; la Russie est sur le point de commercialiser un autre vaccin, cette fois pour protéger les animaux contre la Covid-19) et, pire encore, le pays qui a créé le meilleur vaccin de la planète – c’est un désastre de relations publiques pour l’Occident et il n’y a rien que l’Occident puisse faire pour en atténuer le choc. Au contraire, les choses ne font qu’empirer, comme le montrent tous les blocages à venir en Europe – à mettre en parallèle avec cette photo de l’heureux Lavrov en Chine portant un masque sur lequel est écrit « FCKNG QRNTN » ! [merde à la quarantaine, NdT]

Mais ce n’est pas non plus la vraie raison, comme le montre le fait que l’Occident détestait déjà Poutine bien avant la Covid-19.

La victoire « volée » de la guerre froide

En vérité, l’Occident a une très longue liste de raisons de haïr Poutine et tout ce qui est russe, mais je crois qu’il y a une raison qui les surpasse toutes : les dirigeants occidentaux croyaient sincèrement avoir vaincu l’URSS pendant la guerre froide (des médailles ont même été fabriquées pour commémorer cet événement) et, après l’effondrement de l’ancienne superpuissance et l’arrivée au pouvoir d’une marionnette alcoolique et désemparée, le triomphe de l’Occident était total. Du moins en apparence. La réalité, comme toujours, étant beaucoup plus compliquée.

[Aparté : les causes et les mécanismes de l'effondrement de l'Union soviétique 
ne sont pas notre sujet aujourd'hui, je me contenterai donc d'indiquer que je 
ne crois pas que l'URSS se soit "effondrée" mais qu'elle a été délibérément 
détruite par l'appareil du PCUS qui a décidé de briser le pays afin que le 
Parti et la Nomenklatura restent au pouvoir, non pas à la tête de l'URSS, 
mais à la tête des différentes républiques ex-soviétiques. Les dirigeants 
faibles et les idéologies auxquelles personne ne croit vraiment n'incitent 
pas les gens à se battre pour leurs dirigeants. C'est pourquoi la monarchie 
russe s'est effondrée, c'est pourquoi la démocratie maçonnique de Kerenski 
s'est effondrée et c'est pourquoi l'Union soviétique s'est effondrée (c'est 
aussi l'une des raisons les plus probables de l'effondrement final des 
États-Unis en tant qu'État)].

Poutine, qui n’était pas très connu en Occident ni, d’ailleurs, en Russie, est arrivé au pouvoir et a immédiatement inversé la chute de la Russie dans l’abîme. Il s’est d’abord attaqué aux deux menaces les plus urgentes, les oligarques et l’insurrection wahhabite dans le Caucase. De nombreux Russes, dont moi-même, ont été absolument stupéfaits par la rapidité et la détermination de ses actions. En conséquence, Poutine s’est soudainement retrouvé l’un des dirigeants les plus populaires de l’histoire de la Russie. Dans un premier temps, l’Occident a subi une sorte de choc, puis s’est installé dans un processus rappelant le « modèle Kübler-Ross » et, enfin, dans une frénésie russophobe jamais vue depuis le régime nazi allemand, pendant la Seconde Guerre mondiale.

Pour comprendre pourquoi Poutine est le Diable incarné, nous devons comprendre que les dirigeants de l’Occident collectif ont vraiment pensé que cette fois-ci, après un millénaire d’échecs et de défaites embarrassantes, l’Occident avait finalement « vaincu » la Russie qui deviendrait maintenant un territoire sans leader, sans culture, sans spiritualité et, bien sûr, sans histoire, dont la seule utilité serait de fournir des ressources à « l’Occident triomphant ».

Ensuite, les dirigeants anglo-sionistes de l’Empire ont exécuté l’opération sous faux drapeau du 11 septembre qui leur a donné le prétexte nécessaire à la Grande Guerre contre le Terrorisme, mais a complètement détourné leur attention de la soi-disant « menace russe », simplement parce qu’en 2001, il n’y avait pas de menace russe. Il y avait donc une certaine logique derrière ces mouvements. Et puis, « soudainement » (du moins pour les dirigeants occidentaux), la Russie fut « de retour » : en 2013, la Russie a bloqué l’attaque prévue des États-Unis et de l’OTAN contre la Syrie (le prétexte ici était les armes chimiques syriennes). En 2014, la Russie a apporté son soutien au soulèvement de la Novorussie contre le régime ukrainien de Kiev et, la même année, la Russie a également utilisé son armée pour permettre à la population locale de voter lors d’un référendum pour rejoindre la Russie. Enfin, en 2015, la Russie a stupéfié l’Occident avec une intervention militaire extrêmement efficace en Syrie.

Dans cette séquence, la Russie a commis deux types de « crimes » très différents (du point de vue anglo-sioniste, bien sûr) :

• Le crime mineur de faire ce que la Russie a réellement fait et
• le crime beaucoup plus grave de ne jamais avoir demandé à l’Empire la permission de le faire.

L’Occident aime traiter le reste de la planète comme une sorte de partenaire junior, avec un champ d’action très limitée et presque aucune autonomie réelle (le meilleur exemple est ce que les États-Unis ont fait à des pays comme la Pologne ou la Bulgarie). Si et quand un tel pays « junior » veut faire quelque chose pour sa politique étrangère, il doit absolument demander la permission à son grand frère anglo-sioniste. Ne pas le faire s’apparente à de la sédition et de la révolte. Dans le passé, de nombreux pays ont été « punis » pour avoir osé avoir une opinion ou, plus encore, pour avoir osé agir en conséquence.

Il ne serait pas inexact de résumer tout cela en disant que Poutine a fait un doigt d’honneur à l’Empire et à ses dirigeants. C’est ce « crime des crimes » qui a réellement déclenché l’hystérie anti-russe actuelle. Très vite, cependant, les dirigeants (pour la plupart désemparés) de l’Empire se sont heurtés à un problème extrêmement frustrant : alors que l’hystérie russophobe a eu beaucoup d’écho en Occident, elle a provoqué un puissant retour de flamme en Russie en raison d’un mouvement typique de « judo » à la Poutine : loin d’essayer de supprimer la propagande anti-russe de l’Occident, le Kremlin a utilisé son pouvoir pour la rendre largement disponible (en russe !) par le biais des médias russes (j’ai écrit à ce sujet en détail ici et ici). Le résultat direct a été double : premièrement, l’« opposition » dirigée par la CIA/MI6 a commencé à être fortement associée aux ennemis russophobes de la Russie et, deuxièmement, le grand public russe s’est rallié à Poutine et à sa position inflexible. En d’autres termes, en qualifiant Poutine de dictateur et, bien sûr, de « nouvel Hitler », les PSYOP occidentales ont obtenu un avantage limité dans l’opinion publique occidentale, mais se sont totalement tiré une balle dans le pied vis à vis du public russe.

J’appelle cette étape la « phase un de la PSYOP stratégique anti-Poutine ». Quant au résultat de cette PSYOP, je dirais non seulement qu’elle a presque complètement échoué, mais je pense qu’elle a eu, en Russie, l’effet inverse de celui escompté.
Un changement de cap s’imposait donc de toute urgence.

La réorientation des PSYOP américaines contre Poutine et la Russie

Je dois admettre que j’ai une très mauvaise opinion de la communauté du renseignement américain, y compris de ses analystes. Mais même l’ennuyeux « spécialiste de la zone Russie » a fini par comprendre que dire à l’opinion publique russe que Poutine était un « dictateur », un « tueur de dissidents » ou un « empoisonneur chimique d’exilés » entraînait un mélange typiquement russe de rires et de soutien au Kremlin. Il fallait faire quelque chose.

C’est ainsi qu’un petit malin, quelque part dans un sous-sol, a eu l’idée suivante : il est absurde d’accuser Poutine de choses qui le rendent populaire dans son pays, alors dressons une nouvelle liste d’accusations soigneusement adaptées au public russe.

Appelons cela la « phase deux de l’opération PSYOP anti-Poutine ».

Et c’est ainsi qu’a commencé l’affaire des « Poutine est de mèche avec ». Plus précisément, ces accusations ont été déployées par les PSYOP américaines et ceux qui sont à leur solde :

• Poutine désarme la Syrie
• Poutine va vendre le Donbass
• Poutine est une marionnette d’Israël et, en particulier, de Netanyahu.
• Poutine est un traître corrompu ne tenant pas compte des intérêts nationaux russes.
• Poutine autorise Israël à bombarder la Syrie (voir ici)
• Poutine vend les richesses de la Sibérie à la Chine et/ou Poutine soumet la Russie à la Chine.
• Poutine est corrompu, faible et même lâche.
• Poutine a été vaincu par Erdogan dans la guerre du Haut-Karabakh.

Les points ci-dessus sont les principaux sujets de discussion immédiatement approuvés et exécutés par les PSYOPs stratégiques américaines contre la Russie.

Ont-elles été efficaces ?

Oui, dans une certaine mesure. D’une part, ces « PSYOPS anti-russes améliorées » ont été immédiatement reprises par au moins une partie de ce que l’on pourrait appeler « l’opposition patriotique interne » (dont une grande partie est très sincère et sans aucune conscience d’être habilement manipulée). Plus toxique encore a été l’émergence d’un mouvement néo-communiste (ou, comme Ruslan Ostashko les appelle souvent « emo-marxistes ») assez bruyant (que j’appelle personnellement une sixième colonne) qui a commencé une campagne de propagande interne anti-Kremlin centrée sur les thèmes suivants :

• « Tout est perdu » (всепропальщики) : c’est la thèse qui dit que rien en Russie n’est bien, tout est soit faux soit mauvais, le pays s’effondre, ainsi que son économie, sa science, son armée, etc. etc. etc. C’est juste une sorte de défaitisme, rien de plus.
• « Rien n’a été accompli depuis l’arrivée de Poutine au pouvoir » : cette position est étrange, car il faut une gymnastique mentale absolument spectaculaire pour ne pas voir que Poutine a littéralement sauvé la Russie de la destruction totale. Cette position n’explique pas non plus pourquoi Poutine est si détesté par l’Empire (si Poutine faisait tout de travers, comme, disons, Eltsine, il serait adoré en Occident, pas détesté !)
• « Toutes les élections en Russie ont été volées. » Ici, la 5e colonne (dirigée par la CIA/MI6) et la 6e colonne doivent être d’accord : selon les deux, il est absolument impossible que la plupart des Russes aient soutenu Poutine pendant tant d’années et il est impossible qu’ils le soutiennent encore maintenant. Sans parler du fait que la grande majorité des sondages montrent que Poutine était, et est toujours, la personnalité politique la plus populaire de Russie.

Enfin, le grand dérapage de la réforme des retraites n’a certainement pas aidé Poutine à améliorer sa cote de popularité. Il a donc dû prendre des mesures : il a « adouci » certaines des pires dispositions de cette réforme et, finalement, il a réussi à mettre sur la touche certains des pires intégrationnistes atlantiques, dont Medvedev lui-même.

Malheureusement, certains sites web, blogs et individus prétendument pro-russes ont montré leur vrai visage en prenant le train en marche de cette deuxième campagne stratégique de PSYOP, probablement dans l’espoir d’être plus remarqués ou d’obtenir des fonds, ou les deux. D’où toutes les sornettes sur la collaboration entre la Russie et Israël ou sur un Poutine « vendu », que nous avons vues si souvent ces derniers temps. Le pire, c’est que ces sites web, ces blogs et ces personnes ont gravement induit en erreur et perturbé certains des meilleurs amis réels de la Russie en Occident.

Aucun d’entre eux ne répond jamais à une question très simple : si Poutine est un tel vendu, et si tout est perdu, pourquoi l’empire anglo-sioniste déteste-t-il autant Poutine ? En presque 1000 ans de guerre (spirituelle, culturelle, politique, économique et militaire) contre la Russie, les dirigeants de l’Occident ont toujours détesté les vrais patriotes russes et ils ont toujours aimé les (hélas nombreux) traîtres à la Russie. Et maintenant, ils détestent Poutine parce qu’il serait un mauvais dirigeant ?

Cela n’a absolument aucun sens.

Conclusion : une guerre est-elle inévitable maintenant ?

Les États-Unis et l’OTAN ne s’engagent pas dans des opérations stratégiques de maintien de la paix simplement parce qu’ils aiment ou n’aiment pas quelqu’un. L’objectif principal de ces PSYOPs est de briser la volonté de résistance de l’autre partie. C’était également l’objectif principal des deux PSYOP anti-Poutine (phase 1 et phase 2). Je suis heureux d’annoncer que les deux phases de ces PSYOPs ont échoué. Le danger ici est que ces échecs n’ont pas réussi à convaincre les dirigeants de l’Empire de la nécessité de changer de cap de toute urgence et d’accepter la « réalité russe », même si elle ne leur plaît pas.

Depuis que l’administration « Biden » (le « Biden collectif », bien sûr, pas la plante en pot) a pris (illégalement) le pouvoir, nous avons assisté à une forte escalade des déclarations anti-russes. D’où le dernier « hou, c’est un tueur » – ce n’était pas l’erreur d’un esprit sénile, c’était une déclaration soigneusement préparée. Pire encore, l’Empire ne s’est pas limité à des paroles, il a également effectué quelques « mouvements de corps » importants pour signaler sa détermination à rechercher une confrontation encore plus poussée avec la Russie :

• Il y a eu beaucoup de bruits de sabre en provenance de l’Ouest, et surtout des manœuvres militaires plutôt malavisées (voire carrément stupides) près de la frontière russe ou le long de celle-ci. Comme je l’ai expliqué un milliard de fois, ces manœuvres sont vouées à l’échec d’un point de vue militaire (plus on se rapproche de la frontière russe, plus les forces militaires occidentales sont en danger). Politiquement, cependant, elles sont extrêmement provocantes et, par conséquent, dangereuses.
• La grande majorité des analystes russes ne croient pas que les États-Unis et l’OTAN attaqueront ouvertement la Russie, ne serait-ce que parce que ce serait suicidaire (l’équilibre militaire actuel en Europe est fortement en faveur de la Russie, même sans utiliser d’armes hypersoniques). Ce que beaucoup d’entre eux craignent maintenant, c’est que « Biden » déclenche les forces ukrainiennes contre le Donbass, « punissant » ainsi l’Ukraine et la Russie (la première pour son rôle dans la campagne présidentielle américaine). Je suis plutôt d’accord avec ces deux déclarations.

En fin de compte, l’empire anglo-sioniste a toujours été raciste à la base, et cet empire l’est toujours : pour ses dirigeants, le peuple ukrainien n’est que de la chair à canon, une nation de troisième ordre sans intérêt et sans dirigeants qui a dépassé son utilité (les analystes américains comprennent que le plan américain pour l’Ukraine s’est soldé par un nouveau fiasco spectaculaire, comme ces plans délirants finissent toujours par le faire, même s’ils ne le disent pas publiquement). Alors pourquoi ne pas lancer ces gens dans une guerre suicidaire contre non seulement la LDNR mais aussi la Russie elle-même ? Bien sûr, la Russie gagnera rapidement et de manière décisive la guerre militaire, mais politiquement, ce sera un désastre en termes de relations publiques pour la Russie, car l’« Occident démocratique » accusera toujours la Russie, même si elle n’a clairement pas attaqué la première (comme ce fut le cas le 08.08.08) [En Géorgie, NdT].

J’ai déjà écrit sur la situation absolument désastreuse de l’Ukraine il y a trois semaines, je ne vais donc pas tout répéter ici, je dirai simplement que depuis ce jour, les choses ont encore empiré : il suffit de dire que l’Ukraine a déplacé beaucoup de blindés lourds vers la ligne de contact, tandis que le régime de Kiev a maintenant interdit l’importation de papier toilette russe (ce qui montre ce que la bande au pouvoir considère comme des mesures importantes et nécessaires). S’il est vrai que l’Ukraine est devenue un État totalement défaillant depuis le coup d’État néonazi, on constate aujourd’hui une nette accélération de l’effondrement non seulement du régime ou de l’État, mais aussi du pays dans son ensemble. L’Ukraine s’effondre si rapidement que l’on pourrait créer un site web entier pour suivre l’évolution de cette horreur, non pas jour après jour, mais heure après heure. Il suffit de dire que « Ze » s’est avéré être encore pire que Porochenko. La seule chose que Porochenko a fait et que « Ze » n’a pas fait (encore !) est de déclencher une guerre. À part cela, le reste de ce qu’il a fait (par action ou inaction) ne peut être qualifié que de « encore la même chose, mais en pire ».

La guerre peut-elle être évitée ?

Je ne sais pas. Poutine a donné aux Ukronazis un avertissement très sévère (« des conséquences graves pour le statut d’État de l’Ukraine en tant que tel »). Je ne crois pas une seconde que quiconque au pouvoir à Kiev se soucie de l’Ukraine ou de son statut d’État, mais ils sont assez intelligents pour comprendre qu’une contre-attaque russe pour défendre la LDNR et, plus encore, la Crimée, pourrait inclure des frappes de précision ciblées sur « le leadership » avec des missiles avancés. Les dirigeants ukronazis seraient bien avisés de réaliser qu’ils ont tous une cible peint sur la tête. Ils pourraient également réfléchir à ceci : qu’est-il arrivé à tous les chefs de gangs wahhabites en Tchétchénie depuis la fin de la deuxième guerre de Tchétchénie ? (Indice : ils ont tous été retrouvés et exécutés). Cela suffira-t-il à les arrêter ?

Peut-être. Espérons-le.

Mais nous devons maintenant garder à l’esprit que dans un avenir prévisible, il ne reste que deux options pour l’Ukraine : « une fin horrible ou une horreur sans fin » (expression russe).

Le meilleur scénario pour la population ukrainienne serait une scission (relativement pacifique, espérons-le) du pays en plusieurs parties gérables.
La pire option serait sans aucun doute une guerre à grande échelle contre la Russie.

À en juger par la rhétorique qui émane de Kiev ces jours-ci, la plupart des politiciens ukrainiens soutiennent fermement l’option n° 2, d’autant plus que c’est également la seule option acceptable pour leurs maîtres étrangers. Les Ukrainiens ont également adopté une nouvelle doctrine militaire (qu’ils appellent « stratégie de sécurité militaire de l’Ukraine ») qui déclare la Russie État agresseur et adversaire militaire de l’Ukraine (voir ici pour une traduction automatique du texte officiel).

Cela pourrait être la raison pour laquelle Merkel et Macron ont récemment eu une vidéoconférence avec Poutine (« Ze » n’était pas invité) : Poutine pourrait essayer de convaincre Merkel et Macron qu’une telle guerre serait un désastre pour l’Europe. Pendant ce temps, la Russie renforce rapidement ses forces le long de la frontière ukrainienne, y compris en Crimée.

Mais toutes ces mesures ne peuvent pas dissuader un régime qui n’a pas de dirigeants. L’issue sera décidée à Washington DC, pas à Kiev. Je crains que le sentiment traditionnel d’impunité totale des dirigeants politiques américains ne leur donne, une fois de plus, l’impression qu’il y a très peu de risques (pour eux personnellement ou pour les États-Unis) à déclencher une guerre en Ukraine. Les dernières nouvelles sur le front américano-ukrainien sont la livraison par l’US Navy de 350 tonnes d’équipement militaire à Odessa. Pas assez pour être militairement significatif, mais plus que suffisant pour inciter le régime de Kiev à attaquer le Donbass et/ou la Crimée.

En fait, je ne m’étonnerais même pas que « Biden » lance une attaque contre l’Iran pendant que le monde regarde l’Ukraine et la Russie se faire la guerre. Après tout, l’autre pays dont la position géostratégique s’est gravement dégradée depuis que la Russie a déplacé ses forces en Syrie est Israël, le seul pays que tous les politiciens américains serviront fidèlement et quel qu’en soit le coût (y compris le coût humain pour les États-Unis). Les Israéliens exigent une guerre contre l’Iran depuis au moins 2007, et il serait très naïf d’espérer qu’ils ne finissent pas par obtenir gain de cause. Enfin, et ce n’est pas le moins important, il y a la crise que le chutzpah condescendant qu’est Bliken a déclenchée avec la Chine et qui, jusqu’à présent, n’a abouti qu’à une guerre économique, mais qui pourrait aussi s’intensifier à tout moment, surtout si l’on considère les nombreuses provocations anti-chinoises récentes de la marine américaine.

Actuellement, les conditions météorologiques dans l’est de l’Ukraine ne sont pas propices à des opérations militaires offensives. La neige continue de fondre, créant des conditions routières très difficiles et boueuses (appelées « rasputitsa » en russe) qui entravent considérablement le mouvement des forces et des troupes. Ces conditions vont toutefois changer avec l’arrivée de la saison chaude, et les forces ukrainiennes seront alors idéalement positionnées pour une attaque.

En d’autres termes, à moins d’un développement majeur, nous pourrions être à quelques semaines seulement d’une guerre majeure.

The Saker

Traduit par Wayan, relu par Hervé pour le Saker Francophone

La tension dans le Donbass est toujours plus forte

La tension dans le Donbass est toujours plus forte

par Emanuel Pietrobon

Source : Insideover & https://www.ariannaeditrice.it/articoli/la-tensione-nel-d...

Le mois de mars a été marqué par une augmentation sensible des niveaux de confrontation et de tension le long des points de contact dans l'est de l'Ukraine, sous la forme de violations croissantes du cessez-le-feu et d'un inquiétant rassemblement de troupes et d'armements par Kiev, et s'est terminé par une vidéo-trilatérale entre Vladimir Poutine, Angela Merkel et Emmanuel Macron visant à rechercher une désescalade.

Ce qui se passe

Le gouvernement ukrainien a tiré la sonnette d'alarme fin mars à propos de certains mouvements de troupes russes le long des frontières orientales du pays. Aucune invasion ne se profile à l'horizon selon Dmitrij Peskov, le porte-parole officiel de Poutine, mais un simple (et légitime) transfert de forces armées à l'intérieur des frontières territoriales de la Russie, qui, en tant que tel, ne devrait ni susciter d'inquiétude ni être utilisé pour alimenter les tensions dans le Donbass.

La nervosité est toutefois palpable des deux côtés: la dernière semaine de mars a vu l'augmentation du niveau d'alerte en Europe par l'EuCom, l'approbation d'un document stratégique par l'Ukraine dans lequel elle définit Moscou comme un "adversaire militaire", réitère sa volonté d'adhérer à l'Alliance atlantique et son objectif de désoccuper la Crimée, tandis que dans le Donbass quatre soldats ukrainiens et un civil ont été tués. Ce tableau, qui est tout sauf rose, est encadré par un exercice massif des forces armées russes dans la péninsule de Crimée, qui s'est déroulé du 16 au 19, un appel à la mobilisation dans la république de Donetsk pour tous les hommes nés jusqu'en 2003 et, le long du Donbass, d'innombrables violations de la trêve par les Ukrainiens - 54 entre le 2 et le 16 seulement - accompagnées d'une augmentation des fournitures d'armes lourdes aux troupes déployées sur place et d'un exercice militaire qui a vu l'utilisation de chars.

La conférence à trois entre Poutine, Merkel et Macron a été organisée à la suite de cette série d'événements et dans le but précis de tenter d'amorcer un processus de désescalade par la reprise du dialogue entre les garants des séparatistes (Russie) et de l'Ukraine (Allemagne et France). L'événement, au cours duquel la coopération en matière de vaccination et d'autres sujets ont également été abordés, semble avoir été marqué par l'harmonie et la concorde et s'est terminé par un appel commun à la fin des provocations.

Qui provoque qui ?

Les chiffres en main, par exemple ceux du nombre croissant de violations du cessez-le-feu par les Ukrainiens, semblent tous indiquer qu'une opération bien conçue et planifiée de destruction progressive du cessez-le-feu est en cours dans le Donbass. Le processus d'escalade se déroule par étapes, avec des attaques chirurgicales de drones et des échanges de tirs impromptus mais de plus en plus fréquents, et peut être retracé de manière indicative jusqu'en novembre dernier, mois à partir duquel une augmentation constante des irrégularités a été observée.

Moscou et Kiev s'accusent mutuellement d'être à l'origine de la détérioration de la situation et d'aspirer à une reprise des hostilités en vue d'un éventuel élargissement du conflit à l'ensemble du territoire ukrainien. Le Kremlin, cependant, n'a aucun intérêt à ce qu'un tel scénario devienne réalité, et ce pour de multiples raisons :

1. Les retombées potentiellement mortelles sur Donetsk et Lugansk. Les deux républiques séparatistes sont dangereusement vulnérables compte tenu de l'accumulation de troupes et d'armements par l'Ukraine le long de leurs frontières.
2. Risques pour la Crimée. La mer Noire est agitée par les manœuvres des flottes américaine, roumaine et turque et la péninsule fait l'objet d'un intérêt quasi obsessionnel du côté ukrainien, qui a récemment dévoilé une "plateforme de désoccupation" dans laquelle de nouvelles pressions à plusieurs niveaux sur Moscou sont annoncées dans le but de rendre l'annexion "non rentable". Rouvrir le front du Donbass reviendrait à détourner l'attention du Kremlin de la péninsule, l'exposant ainsi aux sabotages et autres opérations asymétriques.
3. Le facteur Biden. À la Maison Blanche se trouvent les codirecteurs de l'Euromaïdan, c'est-à-dire Joe Biden et Antony Blinken, qui ont envoyé des signaux clairs et sans équivoque concernant la volonté d'intensifier la confrontation hégémonique avec la Russie. Bien au fait du dossier ukrainien, ainsi que de la formulation du plan de sanctions, Biden et Blinken sauraient comment maximiser leurs profits d'un retour à la guerre dans le Donbass.
4. Le dialogue avec l'Union européenne. Le Donbass est l'une des principales raisons du régime des sanctions euro-américaines et de la consolidation du flanc oriental de l'Alliance atlantique, c'est pourquoi la reprise des combats ne pourrait qu'avoir des effets immédiats et pernicieux sur les relations (déjà précaires) entre Bruxelles et Moscou.

En bref, une éventuelle réouverture des hostilités irait à l'encontre des intérêts actuels du Kremlin et en faveur de ceux de Kiev qui, par le déclenchement d'une crise, pourrait geler davantage les relations entre les blocs, brisant le timide réchauffement intervenu au nom de la coopération vaccinale, et donner une impulsion au processus d'incorporation dans l'orbite euro-américaine. Des opérations sous faux drapeau pourraient être à portée de main : prenez garde à ce qui se passe.

Le Donbass et la mer Noire se réchauffent, voilà ce qui se passe

Le Donbass et la mer Noire se réchauffent, voilà ce qui se passe

Par Emanuel Pietrobon & Paolo Mauri

Ex : https://it.insideover.com/

La température dans l'est de l'Ukraine et dans la mer Noire est en forte hausse, et ce n'est pas une référence à la météo, mais au rassemblement de troupes et de moyens militaires des deux côtés et à l'augmentation des violations du cessez-le-feu le long des points de contact au Donbass. Une situation similaire se produit en mer Noire, où des exercices militaires et des mouvements de flotte sont enregistrés. Une question se pose : que se passe-t-il dans la périphérie orientale du Vieux Continent ?

Le Donbass s'échauffe

Depuis novembre dernier, une augmentation constante des violations du cessez-le-feu a été observée le long des points de contact du Donbass. Cinquante-quatre violations auraient été commises par les troupes ukrainiennes au cours de la seule période du 2 au 16 mars. Les parties, à savoir les séparatistes et le gouvernement, s'accusent mutuellement de la multiplication des incidents, des morts et des blessés, et brandissent le spectre d'une prétendue escalade de la part de l'autre partie afin d'envenimer la situation.

L'augmentation des violations a également été certifiée par la Mission spéciale de surveillance de l'OSCE, selon laquelle ‘’la trêve tient mais est affaiblie par cette tendance’’. Sur fond de transgressions, la surveillance du territoire a permis de découvrir un phénomène inquiétant: depuis le 1er mars, la fourniture d'armes lourdes aux troupes ukrainiennes déployées le long de Donetsk et de Lougansk a augmenté.

Le Kremlin n'en doute pas: la croissance de la ‘’bellicosité’’ et l'augmentation de l'arsenal dont dispose le gouvernement ukrainien - sur fond d'accroissement des troupes ukrainiennes déployées sur le terrain - seraient le reflet d'un projet d'escalade visant l'effondrement de la trêve et, à terme, la caducité de la résolution, raison pour laquelle le mois de mars a été ponctué par le lancement d'avertissements et de mises en garde en direction de Kiev et des deux autres membres du ‘’groupe Normandie’’, à savoir Paris et Berlin.

Infographie d'Alberto Bellotto

Que se passe-t-il dans la mer Noire ?

Le 19 mars, un croiseur américain de classe Ticonderoga, l'USS Monterey (Cg-61) appartenant au CSG (Carrier Strike Group) du porte-avions Eisenhower qui croise actuellement en Méditerranée orientale, a traversé le Bosphore pour entrer dans la mer Noire. Le jour suivant, un destroyer de la classe Arleigh Burke, le USS Thomas Hudner (DDG 116) faisant toujours partie de l'escorte du "Ike", a également suivi le croiseur.

Des navires américains sont entrés dans la mer Noire pour participer à l'exercice Sea Shield dirigé par la Roumanie. Le but ultime de ces opérations est de perfectionner les procédures conjointes de défense aérienne afin de mieux défendre les navires de guerre et d'établir une supériorité aérienne et maritime permettant la liberté de navigation dans toutes les eaux et tous les espaces aériens internationaux, selon la déclaration officielle de l'U.S. Navy.

Dans le détail, l'exercice Sea Shield voit la participation de dix-huit navires de guerre et de dix avions de huit États, et se déroulera jusqu'au 29 mars prochain. Les forces participantes viennent de Bulgarie, de Grèce, de Hollande, de Pologne, de Roumanie, d'Espagne, des États-Unis d'Amérique et de Turquie.

Le Commandement maritime allié de l'OTAN participe à ces opérations avec le Groupe maritime permanent de l’OTAN (SNMG-2). Mercredi dernier, quelques jours avant l'entrée du croiseur américain en mer Noire, le Mendez Nunez, une frégate de la marine espagnole, a traversé le Bosphore, suivi vendredi par le Cristobal Colon, une autre unité du même type.

La flotte russe de la mer Noire s'est immédiatement mise "en état d'alerte" et a pris la mer pour suivre les manœuvres de l'OTAN: il semble en effet que, samedi matin, tous les sous-marins russes chasseurs-tueurs (SSK) aient pris la mer en quittant leur base de Sébastopol.

Les unités américaines, en particulier, ont quitté leur tâche d'escorte de l'"Ike" après que le CSG s'est exercé avec la Grèce et la Turquie en Méditerranée orientale: les manœuvres impliquant Athènes ont été plus élaborées et ont également vu l'implication des F-16 de l'armée de l'air hellénique, tandis que celles effectuées avec Ankara n'étaient qu'un "passex", ou des exercices effectués "en passant" pendant la croisière du porte-avions. Un signe que Washington porte un "regard particulier" sur la Grèce.

Le Donbass et la mer Noire sont-ils liés ?

L'entrée d'unités navales américaines dans la mer Noire et l'exercice Sea Shield ne doivent cependant pas être mal interprétés et liés directement aux mouvements de troupes en Ukraine. Premièrement, les exercices, de part et d'autre, sont établis avec une grande marge de temps et communiqués tout aussi rapidement. Deuxièmement, il s'agit d'un cadre stratégique plus large - qui inclut aussi l'Ukraine, sans aucun doute - et qui est lié à l'importance que l'Alliance atlantique - en premier lieu, les États-Unis - accorde à la mer Noire.

Depuis que la Turquie est devenue un partenaire "non fiable" pour sa position sur les armements de fabrication russe et pour la déstabilisation de la Méditerranée orientale dans sa confrontation avec la Grèce, cette portion de mer et les pays qui la surplombent, liés à Washington et Bruxelles, sont devenus de plus en plus centraux dans la stratégie de l'endiguement de la Russie.

Ainsi, la Roumanie, la Bulgarie (déjà membres de l'OTAN) ainsi que la Géorgie, l'Ukraine et même la Moldavie, ont fait l'objet ces dernières années d'une attention particulière de la part des États-Unis et de l'Alliance atlantique: lorsque, le 5 février dernier, le destroyer USS Donald Cook a effectué une "visite de courtoisie" au port géorgien de Batumi, après être entré en mer Noire avec le USS Porter quelques jours auparavant, il ne s'agissait pas seulement d'un fait lié au "renforcement des solides relations de défense et de sécurité entre les États-Unis et la Géorgie", mais d'un signal clair et précis vers l'extérieur (la Russie) et vers l'intérieur de l'Alliance (la Turquie). En outre, cette étendue de mer et le ciel qui la surplombe connaissent depuis un certain temps un trafic militaire plus important que la cruciale Méditerranée - où la Russie est d'ailleurs désormais chez elle -, ce qui indique que, tout comme la Baltique et les mers arctiques, les États-Unis et l'OTAN n'ont pas l'intention de relâcher la pression sur Moscou, même si, à Washington, le centre de gravité de la confrontation militaire s'est déplacé vers la Chine.

Joe l’Endormi s’est réveillé : Syrie, Russie et Chine. Qu’est-ce qui va suivre?

Joe l’Endormi s’est réveillé : Syrie, Russie et Chine. Qu’est-ce qui va suivre?

Par Giorgio Spagnol

Ex: http://ieri.be

Joe Biden a été surnommé "l’endormi" par Donald Trump. Quoi qu'il en soit, après seulement 30 jours de présidence, il s'est réveillé et a bombardé la Syrie. Le 25 février, Biden a ordonné de frapper la Syrie en réponse à des attaques à la roquette contre les forces américaines dans la région, suscitant l'inquiétude des législateurs démocrates car il n'avait pas demandé l'autorisation nécessaire au Congrès.

Le 16 mars, M. Biden a accusé Poutine d'être un "tueur" et l'a averti qu'il "paierait le prix fort" pour l'ingérence présumée des services russes dans les élections américaines.

Le 18 mars, la première réunion de haut niveau entre les États-Unis et la Chine sous la présidence de M. Biden s'est ouverte à Anchorage, en Alaska, les deux parties s'échangeant des injures dès le début.

L'état des lieux

La frappe contre la Syrie a suscité des critiques de la part des députés, qui ont reproché à la Maison-Blanche de ne pas les avoir informés à l'avance. Le site bombardé n'était pas spécifiquement lié aux tirs de roquettes contre les Américains, mais était simplement censé être utilisé par les milices chiites soutenues par l'Iran qui ciblent les forces américaines en Irak. Reuters a cité des rapports locaux selon lesquels au moins 17 personnes avaient été tuées dans le bombardement, tandis que l'Observatoire syrien des droits de l'homme a fait état de 22 morts.

La Russie a nié les allégations d'ingérence, formulées de longue date. Les Russes ont dit qu’elles étaient sans fondement et ont déclaré que leur ambassadeur quittait les États-Unis et qu'il discuterait des "moyens de rectifier les liens entre la Russie et les États-Unis, qui sont en crise" à son arrivée à Moscou. Il a ajouté que "certaines déclarations irréfléchies de hauts responsables américains ont mis les relations, déjà excessivement conflictuelles, sous la menace d'un effondrement".

Le 18 mars, Poutine a répondu au commentaire de Biden, qui le posait comme un ‘’tueur’’, en disant "il en faut être un pour en connaître un autre", ajoutant qu'il souhaitait à Biden une ‘’bonne santé’’ (il convient de mentionner que Biden a survécu à deux anévrismes cérébraux à la fin des années 1980 et que son état s'est ensuite compliqué d'une thrombose veineuse profonde et d'une embolie pulmonaire). Quoi qu'il en soit, Poutine a mis Biden au défi de tester ses facultés dans un débat en ligne.

Poutine a fait remarquer que la Russie continuerait à coopérer avec les États-Unis lorsqu'ils soutiennent les intérêts de Moscou, ajoutant que "beaucoup de personnes honnêtes et décentes aux États-Unis souhaitent la paix et l'amitié avec la Russie." Mais après ce tac au tac, les relations entre les États-Unis et la Russie ont été en chute libre. En adoptant une position ferme à l'égard de la Russie, M. Biden a déclaré que l'époque où les États-Unis se pliaient à Poutine était révolue.

La réunion entre les hauts fonctionnaires américains et chinois a été entachée d’une série de réparties mordantes entre les deux superpuissances, les envoyés des deux pays échangeant des critiques acerbes sur la gouvernance et les défauts de l'autre.

Le début des discussions de deux jours à Anchorage, en Alaska, a été marqué par les propos du secrétaire d'État américain Antony Blinken, qui a déclaré à ses homologues chinois que les États-Unis allaient faire part de leurs "profondes préoccupations" concernant les politiques de la Chine au Xinjiang, à Hong Kong et à Taiwan.

La Chine, représentée par le ministre des affaires étrangères Wang Yi, a répliqué que les États-Unis et la Chine avaient chacun leur propre style de démocratie et que Pékin s'opposait fermement à l'ingérence de Washington dans ses affaires intérieures, ajoutant que les relations avec la Chine devaient être fondées sur le respect mutuel.

Les États-Unis ont ensuite publié une déclaration accusant la Chine de faire de la figuration et de prononcer un discours d'ouverture qui a largement dépassé les deux minutes initialement convenues.

Plus tard, lors d'un briefing suivant la réunion, des responsables chinois ont déclaré que les États-Unis avaient lancé des attaques déraisonnables contre les politiques intérieure et extérieure de la Chine en ajoutant : "Ce n'est pas une manière d’agir car elle n’est pas conforme à l'étiquette diplomatique".

Biden et la Russie

En janvier dernier, le vice-ministre russe des affaires étrangères, M. Ryabkov, avait accusé l'administration du président Joe Biden de "russophobie", déclarant qu'il s'attendait à ce que les relations avec les États-Unis aillent "de mal en pis".

Les relations entre Moscou et Washington se sont détériorées ces dernières années sur des questions telles que la saisie par la Russie de la région ukrainienne de la Crimée en 2014, son rôle dans les guerres dans l'est de l'Ukraine, en Syrie et en Libye, son ingérence présumée dans les élections aux États-Unis , et une série de cyberattaques majeures imputées aux Russes.

La Russie, bien qu'incapable d'agir comme une grande puissance mondiale, est la quantité qui, en jetant son poids sur la balance, peut être décisive, grâce à son formidable arsenal nucléaire, dans le match entre les États-Unis et la Chine.

La Russie existe et résiste en tant qu'empire depuis au moins six siècles. C'est un État puissant armé jusqu'aux dents, dirigé par un leader charismatique sans opposition, mais bien conscient qu'il ne peut pas se précipiter seul dans des aventures militaires contre des voisins comme les États-Unis ou l'OTAN.

L'espace, la culture et l'ambition impériale permettent à Moscou de disposer d'une élite russe dotée d'une ambition géopolitique. En raison de sa position géographique, la Russie est un élément central de la sécurité en Eurasie, son territoire étant contigu à toutes les grandes zones de crise dans le monde.

Biden et la Chine

Les liens économiques, géopolitiques et sécuritaires entre les régions du Pacifique occidental et de l'océan Indien ont créé un système stratégique dans lequel l'océan Indien a remplacé l'Atlantique en tant que corridor commercial le plus fréquenté et le plus important sur le plan stratégique, transportant deux tiers des expéditions mondiales de pétrole et un tiers des marchandises en vrac.

Environ 80 % des importations de pétrole de la Chine sont acheminées du Moyen-Orient et/ou de l'Afrique via l'océan Indien. L'Indo-Pacifique devient ainsi le centre de gravité économique et stratégique du monde. Les intérêts, les capacités et les vulnérabilités de la Chine s'étendent à l'ensemble de l'océan Indien et c'est pourquoi la Chine a établi en 2017 une énorme base navale militaire à Djibouti, dans la Corne de l'Afrique.

Les liens stratégiques entre la Chine et la Russie

La Chine et la Russie entretiennent actuellement des relations difficiles avec les États-Unis suite à l'imposition de droits de douane à la Chine et aux sanctions infligées à la Russie. Pour la première fois, les deux grandes puissances sont considérées comme "révisionnistes, concurrentes stratégiques et rivales" dans la série des documents stratégiques américains de 2017 et 2018.

La Chine et la Russie ont récemment envoyé des messages forts par le biais de mesures telles que des patrouilles stratégiques aériennes conjointes et la critique commune de l'unilatéralisme américain.

Il convient de mentionner que lors de deux événements distincts, la Russie et la Chine ont publiquement annoncé une nouvelle ère de diplomatie entre les deux pays: avec l'exercice Vostok 2018 et l'exercice Joint Sea 2019, la Russie et la Chine ont signalé à l'Occident qu'elles travaillent plus étroitement ensemble pour faire contrepoids à l'"impérialisme" américain.

En particulier, Vostok 2018, un exercice militaire russo-chinois de grande envergure, a impliqué plus de 300.000 soldats, 1.000 avions et plusieurs navires de guerre, tandis que Joint Sea 2019 a impliqué de nombreux sous-marins, navires, avions, hélicoptères et marines des deux pays.

Ce qui lie ces puissances entre elles, c'est leur accord sur la nécessité de réviser le statu quo. La Russie essaie tant bien que mal de reconstituer son aire d’influence du temps de l'Union soviétique. La Chine n'a pas l'intention de se contenter d'un rôle secondaire dans les affaires mondiales, pas plus qu'elle n'acceptera le degré actuel d'influence des États-Unis en Asie et le statu quo territorial qui y règne.

Les dirigeants des deux pays sont également d'accord pour dire que la puissance américaine est le principal obstacle à la réalisation de leurs objectifs révisionnistes. Leur hostilité à l'égard de Washington et de son ordre est à la fois offensive et défensive: non seulement ils espèrent que le déclin de la puissance américaine facilitera la réorganisation de leurs régions, mais ils craignent également que Washington ne tente de les renverser en cas de discordes durables au sein de leurs pays.

C'est pourquoi ils tiennent dûment compte de la devise divide et impera (diviser pour régner) qui est née de besoins pratiques: Rome, matériellement, ne pouvait pas faire face à son ennemi lorsqu'il était uni.

Biden pousse-t-il la Chine et la Russie à se rapprocher ?

Les relations sino-russes sont principalement façonnées par la pression exercée par les États-Unis sur ces deux États.

L'évolution de la politique américaine à l'égard de la Chine - qui s'éloigne de tout engagement pour se rapprocher de la stratégie du néo-contrôle - a survalorisé la coopération potentielle plus étroite entre Moscou et Pékin, devenu l’ennemi principal. Les relations sino-russes se sont particulièrement épanouies dans des domaines tels que l'opposition politique et normative envers l'Occident, l'énergie, la sécurité, le nucléaire et l'espace.

Parallèlement, la rhétorique anti-américaine de Xi Jinping a commencé à ressembler à celle de Vladimir Poutine. La Russie et la Chine ont également amélioré leur position au sein du système des Nations unies, notamment en se faisant élire au Conseil des droits de l'homme.

Biden avait prévu de tendre la main à l'Union européenne afin d'apprivoiser l'influence de la Chine au niveau régional et mondial. Ces plans ont été compliqués par la décision de l'UE d'aller de l'avant avec un nouvel accord d'investissement avec la Chine quelques semaines seulement avant que Biden n’entre en fonction.

Actuellement, la politique intérieure russe offre un terrain fertile pour des relations plus étroites avec Pékin: le Kremlin ne considère pas que la puissance croissante de la Chine sape sa légitimité intérieure ou menace la survie du régime, tandis que la Chine apprécie également le soutien de la Russie.

C'est cet alignement normatif qui illustre le plus clairement leur position anti-occidentale. Il est certain que la Chine et la Russie considèrent que les problèmes internes de l'Occident (Brexit, manifestations de Black Lives Matter, etc.) légitiment davantage leurs propres régimes.

Considérations

Si vous êtes président des États-Unis, vous ne pouvez pas dire "Poutine est un tueur". Vous ne pouvez pas le dire, vous n'êtes pas obligé de le dire. Trump, le président des excès, ne l'avait pas dit non plus. L'attaque vise aussi à faire barrage à tout achat du vaccin russe Spoutnik V. Est-ce aussi une façon détournée d'imposer subrepticement des sanctions contre toutes les entreprises de l'UE qui participent à l'achèvement du gazoduc Nord Stream 2 reliant la Russie à l'Allemagne?

Les relations des États-Unis avec la Chine ont plongé à leur point le plus bas depuis la visite de Nixon dans l'État communiste dans les années 1970. Les liens entre les États-Unis et la Russie sont, quant à eux, à leur point le plus difficile depuis la chute de l'Union soviétique.

Toute tentative de faire ouvertement fléchir le pouvoir au sein de deux puissances nucléaires constitue une action extrêmement dangereuse. C'est dangereux lorsque les hommes les plus puissants du monde, dont les doigts peuvent presser les boutons déclenchant le feu nucléaire, se retranchent dans des impasses rhétoriques et risquent ainsi une épreuve de force entre superpuissances.

Malgré la fanfaronnade de Biden, "L'Amérique est de retour", les États-Unis sont affaiblis par deux décennies d’offensives et de retraits au Moyen-Orient, par leurs divisions politiques paralysantes et par les pires réponses apportées à une pandémie mondiale.

Et la Chine s'est hérissée d'une déclaration conjointe des États-Unis et du Japon cette semaine, qui fait partie d'un effort de l'administration Biden pour créer un front uni d'alliés afin de contrer la puissance économique, stratégique et militaire de la Chine et de forcer Pékin à accepter des règles internationales que la Chine rejette comme étant une tentative de limiter son pouvoir.

Conclusion

Après qu'une foule a pris d'assaut le Capitole américain, Xi et Poutine se demandent probablement: "Est-ce là la nation dont nous devons avoir peur ? Est-ce là la nation qui veut être l'exemple paradigmatique de la démocratie et qui veut exporter sa démocratie dans le monde entier ?".

Biden aura sûrement du mal à convaincre la Chine et la Russie qu'il s'agissait d'un événement isolé, passager, et que la démocratie américaine est plus forte que jamais. Il aura encore plus de mal à les convaincre qu'une Amérique aussi divisée est, malgré tout, consensuelle, cohérente et unie, prête à faire face à toute menace extérieure possible et à diriger le monde.

Biden devrait définir une stratégie d'équilibrage avec la Chine avant que les deux nations ne dépassent les limites de ce que les cercles stratégiques appellent la "nouvelle guerre froide" pour entrer dans un véritable conflit direct, faisant ainsi entrer dans la réalité le fameux "piège de Thucydide".

Nous ne pouvons qu'espérer que la situation fortement concurrentielle entre les États-Unis et la Chine se retrouvera très vite entre des mains plus sereines. Après tout, ce qui met réellement en danger la paix et la stabilité mondiales, ainsi que l'avenir des relations entre les États-Unis et la Chine, ce n'est pas une "concurrence stratégique" entre les deux grandes puissances, mais l'incertitude résultant d'une concurrence dans laquelle aucune des deux puissances ne suit les règles du jeu traditionnelles, mais se comporte arbitrairement en fonction de son seul intérêt personnel, lequel est très étroitement défini.

En résumé, la Chine peut aujourd'hui compter sur la Russie, le plus grand pays du monde qui s'étend sur la masse continentale eurasienne. Les deux principaux acteurs ‘’orientaux’’ sont à bien des égards complémentaires: la Russie possède des ressources naturelles, des sciences fondamentales et des armes; la Chine possède des capitaux, des technologies commerciales et des industries lourdes. La Russie a un problème de sous-population, la Chine le contraire. Un principe ancien "l'ennemi de mon ennemi est mon ami" lie Pékin et Moscou.

L'une des leçons de la politique étrangère américaine de ces dernières décennies est que les plans élaborés à Washington ne survivent souvent pas au contact avec le monde extérieur. Et il n'est pas certain que les alliés des États-Unis adhèrent à la stratégie Biden: comme je viens de le souligner, ils ont envoyé un signal en concluant un accord commercial avec la Chine juste avant que Biden ne prenne ses fonctions.

Copyright © 1998-2017 IERI (Institut Européen des Relations Internationales) - Tous Droits Réservés

URL source : http://ieri.be/fr/publications/wp/2021/mars/sleepy-joe-ha...

Liens :

[1] http://ieri.be/fr/category/tags-working-paper/europe

[2] http://ieri.be/fr/category/tags-working-paper/f-d-ration-...

3] http://ieri.be/fr/category/tags-working-paper/usa

4] http://ieri.be/fr/category/tags-working-paper/syst-me-int...

[5] http://ieri.be/fr/category/tags-working-paper/affaires-eu...

[6] http://ieri.be/fr/category/tags-working-paper/d-fensestra...

Comment la Russie est présentée comme un cyber-agresseur

Source Oriental Review

Les médias occidentaux ont longtemps fait les gros titres sur l’ingérence sans fin de la Russie en tout et partout, les politiciens et les experts de tous niveaux disant régulièrement la même chose. Autrefois peu critique, son public est aujourd’hui fermement convaincu que les « pirates informatiques russes » et les « trolls russes » constituent la plus grande menace pour la société occidentale et qu’ils cherchent constamment à saper « les fondements de la démocratie ». Heureusement, cependant, les « bons » aux États-Unis et au sein de l’OTAN – qui travaillent sans relâche pour protéger les peuples de l’Ouest, sans oublier de leur soutirer des opportunités supplémentaires et des fonds pour eux-mêmes – parviennent toujours à déjouer les attaques de ces « mauvais Russes ».

Comment se fait-il que ces mêmes médias, politiciens et experts occidentaux parlent ouvertement de la création de nouvelles unités de cyber-commandement, d’énormes centres de traitement des données, de programmes spéciaux de surveillance et d’échange d’informations entre les agences de renseignement, du développement de cyber-armes très efficaces, etc. en Europe et en Amérique, mais que ce soit la Russie que l’on qualifie volontiers de « cyber-agresseur » ? Comment se fait-il que la soi-disant « Big Tech » – qui se compose exclusivement de sociétés informatiques américaines (Google, Facebook, Twitter, Amazon, Apple, etc.) qui ont empêtré presque tout l’Internet dans leurs services et leurs médias sociaux – puisse recueillir des données personnelles et cibler les utilisateurs à des fins commerciales et politiques, notamment en recourant à la censure et à une répression ouverte de tout ce qui est répréhensible, mais que les accusations d’ingérence ne soient portées que contre la Russie ?

Voyons voir.

Il ne fait aucun doute que nous sommes face à une bataille dans le cyberespace, et une information peut en contredire une autre selon son objectif. Par conséquent, tout jugement doit être fondé uniquement sur des faits et non sur leur interprétation. Alors, quels sont ces faits ?

Toutes les accusations de cyberattaques contre la Russie se résument généralement à des déclarations audacieuses et non fondées et aux discussions approfondies qui en découlent. Les rapports sont remplis de descriptions sur ce que les présumés malfaiteurs faisaient, mais, curieusement, on ne dit pas grand-chose sur leurs objectifs, et ce qui est dit est extrêmement vague. Des preuves convaincantes ne sont jamais produites. Les responsables américains et leurs alliés expliquent ce manque de preuves par le fait qu’elles sont hautement confidentielles et qu’ils protègent les sources de leurs services de renseignement.

Chacun comprend que le travail effectué par les agences de renseignement est extrêmement secret. Cependant, le fait est que ce ne sont pas les méthodes de travail des agences de renseignement ou leurs sources qui sont cachées aux lecteurs intéressés, mais les buts réels de ces prétendues cyberattaques et les dommages causés.

Essentiellement, ce sont les théories du complot dignes d’un film de science-fiction hollywoodien qui prévalent. Pour que l’intrigue semble plus convaincante, elle est en outre tapissée de personnes et de circonstances qui, selon la confiance des « réalisateurs », orienteront leur public vers l’implication russe. Il s’agit notamment de nombreuses références au président russe, qui aurait donné l’ordre ; de descriptions détaillées des agences de renseignement russes menant des activités secrètes dans l’intérêt de leur État ; et d’histoires concernant des messages en cyrillique sur Internet qui n’auraient pu être écrits que par des Russes.

Il est parfaitement clair que la forme l’emporte sur le contenu.

À maintes reprises, ces ingrédients sont soigneusement mélangés dans le cyberespace avec l’aide de ces mêmes politiciens, experts et médias, de sorte que le spectateur, l’auditeur ou le lecteur non averti commence rapidement à percevoir ce qui se passe comme si réel que la nécessité de toute confirmation supplémentaire devient sans objet. Après tout, si toutes les sources disent la même chose, comment peuvent-elles se tromper ? Le fait qu’elles se citent toutes les unes les autres échappe à toute remarque.

L’expérience montre qu’une fois que des « histoires à sensation » informatives comme celles-ci sont diffusées, elles prennent une vie propre. Même une réfutation complète des faits sur lesquels l’histoire est basée n’aura que peu ou pas d’effet sur sa diffusion continue dans le cyberespace. L’échec de l’enquête du procureur spécial Robert Mueller sur l’ingérence présumée de la Russie dans l’élection présidentielle américaine de 2016 n’a rien changé à la rhétorique trop familière sur la cyber-agression russe.

Mais pourquoi l’idée de la Russie en tant que cyber-agresseur est-elle poussée avec autant de force ?

Le fait que les États-Unis soient un leader mondial dans le domaine des technologies de l’information et des télécommunications n’est jamais évoqué. Ces dernières années, cependant, Washington a cherché de plus en plus à développer et à utiliser ces technologies à des fins militaires, pour militariser activement le cyberespace.

En 2010, les États-Unis ont développé le virus Stuxnet et l’ont utilisé contre l’Iran. L’attaque était une sorte de « cyber-Hiroshima » et a servi d’avertissement à l’ensemble de la communauté mondiale, car de telles actions agressives auraient pu avoir des conséquences irréparables non seulement pour l’Iran, mais pour toute la région dans son ensemble. Ainsi, l’Amérique a été en fait le tout premier pays à utiliser une cyber-arme contre un État.

L’année précédente, en 2009, le Cyber Command avait été créé sous la direction du Pentagone. Ce nouveau commandement militaire combine des pouvoirs défensifs et offensifs qui sont exercés sur la base d’informations reçues de la principale agence de renseignement – l’Agence de sécurité nationale (NSA).

En août 2017, le Cyber Command est devenu une structure indépendante sur ordre du président américain et a été élevé au rang de commandement unifié. Ainsi, la nouvelle unité de commandement a été mise sur un pied d’égalité avec neuf autres commandements de combat américains. Le Cyber Command a été doté de 130 unités et de plus de 6 000 employés, dont des cyber-opérateurs qualifiés capables de participer à des opérations tant défensives qu’offensives.

Le chef de la NSA et du Cyber Command américain, le lieutenant général Paul Nakasone, estime que Washington doit adopter une approche plus agressive à l’égard de ses adversaires dans le cyberespace. C’est pourquoi le Cyber Commandement américain a élaboré une nouvelle feuille de route en mars 2018 intitulée « Atteindre et maintenir la supériorité dans le cyberespace ». Selon cette nouvelle stratégie, l’armée américaine devrait effectuer des raids sur les réseaux étrangers sur une base quasi quotidienne et désactiver les serveurs suspects avant qu’ils ne tentent de lancer des logiciels malveillants.

Toutefois, comme le rapporte le New York Times, certains responsables américains craignent que l’action des États-Unis dans les réseaux étrangers n’entraîne des représailles sur les banques, les marchés financiers ou les réseaux de communication américains. Les auteurs de la cyber-stratégie n’excluent pas non plus certains risques diplomatiques, puisque le Cyber Command estime que les principaux opposants de l’Amérique ne sont pas tant des acteurs non étatiques comme les terroristes, les criminels et les militants, mais des pays comme la Chine, la Russie, l’Iran, etc.

Comme on peut le voir, les États-Unis développent leurs cyber-capacités pour mener des cyber-offensives agressives, allant jusqu’à des cyber-attaques préventives visant les structures d’information d’États souverains.

Outre le développement de cyberstructures, les États-Unis pratiquent l’espionnage mondial depuis 1947 dans le cadre du programme de surveillance électronique Échelon. Les technologies modernes de l’information et des télécommunications ont permis à Washington de renforcer considérablement les capacités de ses services de renseignement. Le programme PRISM (Program for Robotics, Intelligent Sensing, and Mechatronics) du gouvernement américain, en cours depuis 2007, en est une preuve frappante. Il permet de collecter secrètement des données en masse sans sanction judiciaire. Des preuves documentaires fournies par Edward Snowden, ancien employé de la CIA et de la NSA, en 2013, ont montré que les agences de renseignement américaines utilisent le programme PRISM pour accéder aux serveurs centraux des neuf principales sociétés Internet – Microsoft, Yahoo, Google, Facebook, Paltalk, YouTube, AOL, Skype et Apple.

Le personnel du 624e centre d’opérations mène des cyber-opérations en soutien au commandement et au contrôle des opérations en réseau de l’armée de l’air et aux besoins communs de la composante de l’armée de l’air du cyber-commandement

En fait, les agences de renseignement américaines sont en train de compiler une base de données globale des données personnelles des utilisateurs de médias sociaux, des fichiers audio et vidéo, des photographies, des courriels et des documents électroniques. Snowden a également révélé que la NSA avait utilisé le programme PRISM pour écouter les conversations téléphoniques de 35 chefs d’État et de certains diplomates étrangers. Les experts affirment que les agences de renseignement américaines, en collaboration avec le siège des communications du gouvernement britannique (GCHQ), ont illégalement craqué pratiquement toutes les normes de cryptographie sur Internet en utilisant des superordinateurs et les services de pirates informatiques de premier ordre.

Ainsi, l’accumulation d’armes cybernétiques et les activités de cyber-espionnage de Washington menacent la sécurité mondiale, et tous les faux discours sur l’« ingérence russe » et les « pirates russes » ne sont qu’une couverture destinée à écarter ce fait de l’agenda international.

Il s’avère que nous avons mal formulé la question. L’Occident ne défend pas l’idée que la Russie est un cyber-agresseur, mais l’idée que le cyber-agresseur est la Russie. Pourquoi ? Pour détourner l’attention.

Traduit par Hervé, relu par Wayan pour le Saker Francophone

Les difficultés de Merkel et Macron incitent Biden à attaquer Poutine et Xi

Les difficultés de Merkel et Macron incitent Biden à attaquer Poutine et Xi 

Par Augusto Grandi

https://www.kulturaeuropa.eu/

SOURCE : https://electomagazine.it/le-difficolta-di-merkel-e-macro...

Biden ? Un démocrate, comme chacun le sait. Cette définition est suffisante pour exclure toute surprise face à l'attaque sordide lancée par le nouveau Président américain contre Poutine. Parce que, contrairement à ce que les médias et les historiens de service disent aux Italiens crédules, les démocrates américains ont toujours été des bellicistes. Beaucoup plus belliciste que les Républicains. Mais en Italie, ils évitent soigneusement de relier les "saints" Kennedy ou Lyndon Johnson à l'escalade de la guerre au Vietnam.

Il était donc évident que Biden allait accroître la tension internationale. Les insultes contre Poutine vont de pair avec les attaques contre la Chine. Un appel aux armes qui conduira à de nouvelles sanctions contre Moscou, poussant inévitablement la Russie dans les bras de Xi Jinping.

Biden, cyniquement mais aussi logiquement (car il a été chargé d'être président pour protéger les intérêts des grands groupes américains), profite de la situation de crise lourde qui affecte l’Europe. Ce n'est pas une coïncidence s'il a lancé son attaque contre la Russie immédiatement après la confirmation de la défaite de la CDU d'Angela Merkel dans deux élections régionales importantes en Allemagne. La chancelière quittera la scène après l'été, son leadership s'affaiblit et l'Allemagne est en proie à l'indécision, exacerbée par le mécontentement des Allemands face aux confinements répétés qui handicapent les activités économiques et la vie sociale.

Macron, qui jusqu'à présent a été très actif en politique étrangère, en partie parce qu'il se sentait soutenu par Merkel, ne fait pas mieux. Maintenant, cependant, Macron doit faire face au mécontentement interne pour sa mauvaise gestion de la pandémie. Et les Français, contrairement aux moutons italiens, ne se contentent pas de bêler quand ils sont en colère. Le président de l'Hexagone se retrouve donc en difficulté sur la scène internationale. Mais sans Berlin et Paris, la politique étrangère européenne n'existe pas. Avec ‘’l'Italie de Sa Divinité’’ qui reçoit des ordres directement de Washington et refuse le vaccin Spoutnik V aux Italiens pour ne pas contrarier les multinationales américaines du médicament.

Donc Biden a le champ libre. Et l'interview éminemment subversif de Meghan Markle a également fait comprendre aux Britanniques que leur rôle était celui d'alliés, mais d’alliés d'importance secondaire. Une interview qui minel’idée du Commonwealth lui-même, car pour les démocrates américains, il ne peut y avoir qu'un seul empire, l'empire américain.

Difficile d'imaginer la réaction de Moscou et de Pékin au-delà des déclarations officielles. Il ne peut évidemment pas s'agir d'une réaction militaire, mais les deux pays sont désastreux en termes de soft power et cela les pénalise considérablement car cela limite leurs possibilités de réaction.

Augusto Grandi

Michail Boelgakov: Hondehart

Michail Boelgakov: Hondehart

Björn Roose

Mikhail Bulgakov, Marko Fondse (Translator),

Ex: https://www.goodreads.com/review/show/3886206374?rto=friend_update_daily_us&ref_=pe_41736990_574060880_review

Wie mijn boekbesprekingen volgt, zal zich misschien herinneren dat ik er eind augustus 2019 (het lijkt alweer een eeuwigheid geleden) een publiceerde over een ander werk van Michail Boelgakov, Zoja’s appartement . Ik verwijs graag naar die bespreking voor wie iets meer wil vernemen over de achtergrond van Boelgakov, maar begin de bespreking van Hondehart even graag met de conclusie van die vorige bespreking: “Voor de duidelijkheid: ik hoor niet tot de kaste van aan wal staande stuurlui. Het was ongetwijfeld in de Sovjet-Unie net zomin gemakkelijk voor je mening uit te komen als in nationaal-socialistisch Duitsland en er zal ook dáár weinig opdeling te maken geweest zijn tussen zwart en wit (een poging die in deze tijden uiteraard wél blijvend ondernomen wordt). Maar het is zonde gezien het talent dat Boelgakov in andere werken getoond heeft. Ik heb jaren geleden genoten van zijn Hondenhart (sic), dat in 1925 werd verboden en dat een heel erg duidelijke kritiek op het regime vormde. Of zoals de Sovjet-krant Izvestia op 15 september 1929 schreef: "Zijn talent is overduidelijk, maar zo is ook het reactionair sociaal karakter van zijn werk". Ik heb zijn voornaamste werk De Meester en Margarita nog niet gelezen - het boek waaraan hij tussen 1928 en het jaar van zijn overlijden, 1940, werkte -, maar ook dát zou een knappe parodie zijn op Stalin en het leven in de Sovjet-Unie. Dat maakt helaas dingen als deze tweede versie van Zoja's appartement én de kniebuigingen van Boelgakov voor Stalin en het regime alleen maar spijtiger.”

Ik heb dus nog steeds De Meester en Margarita niet gelezen (dat komt er een dezer maanden sowieso van), maar wel Hondehart (zonder tussen-n dus) opnieuw. En het boek was nog steeds zo goed als ik me herinnerde. Beter zelfs. Korte samenvatting (spoiler alert) op de achterflap van dit 140 bladzijden dikke paperbackje: “Hondehart is tegelijk de Frankenstein-achtige geschiedenis van een hond én een verbeten satire op bepaalde praktijken in het vroeg-bolsjewistische Rusland. Half verhongerd en met brandwonden overdekt wordt de hond gevonden en meegenomen door een beroemde chirurg, die zich heeft gespecialiseerd in verjongingskuren en nu een grote nieuwe stunt, een waarlijk revolutionair experiment voorheeft. De hond wordt geopereerd en krijgt de testikels en hersenen van een kort tevoren bij een gevecht omgekomen balalaikaspeler. De hond wordt nu snel: kameraad Sjarikov! Maar hij blijft als mens een monstruositeit. Zijn wezenlijke hondenatuur blijkt onveranderbaar. Hij slaat obscene taal uit, valt vrouwen op brute wijze lastig, elimineert op sadistische wijze katten, steelt, morst, probeert zelfs de assistent van de professor neer te schieten. Het experiment blijkt een jammerlijke blunder te zijn geweest: de mens met het hondehart moet maar weer hond worden.”

Zo, om de clue te weten te komen, moet u het boekje al niet meer lezen, maar u zal allicht ook niet meer opkijken van het feit dat dit werk in de Sovjet-Unie niet mocht gepubliceerd worden (helaas dook het in het Westen ook pas op toen hij al overleden was, net zoals De Meester en Margarita trouwens). Een duidelijker kritiek op het idee van de maakbare mens is nauwelijks denkbaar. En daarmee vormt het boek eigenlijk net zo goed een aanklacht tegen het nationaal-socialisme of tegen volstrekt waanzinnige moderne vormen van utopieën genre de veelbesproken Great Reset. Je kan de mens wel uit het vuilnis halen, maar niet het vuilnis uit de mens. Je kan de mens proberen aan te passen aan je communistische, nationaal-socialistische, post-modernistische ideetjes, maar de mens zal altijd een mens blijven en zelfs als er geen externe factoren meespelen – iets waar mensen als Klaus Schwab vurig naar streven door de hele wereld mee te slepen in hun waanzin –, zal je utopie aan dat simpele feit ten onder gaan.

Alleen zitten verstandige mensen daar niet op te wachten: ze weten ook dat de revolutie z’n kinderen opvreet en dat er een hele hoop kinderen zullen opgevreten zijn vooraleer de revolutie sterft. De “beroemde chirurg” waarvan sprake, Filipp Filippovitsj Preobrazjenski, beseft dat ook, maar vooraleer hij zichzelf zo ver kan krijgen niet alleen pas op de plaats te maken, maar ook rechtsomkeer, is er hoe dan ook al massa’s schade gedaan. En dan is Preobrazjenski nog bereid datgene te doen waar “experten” en politici voor zover ik weet – en ik kan me vergissen, maar laat iemand dan met een tegenvoorbeeld komen – nog nooit in geslaagd zijn: fouten erkennen en die niet proberen op te lossen door verder te gaan op het ten onrechte ingeslagen pad.

Vooraleer het zover komt – want dat gebeurt uiteraard pas op het einde van het boek – krijg je echter een schitterend boekje te lezen. Beginnend met een hoofdstuk waar de hond, sjarik in het Russisch, zijn gedachten de vrije loop laat terwijl ie ligt te creperen, een persoonsverwisseling waar de auteur aardig in geslaagd is (ik heb dit eerder gezien met een veulen, maar kan me niet meer herinneren in welk boek precies).

Gevolgd door een hoofdstuk waarin het beest de operatiekamer ingelokt wordt en de chirurg er behalve wat worst ook een stukje filosofie tegenaan gooit als hij door zijn assistent gevraagd wordt hoe hij de hond heeft meegekregen: “Kwestie van aanhalen. Dat is de enige manier waarop je wat bereikt bij levende wezens. Met terreur kom je nergens, ongeacht het ontwikkelingspeil van een dier.” Waarna dat dier ook te weten komt dat hij dan wel nieuwe testikels heeft gekregen, maar ook ontmand is: “‘Pas op, jij, of ik maak je af! Weest u maar niet bang, hij bijt niet.’ ‘Bijt ik niet?’ vroeg de hond zich verbaasd af.” En waarin we kennis maken met het “huisbestuur”, de club van communistische zeloten die ervoor moeten zorgen dat Preobrazjenski datgene doet wat ook in Dokter Zjivago van Boris Pasternak een belangrijk thema is: zijn appartement delen met alsmaar meer mensen (“inwonerstalverdichting”, zoals dat in Hondehart genoemd wordt). Op het einde van dat hoofdstuk krijgen we deze heerlijke dialoog, een dialoog die ik heden ten dage eigenlijk niet genoeg hoor. Een dialoog waarin simpelweg gezegd wordt dat iemand iets ook niet kan willen omdat hij het gewoon niet wil:

“‘… wilde ik u voorstellen …’ – bij die woorden rukte de vrouw uit haar boezem een aantal kleurige en van de sneeuw nat geworden tijdschriften, ‘een paar bladen te kopen van de kinderen in Duitsland. Een halve roebel per stuk.’

‘Nee, geen behoefte aan,’ antwoordde Filipp Filippovitsj kortaf met een schuinse blik op de blaadjes.

Op hun gezichten tekende zich nu volslagen verbijstering af en het gezicht van de vrouw hulde zich in een framboosrode gloed.

‘Waarom weigert u?’

‘Ik wil ze niet.’

‘Voelt u dan niet mee met de Duitse kinderen?’

‘Zeker wel.’

‘Kijkt u dan soms op een halve roebel?’

‘Nee.’

‘Waarom neemt u er dan geen?’

‘Ik wil niet.’”

Even vertaald naar vandaag de dag en kwestie dat wie er mij ooit om vraagt het nu al weet:

“‘… wilde ik u voorstellen …’ – bij die woorden rukte de dokter uit zijn lade een doorzichtige en van kwijl nat geworden spuit, ‘een vaccin te nemen tegen corona. Gratis.’

‘Nee, geen behoefte aan,’ antwoordde Björn Roose kortaf met een schuinse blik op de spuit.

Op het gezicht van de dokter tekende zich nu volslagen verbijstering af.

‘Waarom weigert u?’

‘Ik wil het niet.’

‘Voelt u dan niet mee met onze zwakkeren?’

‘Zeker wel.’

‘Bent u bang?’

‘Nee.’

‘Waarom neemt u er dan geen?’

‘Ik wil niet.’”

Soit, verder naar het volgende hoofdstuk. Daarin begint de langzame transformatie van hond tot mens (of van mens tot de nationaal-socialistische versie van Nietzsches Übermensch, of van koelak tot communist) en leert het beest dat het goed is geketend te zijn. Liever een dikke hond aan de ketting dan een magere wolf in het bos. “De volgende dag kreeg de hond een brede, glimmende halsband om. Toen hij zich in de spiegel bekeek, was hij het eerste moment knap uit zijn humeur. Met de staart tussen de poten trok hij zich in de badkamer terug, zich afvragend hoe hij het ding zou kunnen doorschuren tegen een kist of een hutkoffer. Maar algauw drong het tot hem door dat hij gewoon een idioot was. Zina nam hem aan de lijn mee uit wandelen door de Oboechovlaan. De hond liep erbij als een arrestant en brandde van schaamte. Maar eenmaal voorbij de Christuskerk op de Pretsjistenka was hij er al helemaal achter wat een halsband in dit leven betekent. Bezeten afgunst stond te lezen in de ogen van alle honden die hij tegen kwam en ter hoogte van het Dodenpad blafte een uit zijn krachten gegroeide straatkeffer hem uit voor ‘rijkeluisflikker’ en ‘zespoot’. Toen zij de tramrails overhuppelden keek een agent van milietsie tevreden en met respect naar de halsband (…) Zo’n halsband is net een aktentas, grapte de hond in gedachte en wiebelend met zijn achterwerk schreed hij op naar de bel-etage als een heer van stand.” Of, zoals het in het volgende hoofdstuk al heet: “Maak je zelf maar niets wijs, jij zoekt heus de vrijheid niet meer op, treurde de hond snuivend. Die ben je ontwend. Ik ben een voornaam hondedier, een intelligent wezen, ik heb een beter bestaan leren kennen. En wat is de vrijheid helemaal? Rook, een fictie, een drogbeeld, anders niet … Een koortsdroom van die rampzalige democraten …”

Maar dat beter bestaan komt met meer en meer plichten een keer je de babyfase voorbij bent, een keer je bekering in kannen en kruiken is, een keer je niet meer terug kan: Sjarikov wordt geacht beleefd te zijn, zijn plaats te kennen, wil “documenten” hebben (“Een document is de belangrijkste aangelegenheid ter wereld.”), wordt er door de communisten op gewezen dat hij “klassebewustzijn” moet kweken, terwijl hij in essentie – opnieuw – alleen maar wil vreten en achter katten aan zitten, wat dan ook precies is wat hij doet. Terwijl hij wel meer en meer eisen stelt aan zijn omgeving, want die doet niet precies wat hij wil.

Samengevat: Hondehart is een filosofisch tractaat zoals ook Frankenstein van Mary Shelley er een is (zoals aangegeven op de achterflap heeft de thematiek duidelijke raakvlakken). Maar wel een filosofisch tractaat dat leuk om lezen is, zelfs voor mensen die er niet meer in willen zien dan een verhaal van een hond die mens wordt en vervolgens weer hond. Ik weet niet of het boekje in recentere jaren nog ergens werd uitgegeven in het Nederlands (mijn exemplaar verscheen in 1969 bij de voor de gelegenheid met Uitgeverij De Arbeiderspers samenwerkende Em. Querido’s Uitgeverij in Amsterdam in een vertaling van Marko Fondse – derde druk van 1975), maar ik zou het zowel de liefhebbers van Russische literatuur, dissidenten, anti-communisme, anti-utopisme als de minder in filosofie maar dan toch in kortere vlot leesbare boeken aanraden. Een must read dus!

Les Etats-Unis poursuivent leur croisade contre Nord Stream 2

Brian Berletic :

Les Etats-Unis poursuivent leur croisade contre Nord Stream 2

https://journal-neo.org/

Malgré le théâtre politique partisan qui se joue à Washington en termes de politique étrangère, pratiquement rien n'a changé avec l'entrée en fonction du nouveau président américain. La rhétorique de la nouvelle administration est à peine différente de celle du prédécesseur.

Qu'il s'agisse des tensions américaines avec la Chine et l'Iran ou de la pression continue exercée sur la Russie, les Etats-Unis poursuivent une politique étrangère singulièrement belliqueuse dans le cadre d'un effort continu pour maintenir un "ordre international" dirigé par les seuls Etats-Unis et pour réaffirmer l'hégémonie américaine partout sur la Terre, surtout là où elle est contestée.

Cela inclut l'Europe occidentale, où les cercles d'intérêts politiques et économiques ont commencé à s'écarter des intérêts américains, voire à les contrecarrer.

Le meilleur exemple en est la participation de l'Allemagne au projet de gazoduc Nord Stream 2 - un effort conjoint entre la Russie et l'Allemagne pour amener le flux d'hydrocarbures directement vers l'Europe occidentale - en contournant les régions potentiellement instables en Europe de l'Est, régions qui sont spécifiquement ciblées par les Etats-Unis pour entraver la coopération russo-européenne.

Bliken se fait l’écho de Mike Pompeo

Le nouveau secrétaire d'État américain Antony Blinken, lors de son audition première devant le Sénat américain, s'est retrouvé en accord quasi unanime avec les sénateurs américains - républicains ou démocrates - sur la nécessité de maintenir, voire d'étendre, la belligérance américaine dans le monde.

En ce qui concerne Nord Stream 2 en particulier, lorsque le sénateur américain Ted Cruz l'a interrogé sur l'engagement de la nouvelle administration à bloquer le gazoduc russo-allemand, Blinken a répondu :

‘’Le président élu est tout à fait d'accord avec vous pour dire que Nord Stream 2 est une mauvaise idée. Il a été très clair à ce sujet.

Je suis déterminé à faire tout ce qui est en notre pouvoir pour empêcher l'achèvement des cent derniers mètres [du gazoduc]. Je suis tout à fait d'accord’’.

Lorsqu'on lui a demandé si la nouvelle administration allait "résister à la pression allemande" contre tout arrêt du projet, Blinken a répondu :

‘’Je peux vous dire que je sais que [Biden] nous ferait utiliser tous les outils de persuasion dont nous disposons pour convaincre nos amis et partenaires, y compris l'Allemagne, de ne pas aller de l'avant’’.

Selon le site web officiel du sénateur Cruz, Nord Stream 2 est décrit comme suit :

‘’un projet qui, s'il était mené à bien, récompenserait l'expansionnisme agressif et le chantage économique de la Russie, ferait de la sécurité énergétique de nos alliés européens l'otage de la Russie, et porterait atteinte aux intérêts de sécurité nationale de l'Amérique’’.

Pourtant, si tout cela était vrai, pourquoi l'Allemagne accepterait-elle de participer au projet en premier lieu ? Pourquoi l'Allemagne accepterait-elle volontairement de se soumettre au "chantage économique" de la Russie ou de mettre délibérément en danger sa propre "sécurité énergétique" ?

En quoi les États-Unis sont-ils mieux placés que l'Europe elle-même pour évaluer les menaces pesant sur la sécurité énergétique européenne et y répondre ? Et le fait que les États-Unis cherchent à vendre à l'Europe son propre "gaz de la liberté" ne constitue-t-il pas un conflit d'intérêts immense et flagrant ?

Les États-Unis libèrent l'Europe de la liberté de choisir

Comme les États-Unis le font régulièrement, ils créent un écran de fumée rhétorique derrière lequel ils avancent leur programme - souvent un programme qui est en contradiction directe avec leurs arguments rhétoriques - et leur politique de blocage de Nord Stream 2 ne fait pas exception.

Les États-Unis mettent eux-mêmes en danger la sécurité énergétique européenne en cherchant à couper l’accès des Européens aux hydrocarbures russes bon marché et facilement disponibles et en forçant l'Europe à acheter des hydrocarbures plus chers aux États-Unis - principalement dérivés du processus politiquement et écologiquement controversé de la fracturation. Comme le processus d'extraction et de transport des hydrocarbures des États-Unis vers l'Europe par ce procédé est plus élaboré, il est également plus cher que les hydrocarbures russes.

Ainsi, la "sécurité énergétique" offerte à l'Europe par les États-Unis comme alternative au flux bien établi des hydrocarbures russes se heurte à une opposition politique, environnementale et même économique.

C'est la menace de sanctions et de pressions de la part des États-Unis qui constitue un exemple très réel de "chantage économique".

En fait, le seul élément véridique des objections de Washington contre l'achèvement du Nord Stream 2 est qu'il menace "les intérêts de sécurité nationale de l'Amérique". Mais ceux-ci ne doivent pas être confondus avec la défense réelle des États-Unis - mais plutôt avec la défense du pouvoir et de l'influence des États-Unis à l'étranger - un pouvoir et une influence qui sont à la fois injustifiés et de plus en plus malvenus.

Les manoeuvres de l'Allemagne

Le média d'État allemand Deutsche Welle (DW), dans un article intitulé "Nord Stream 2 : la fondation allemande combat les éventuelles sanctions américaines", décrit les efforts de l'Allemagne pour atténuer l'impact des sanctions américaines.

L'article note :

‘’Au début du mois, le gouvernement de l'État de Mecklembourg-Poméranie occidentale a créé une fondation publique qui pourrait prendre en charge une activité potentiellement sanctionnable, car la fondation "n'a pas à craindre les sanctions", a déclaré à la DW un porte-parole du ministère de l'Énergie de l'État.

"La fondation pourrait offrir la possibilité d'acquérir des pièces et des machines nécessaires à la construction de pipelines et, le cas échéant, de les mettre à la disposition des entreprises participantes", a déclaré la porte-parole, Renate Gundlach, dans un communiqué. "L'objectif est de sécuriser ces articles hautement spécialisés, que seules quelques entreprises dans le monde produisent avant qu'il ne soit potentiellement plus possible de les acquérir en raison des sanctions."

Étant donné que les sanctions américaines ne visent - pour l'instant - que les entreprises allemandes et non le gouvernement allemand lui-même - la création d'une fondation pour protéger les entreprises privées visées par les sanctions permettrait aux entreprises de contourner les sanctions américaines.

Pour contrer cela, les États-Unis seraient contraints de cibler directement le gouvernement allemand - une décision qui entraînerait probablement une détérioration continue et irréversible des liens entre les États-Unis et l'Europe. Et alors que l'on nous a dit que les liens précédemment tendus entre les États-Unis et l'Europe étaient le résultat de "l'administration Trump", l’escalade devrait avoir lieu sous l'administration Biden, qui a récemment accédé aux affaires.

Cela permettrait de mettre un terme aux manigances des agences à Washington et de révéler pleinement que la politique étrangère américaine est dirigée par les intérêts des grandes entreprises et des financiers - y compris ceux qui cherchent à faire de l'argent en vendant à l'Europe du "gaz de la liberté" fabriqué aux États-Unis.

Pendant des années, les États-Unis ont dépeint des nations comme la Russie, la Chine, l'Iran et d'autres comme des ‘’pays voyous’’ - justifiant tout, des sanctions économiques aux pressions politiques, en passant par la guerre par procuration et les menaces de guerre totale. Cependant, il semble que maintenant, même l'Europe se retrouve elle aussi au bout des artifices de la puissance "douce" : elle subira bientôt la puissance "dure" des Etats-Unis – révélant, par conséquent, que les Etats-Unis et leur exceptionnalisme sont le problème - et non pas les pays qui figurent sur la liste croissante des nations qui refusent de se soumettre à leur ordre du jour et de les "suivre" sans régimber parce qu’ils s’arrogent le droit de ‘’mener la danse’’.

Ironiquement, outre le gazoduc Nord Stream 2 lui-même, la belligérance accrue de l'Amérique à l'encontre de la Russie et de l'Allemagne a fourni à Moscou et à ses voisins d'Europe occidentale un terrain d'entente sur lequel travailler pour contourner les sanctions américaines.

Brian Berletic est un chercheur et écrivain en géopolitique basé à Bangkok, notamment pour le magazine en ligne "New Eastern Outlook".

Kris Roman meets Robert Steuckers: on Navalny, Klaus Schwab, liberalism, etc.

Время Говорить

Kris Roman meets Robert Steuckers: on Navalny, Klaus Schwab, liberalism, etc.

(in English)

ВРЕМЯ ГОВОРИТЬ! РАЗГОВОР С КРИСОМ РОМАНОМ

In the talk show Время Говорить ('Time to Speak'), Kris Roman receives special guests who explain their findings and knowledge on current topics to the general public. In this episode, recorded on 15-02-2021, Robert Steuckers is our guest.

 

He talks about Carl Schmitt, about Navalny, about liberalism, about Klaus Schwab and his plans to ban private property.

Robert Steuckers also talks about his personal experiences with Russia.

 

©Время Говорить/Kris Roman 2021

 

В ток-шоу «Время Говорить» Крис Роман принимает специальных гостей, которые объясняют широкой публике свои выводы и знания по актуальным темам. В этой эфире, записанной 15-02-2021, Роберт Штакерс - наш гость.

 

Он говорит о Карле Шмитте, о Навальном, о либерализме, о Клаусе Швабе и его планах запретить частную собственность. Роберт Штюкерс также рассказывает о своем личном опыте общения с Россией.

 

©Время Говорить/Kris Roman 2021

 

La Sibérie, ventre mou de la Russie?

La Sibérie, ventre mou de la Russie?

Par Tommaso Minotti

http://osservatorioglobalizzazione.it/

77% du territoire russe est formé par une Sibérie sans réelles frontières. Dans cette région inhospitalière, où l'on ne compte que trois habitants au kilomètre carré, se concentrent 70 % des ressources pétrolières et gazières de la Fédération de Russie. Cela fait de la Sibérie une région stratégiquement importante pour Moscou. Le problème est que de plus en plus de Sibériens se sentent exclus des accords commerciaux lucratifs que la Russie et la Chine scellent dans la région. Ce sentiment provoque du ressentiment, surtout envers Moscou, qui est considérée comme une force étrangère, capable seulement d'exploiter la région sans rien donner en retour. Et c'est dans ce contexte potentiellement dangereux pour l'intégrité territoriale et le bien-être économique de la Russie que se développent les pulsions régionalistes, déjà présentes dans l'histoire mais restées longtemps en sommeil.

Contexte historique : quand la Sibérie ne se considérait pas comme russe

Déjà à l'époque tsariste, il y a eu des dérives séparatistes et régionalistes de la part d'éléments de la haute société sibérienne. Le premier d'entre ces contestataires fut Nikolaï Novikov, qui a émis une théorie sur une Sibérie indépendante dès 1838. En 1863, il y a eu une tentative de rendre cette immense région autonome, mais elle a été réprimée. Les principaux théoriciens de cette expérience, certes irréaliste, ont été avant tout Afanasy Shchapov, mais aussi Potanine et Yandritsov. Le premier, surtout, était le principal théoricien de l'oblstnichestvo, c'est-à-dire du régionalisme aux impulsions indépendantistes.

Un partisan de la Sibérie indépendante fut également l'un des penseurs et fondateurs de l'anarchisme : Bakounine. Pendant la guerre civile russe qui a suivi la révolution d'octobre, les régionalistes sibériens se sont rangés du côté des Blancs, plus précisément de l’Amiral Koltchak. Mais ils ont d'abord créé un gouvernement autonome de Sibérie de courte durée, basé à Tomsk. Le gouvernement a été de courte durée car il a été décidé de soutenir les ennemis des bolcheviks sans essayer d'obtenir l'indépendance de la Sibérie.

À l'époque soviétique, les autorités centrales ont décidé de diviser les provinces de ce territoire sans fin afin d'avoir un contrôle plus efficace sur l’ensemble des terres sibériennes. Les poussées autonomistes semblaient perdre du pouvoir. Cependant, avec l'effondrement de l'URSS et l'arrivée de Poutine au pouvoir, il y a eu un changement de politique dans l'administration du territoire sibérien. Il a été décidé de fusionner les oblasts, ce qui s'avère contre-productif car les velléités régionalistes refont alors surface.

Un danger pour la Russie ?

Les Sibériens développent un certain ressentiment envers Pékin et Moscou, même s'ils ont été culturellement influencés à la fois par la Chine et, bien sûr et dans une bien plus large mesure, par la Russie. En ce sens, nous assistons à une véritable floraison des activités régionalistes dans les domaines les plus variés.

Manifestations, séminaires, propositions de référendum sur une plus grande autonomie de la Sibérie et diverses autres initiatives en ligne. Le web est un véhicule efficace pour les mouvements régionalistes, dont le plus important est celui qui s’est donné pour nom les "Vrais Sibériens". Mais la montée du régionalisme ne se limite pas au web.

Un séminaire sur l'indépendance de la Sibérie a été présenté à l'université d'Irkoutsk. Il aurait été parrainé par un département américano-sibérien, mais aucune information plus détaillée n'est disponible à ce jour. L'exposition d'art "Les États-Unis de Sibérie" a fait beaucoup de bruit, mais seulement en Russie. A côté de ces initiatives culturelles, il y a des mouvements politiques. En plus des initiatives nées sur Internet, il existe également des organisations plus profondément ancrées dans le territoire, dont la plus importante est le ‘’Mouvement sibérien’’. Enfin, il convient de noter un fait intéressant, même s'il n'en est qu'à ses débuts. De plus en plus de gens dans cette partie de la Russie se disent "Sibériens" et de moins en moins "Russes". Des signes petits mais révélateurs de quelque chose qui bouge.

Drapeau de la région de Novosibirsk.

Protestations en Sibérie

Mais il n'y a pas que les initiatives culturelles et les mouvements politiques dont l'influence réelle est difficile à établir. Des manifestations ont également eu lieu, presque toutes avec un épicentre à Novossibirsk. En 2011 et 2012, la ville a été touchée par des manifestations dont le moteur était également régionaliste. La colère contre Moscou et la politique du Kremlin, perçue comme éloignée des intérêts des Sibériens, était particulièrement vive. En 2014, une marche pour la fédéralisation de la Sibérie a été interdite par les autorités gouvernementales. Un autre symptôme qui indique que quelque chose bouillonne dans la marmite. Enfin, en juillet 2020, à Khabarovsk, entre cinquante mille et quatre-vingt mille personnes sont descendues dans la rue pour protester contre l'arrestation du gouverneur Furgal. Il était très aimé par son propre peuple, mais n'était pas apprécié par les dirigeants du Kremlin, qui le considéraient comme déloyal. La foule, bien que n'ayant pas déclaré d'intentions régionalistes, était cependant hostile à Moscou et à l'État central. Enfin, autre signe de l'attention croissante du gouvernement central, deux blogueurs régionalistes nommés Loskutov et Margoline ont été mis sous étroite surveillance par les autorités judiciaires.

Une question politique

Mais quelles sont les caractéristiques du régionalisme sibérien, particulièrement fébrile à Omsk. Cette ville est devenue le nouveau centre autonomiste de la région. Revenons sur les particularités des poussées qui commencent à se produire en Sibérie. Tout d'abord, il faut dire que le soutien aux nombreuses initiatives qui ont été discutées ci-dessus est politiquement transversal. Le régionalisme n'est pas hégémonisé par un seul parti mais est soutenu par diverses composantes hétérogènes, pour l'instant nettement minoritaires, émanant de presque toutes les organisations politiques présentes sur le territoire. Une autre caractéristique est l'opposition à la politique financière de Moscou dans la région. Comme la région est la principale source de richesse de la Russie, la Sibérie souhaite une baisse des impôts. En bref, on croit, en Sibérie, que les relations ne sont pas équilibrées mais, au contraire, nettement déséquilibrées en faveur de la Russie occidentale. Enfin, le régionalisme bénéficie également d'un certain soutien dans les institutions. On l'a vu dans l'affaire Furgal, où la colère contre la destitution d'un homme politique populaire s'est combinée à une intolérance mal dissimulée envers Moscou, avec des connotations clairement régionalistes.

Pour l'instant, le Kremlin a réagi en essayant de centraliser le plus possible. Bien que les impulsions régionalistes n'aient pas été jusqu'à présent particulièrement puissantes ou importantes, il est toujours nécessaire de garder un œil sur la situation en Sibérie. Région cruciale pour la Russie, qui tire l'essentiel de ses richesses de cette terre sans limites et peu peuplée, la Sibérie risque de devenir la prochaine cible américano-occidentale pour lancer l'assaut contre la Russie qui a d'abord vu l'effondrement de l'Ukraine puis du Belarus dans son environnement proche. La nouvelle administration américaine veut continuer sur la voie belliciste déjà empruntée par Obama, dont elle a recyclé de nombreux ex-collaborateurs : elle entend, sans fléchir, exercer une pression maximale sur la Russie.

Sans oublier le fait que la Chine bénéficierait elle aussi de la faiblesse de la Russie dans la région. Surtout parce que le Céleste Empire a déjà l’avantage d’une proximité géographique qui facilite l'exercice de son influence. Mais pour l'instant, ce ne sont que des hypothèses. Il n'en reste pas moins que le régionalisme sibérien fait son retour.

À propos de l'auteur / Tommaso Minotti

Né en Brianza en 2000. Étudiant en histoire à l'université de Milan, il est passionné par la politique nationale et internationale. Il s'intéresse principalement aux relations entre les nations. Il s'intéresse particulièrement aux questions sociales et économiques qui lient les différents États et garde toujours un œil sur l'histoire. Il collabore également avec L'Antidiplomatico où il gère l'espace "Un altro punto di vista" (‘’Un autre point de vue’’).

Pourquoi la Turquie ne peut pas faire pression pour normaliser ses rapports avec les États-Unis

Pourquoi la Turquie ne peut pas faire pression pour normaliser ses rapports avec les États-Unis

Par Salman Rafi Sheikh

Ex : https://geopol.pt

Alors que les liens entre la Turquie et les États-Unis se sont tendus ces dernières années et qu'un divorce stratégique n'est plus complètement irréaliste, la politique étrangère de la Turquie continue de tourner autour de la question de l'équilibre entre l'Ouest et l'Est. Alors que sa situation géographique aux frontières de l'Asie et de l'Europe semble déterminer en grande partie son orientation désormais plus large en matière de politique étrangère, la Turquie sous Erdogan a également acquis, ou du moins essaie d'acquérir, un statut de grande puissance qui lui permettrait d'agir comme un "équilibreur" entre les deux grands pôles de puissance du monde. Mais le positionnement stratégique particulier de la Turquie, inspiré par la volonté de se rétablir en tant qu'empire "néo-ottoman", capable de mener une politique étrangère véritablement indépendante et d'agir comme une grande puissance, a surtout provoqué une scission entre la Turquie et ses alliés de l'OTAN, en particulier les États-Unis. Les États-Unis ont expulsé la Turquie du programme de développement des F-35, et leurs relations bilatérales n'ont jamais été aussi tendues qu'aujourd'hui. Si la principale motivation de la Turquie pour améliorer ses relations avec la Russie était de diminuer sa dépendance vis-à-vis des États-Unis et d'acquérir ainsi une meilleure position de négociation, elle s'est clairement retournée contre elle ; d'où les tentatives de la Turquie pour rétablir l'équilibre.

Si la Turquie réussit à acquérir les avions F-35 en tant que membre de l'OTAN, cela renforcera considérablement sa capacité de défense aérienne. À cette fin, elle a récemment engagé un cabinet d'avocats basé à Washington pour faire pression en faveur de sa réadmission dans le programme américain d'avions de chasse F-35. Ankara avait commandé plus de 100 chasseurs furtifs et a fabriqué des pièces pour leur production, mais a été retirée du programme en 2019 après avoir acheté des systèmes de défense anti-missiles russes S-400, qui, selon les Etats-Unis, pourraient menacer les F-35.

L'embauche par la Turquie d'une société chargée de représenter ses intérêts démontre qu'une transition politique à la Maison Blanche n'a pas conduit à une transition automatique dans les relations bilatérales entre les deux pays. Cette démarche confirme que leurs désaccords sont fondés sur des différences politiques qui vont bien au-delà des présidents en exercice. Par conséquent, les tentatives de la Turquie de recalibrer ses liens avec les États-Unis ne porteront probablement pas leurs fruits pour une raison : leurs différences ne sont pas politiques ; elles sont stratégiques, et leur convergence théorique, en tant qu'alliés au sein de l'OTAN, est sans cesse mise en balance avec leurs divergences.

Le 23 février, le Pentagone l'a confirmé :

"Il n'y a pas eu de changement dans la politique de l'administration concernant les F-35 et les S-400″. Une fois de plus, nous demandons instamment à la Turquie de ne pas aller de l'avant avec la livraison des S-400".

La position américaine reste inchangée malgré l'allusion récente du ministre turc de la défense, Hulusi Akar, à la possibilité de trouver une "solution gérable" pour le système S-400.

La position stratégique de la Turquie en tant qu'acteur indépendant, positionné à l'intersection de l'Ouest et de l'Est, est la raison principale de la position inchangée des États-Unis.

D'une part, la rivalité américano-russe est très ancrée dans la ‘’pensée à somme nulle’’, issue de la concurrence de la guerre froide. La Turquie, en revanche, avec sa position géographique très particulière, couplée à sa quête pour traduire les effets de cette localisation en politique étrangère, ne sert pas le jeu à somme nulle des États-Unis contre la Russie.

Le fait que la Turquie ait établi des liens politiques et militaires forts avec la Russie montre que les États-Unis et la Turquie ont des perceptions fondamentalement différentes de la menace. Par conséquent, alors que la Turquie semble croire que le système international actuel n'est plus aussi centré sur l'Occident et dominé par les États-Unis qu'il l'était antérieurement, et que la Turquie devrait poursuivre ses intérêts par un équilibrage géopolitique plus varié, Washington, obsédé qu'il est par la nécessité de trouver remède à la chute des États-Unis en tant que seule superpuissance, considère cette interprétation turque des affaires internationales comme anormale et irréelle. Pour Erdogan et les responsables politiques turcs à Ankara, il s'agit d'un ajustement à la nouvelle normalité de la politique mondiale.

Ces divergences ont également engendré certains points de tension politique, dont la manifestation la plus importante est la crise de longue date entre la Turquie et le Commandement central américain (CENTCOM) à propos de la crise syrienne et de la manière dont les États-Unis continuent à soutenir militairement les milices kurdes, en particulier le GPJ.

Dans ce contexte, l'administration Biden, qui a promis d'œuvrer au rétablissement de la domination américaine au niveau mondial, sera très probablement en mesure de résister aux tentatives de la Turquie d'opérer en tant qu'acteur indépendant au sein de l'OTAN, une organisation qui reste bloquée dans la pensée stratégique propre à la guerre froide et qui continue à s'imaginer inamovible et à se réinventer pour toujours et encore faire la guerre à la Russie en Europe.

Par conséquent, alors que les États-Unis voudraient rétablir les liens avec la Turquie si celle-ci abandonne le système S-400 et retourne à l'OTAN, la Turquie veut effectuer ce rétablissement d'une manière qui amène les États-Unis à l'idée d'accepter la nouvelle réalité géopolitique dans le voisinage de la Turquie, y compris le rôle de la Turquie en Syrie, et les changements plus généraux dans les affaires internationales.

Si un idéaliste préconise de trouver un "terrain d'entente" pour rapprocher les deux pays, il n'en reste pas moins que les États-Unis n'ont aucune raison impérieuse de redéfinir leur vision centrale du monde pour satisfaire la Turquie. Dans l'état actuel des choses, la Turquie n'est pas un allié indispensable de l'OTAN. C'est ce qui ressort du fait que les États-Unis préparent déjà des plans pour déplacer leur base aérienne d'Incirlik en Turquie vers l'île grecque de Crète.

Bien que cette relocalisation constitue un revers majeur pour la Turquie, elle servirait tout de même les intérêts américains dans la région. D'autre part, si la Turquie décide d'abandonner les S-400, cela restera un revers stratégique très important pour son positionnement en tant qu'acteur international majeur capable d'influencer des régions bien au-delà de ses frontières territoriales, et pour son image d'empire "néo-ottoman".

Si la Turquie a proposé de trouver une formule de compromis et de fixer les conditions dans lesquelles les S-400 peuvent être rendus opérationnels et utilisés, l'avenir de cette offre reste tributaire de la manière dont l'administration Biden l'interprète et y répond, ce qui dépend à son tour de la manière dont cette formule peut préserver et renforcer les intérêts américains au niveau régional et mondial.

Anna Gichkina interviewée par la revue La Emboscadura​ sur le mystère russe, l'âme occidentale et la pandémie actuelle

Anna Gichkina

Ex: https://www.linkedin.com

Propos recueillis par Jordi Garriga

 

Anna Gichkina, PhD, Directrice de la Communication chez Adscientis, Auteur/Conférencière sujets franco-russes, Présidente du think tank "Cercle du Bon Sens", Artiste Chants russes

Interviewée par Monsieur Jordi Garriga pour la revue espagnole La Emboscadura. Texte en français suivi par sa traduction en espagnol (langue de la revue) réalisée par également par Jordi Garriga. Février 2021. Je les remercie de cette belle attention.

1.     La première question qui nous parâit essentielle : vous êtes née à Arkhangelsk, sur les rives de la mer Blanche, sur les rives du cercle polaire arctique, vous êtes une fière citoyenne russe, alors comment avez-vous décidé de vous installer en France, un pays apparemment si différent ?

Avant tout, je tiens à vous remercier pour cette aimable attention à mon égard. Je tiens également à souhaiter une belle année 2021 à vous et à tous vos lecteurs.

Pour répondre à votre première question je commencerai par dire que je suis née et j’ai habité dans la ville qui s’appelle Arkhangelsk et non pas Archange bien que l’étymologie de « Arkhangelsk » réfère à « Archange », l’Archange Michaïl étant le patron de ma ville avec sa représentation sur son blason. Et il s’agit bien du cercle polaire, oui. Notre ethnie s’appelle Pomors (des deux mots : le mot « po » qui se traduit par la préposition « sur » et le mot « more » qui se traduit comme « la mer »). Une des rares ethnies slaves qui s’est très peu mélangée avec d’autres slaves ni avec des peuples étrangers. Juste un peu avec les Finois à un moment de l’histoire. 

En 2005, je suis arrivée en France. Ce fut une suite logique de mes études universitaires russe où ma spécialisation était la langue et la civilisation française. J’ai étudié cinq années durant la langue française enseignée par les professeurs russes qui, majoritairement, n’ont jamais été en France, donc les conditions d’apprentissage d’une langue étrangère furent isolées de l’imprégnation de la culture réellement française. Et un beau jour une possibilité d’aller étudier dans le pays de ma spécialisation vient vers moi (et encore fallait-il se battre pour pourvoir sortir de la Russie et être acceptée en France directement au niveau supérieur d’études). J’ai pris la décision de saisir cette possibilité d’un long voyage pour deux raisons : perfectionnement de mes connaissances de la culture française et curiosité très forte de voir comment les gens vivent ailleurs qu’en Russie. Néanmoins m’installer en France cela n’a jamais été mon objectif ni ma volonté. J’ai eu beaucoup de projets (professionnels et personnels) en Russie et ma volonté était le retour en Russie après l’acquisition d’un diplôme français. Mais à vingt-deux ans la tentation d’une vie confortable et rassasiée que la France m’offrait m’a corrompue… J’ai eu une vie très modeste en Russie, surtout durant mon enfance soviétique, et les joies capitalistes que la France me proposait m’ont tourné la tête… A cette époque, je ne me rendais pas encore compte qu’en choisissant le confort et satiété je perdais mon âme…

La pression de mes parents en Russie pour qui mon éventuel retour aurait été considéré comme échec ne m’aidait pas à faire le meilleur choix, mes parents pensaient qu’en France j’aurais un avenir meilleur (cette ancienne génération des Russes qui ne sont jamais sortis du pays et qui pensent qu’en Europe la vie est belle et facile pour tout le monde). Mais aujourd’hui les choses ont changé pour moi, au bout de 15 ans de vie dans un pays étranger qui est la France. J’ai su apprécier l’accueil que la France m’a réservée, j’ai su voir sa générosité, sa sécurité, son respect et sa considération. C’est un pays qui, différemment de la Russie, sait s’occuper de la sécurité et du confort de ses citoyens. La seule chose qui ne me rend ici qu’à moitié vivante c’est le vide spirituel dans l’air, c’est le vide d’un noyau culturel qui fut pourtant fort auparavant, c’est l’absence de foi en « beauté qui sauvera le monde », c’est le potentiel humain qui est de plus en plus réduit ici aux besoins de base dans la pyramide de Maslow. Mais on ne peut pas tout avoir. Ma vie est désormais en France, mon mari est Français, mon enfant aussi, et la famille c’est ce qui compte avant tout. Chaque culture est différente et chaque culture a ses richesses et ces défaillances. Concernant le monde occidental et la Russie j’aimerais citer ici cette phrase de Dostoïevski : « L’Europe nous donne le « ratio » et nous, nous lui donnons le Christ ». L’idéal ce serait d’avoir et de vivre ces deux génies à la fois. Mais l’idéal est justement idéal parce qu’il est parfait et inatteignable.

2.     Pour nous, Européens de l’Ouest, il est courant de dire ou de supposer que « la Russie est un mystère » ou qu’elle est incompréhensible. C’est vraiment cela ? La Russie est-elle un pays européen particulier ou est-ce tout autre chose ?

Oui. La Russie est un pays « incompréhensible avec la raison » comme dirait Tutcheff. La Russie est incompréhensible même pour les Russes eux-mêmes comment voulez-vous qu’il soit accessible à la compréhension des étrangers. 

La Russie pour moi n’est pas un pays européen. Je la mettrais à part. Je dirais que c’est une civilisation à part. Ce qui nous laisse la définir comme européenne c’est l’affirmation des origines gréco-romaines communes avec le monde européen. Mais quand on prend en considération cet argument on oublie de nous rappeler que l’empire romain à la fin de son existence s’est divisé en deux mondes :  Rome et Byzance. Et c’est de Byzance que naît la civilisation russe et non pas de Rome et quand on comprend la provenance de la culture russe on explique mieux les différences fondamentales entre la Russie et l’Occident.

3.     La religion joue un rôle fondamental dans la composition mentale des peuples. Dans le cas du christianisme, il est évident que la culture des racines catholiques et celle des racines orthodoxes ont développé, depuis la séparation de ces Églises, des mentalités différentes. Dans quelle mesure cela a-t-il pu séparer nos nations spirituellement ? 

Oui, la mentalité de la civilisation occidentale héritière de Rome est différente de celle de la civilisation russe héritière de Byzance. Je pense que la séparation spirituelle des nations dont vous parlez réside principalement dans la question de la souffrance. L’Occident a pris la voie slalom qui a pour objectif principal d’éviter la souffrance et la Russie s’est mise sur la voie opposée, la voie qui cultive la souffrance pour faire grandir l’âme. Si on regarde attentivement le développement de ces deux branches du christianisme à partir du schisme on peut très bien observer la modernisation progressive du catholicisme (sans parler du protestantisme qui se modernise encore plus vite) et son adaptation aux besoins et aux façons nouvelles de vivre à chaque nouvelle époque. L’orthodoxie, elle, reste rétrograde, relativement constante et fidèle au christianisme originel. Sa pratique nécessite donc le sacrifice constant du matériel, notamment du confort (rien que l’absence des bancs dans l’église et les messes debout pour tout le monde sans exception ou encore les restrictions quant au comportement à l’intérieur de l’église, l’interdiction aux femmes d’entrer dans la partie où ce trouve l’autel, interdiction d’entrer dans l’église aux femmes avec leurs têtes découvertes, interdiction d’entrer dans l’église aux femmes en période de leur menstruation, les messes en ancien slavon qui rend leur contenu incompréhensibles à ceux qui les écoutent etc.) Cet effort et ce sacrifice permettent de vivre dans la conscience du sacrifice du Christ, parce que là où il y a la souffrance il y l’humilité. La souffrance et l’humilité ce sont deux mots qui résument l’orthodoxie. Lisez Dostoïevski, c’est le meilleur exemple de la mentalité russe.

4.     La figure d’Eugène-Melchior de Vogüé est totalement inconnue en Espagne, et nous pensons qu’il est très probable qu’en France c’est aussi le cas … Pourquoi ce personnage vous a-t-il encouragé à écrire sur lui ? 

E.-M. de Vogüé fut un Homme noble non seulement par sa lignée mais aussi par son cœur. C’est un Français qui a merveilleusement bien senti l’essence de l’âme russe et qui a su la décrire à ses compatriotes d’une façon si éloquente et passionnante que les Français sont restés pendant longtemps figés dans cet émerveillement. Cet illustre personnage de l’histoire française qu’est Vogüé m’a fasciné par son parcours intellectuel et personnel mais surtout m’a encouragé à œuvrer, à son exemple, à la meilleure compréhension de la Russie en France et en Occident en général. L’art du « ratio » tellement propre à la culture occidentale et tellement accompli dans les textes de Vogüé c’était pour moi comme le maillon manquant à la meilleure explication de l’âme de mon pays.

5.     D’un point de vue traditionnel et conservateur, on peut voir comment « les droits de l’homme » sont établis comme une sorte de pseudo-religion planétaire, sans aucun lien avec le passé. Sans affirmer que c’est le résultat de conspirations , pourquoi certains groupes et certaines personnes verraient-ils bien de construire une religion sans transcendance ? Est-ce possible ?

Si l’on prend le mot religion dans son sens unificateur de rassembler le peuple ou des peuples autour d’un élément culturel commun alors dans ce cas oui la religion sans transcendance est possible, cela s’appelle l’idéologie. Je pense à l’URSS ou l’idéologie des Droits de l’Hommes. Mais si l’on prend le mot religion dans son sens étymologique et originel (du latin « relegare » - relier) la religion est donc ce qui permet de relier le Ciel avec la Terre et la transcendance dans ce cas est la condition fondamentale. Toute société qui a éliminé Dieu et le sacré de sa culture redevient barbare parce que ce n’est pas le contrat social qui unit véritablement la société et fait les lois c’est le cœur des hommes et leur foi en idéal parfait et absolu. Comme l’homme est fait pour croire et pour avoir la foi, si l’on lui enlève Dieu il trouvera autre chose à croire. Il croira alors en l’argent ou en un autre homme. Mais le problème d’une telle situation est que l’absolu est remplacé dans ce cas par le relatif et les vérités relatives, les idéaux changeants ne sont pas capables de créer des cœurs nobles et de satisfaire l’homme spirituellement. Il n’y a que la perfection absolue qui est crédible et qui est une source inépuisable d’espérance et du perfectionnement de l’âme humaine.

6.     La littérature, la musique, la poésie … sont sans aucun doute des activités humaines aussi nécessaires que manger et dormir. Les tendances artistiques dites « contemporaines » qui semblent s’appuyer sur le plus laid et le plus vil de l’âme humain, sont-elles vraiment de l’art ou sont-elles juste une autre affaire basée sur les émotions et non sur les sentiments ?

Cette question est très compliquée. Tout peut être appelé art à partir du moment où il s’agit de la création consciente de quelque chose par quelqu’un avec un but conscient et voulu également. Comme le but de chaque création est différent les émotions qu’elle provoque sont également différentes. La question du beau et du laid dans l’art est une question de choix personnel, tout comme le choix de la théorie philosophique : il y en a ceux qui aiment Schopenhauer et ceux qui aiment Pascal ou Florensky etc. Ou c’est comme choisir le monde avec Dieu ou le monde sans Dieu. Faut-il encore bien définir ce que l’on entend sous « beau ». Quant à moi, le beau pour moi c’est ce qui est moral et haut. L’art pour l’art ce n’est pas pour moi. 

7.     La Russie est un pays qui a réussi à surmonter un terrible effondrement survenu il y a trente ans. Au-delà du politique, l’âme russe a-t-elle démontré sa force, malgré la période soviétique, ou peut-être grâce à elle ?

L’âme russe a toujours su préserver son essence. « La Russie change de Maîtres mais reste inchangée elle-même », - peut-on lire chez Custine. (Je crois que c’est la seule phrase positive que nous pouvons trouvez chez lui à l’égard de la Russie, mais quelle phrase !) Peu importe quelle secousse vit la Russie dans son histoire, son pilier qui est l’orthodoxie culturelle ne bouge pas parce que si le pilier bouge la maison s’écroulera. Le peuple russe a comme une sorte de conscience collective archétypale de ce pilier et de son importance.

8.     La pandémie actuelle et la crise dans laquelle elle nous entraîne, malgré toute la propagande, seront-elles un catalyseur qui pourra réveiller le meilleur des Européens (spirituellement, culturellement) ou, peut-être, le point de non-retour qui fait définitivement de l’Union européenne la version orientale des USA (déracinement, consumérisme, hédonisme) ?

L’Occident n’a plus de pilier, lui. Ce qui donne l’espoir, le sens et la force aux pays comme la Russie fut éliminé en Occident. Les sociétés déracinées ne savent plus comment faire pour être heureux et sereins. Je ne suis pas sûre que la situation covid réveillera dans les sociétés la nostalgie de l’éternité, je pense que pour cela il faut une situation beaucoup plus grave. La tension et l’incertitude actuelle risquent d’amplifier et de faire ressortir plutôt le pire qui est en nous : toutes les peurs, les mal êtres, les frustrations relatifs à la succession des besoins qui restent sans satisfactions en engendrant de nouveaux besoins. 

9.     Vous dirigez l’association « Cercle du Bon Sens », visant principalement à une bonne entente entre les peuple russe et français (nous comprenons européen en général) . Nous aimerions que vous nous informiez de certaines activités ou réalisations remarquables.

Avec plaisir. Vous êtes les bienvenus. Avant les restrictions covid imposées nous avons organisé un événement par mois. Nous refusons de passer en mode wébinars car les rencontres et échanges intellectuels réels sont importantes pour nous.  

10.  Enfin, nous sommes curieux de connaître votre opinion sur l’Espagne, sur le peuple espagnol, qui a toujours eu une relation particulière avec la Russie à distance et malgré les guerres.

Espagne ! Merveilleux pays gardant encore ses attaches fortes à ses traditions. S’il reste aujourd’hui en Occident un pays où le sacré est encore dans l’air c’est bien le vôtre. Je regarde en ce moment la série Netflix « Casa del Papel ». Ce que je remarque dans cette ciné-production contemporaine espagnole c’est le courage d’accentuer par les moments les racines chrétiennes de votre culture et le courage de ne pas être politiquement correct dans le choix des acteurs. L’atmosphère espagnole de chaque épisode ne laisse aucun doute sur le pays par lequel la série fut créée. 

Occident/Russie : déconnexion totale

par Alain RODIER

Ex: https://cf2r.org

Les néoconservateurs américains, suivis par leurs homologues européens, ont gagné. Il semble que les liens entre l’Union européenne et la Russie sont désormais bien coupés. Il reste bien le projet North Stream II, qui doit approvisionner l’Allemagne en gaz russe, mais nul doute que les lobbies vont tenter de le torpiller en imposant des sanctions aux entreprises qui y participent. Résultat, l’Allemagne risque de finir par être dépendante des énergies ayant reçu le blanc-seing des écologistes radicaux. En résumé, fourniture d’électricité par les centrales au charbon, appel au gaz de schiste américain et à divers apports extérieurs dont le nucléaire français.

L’inflexion de la politique étrangère américaine

Il convient de constater que la nouvelle administration en place à la Maison-Blanche applique la maxime : « America is back ! ». En attendant de s’attaquer au « dur » de sa politique étrangère – les relations avec la Chine et l’Iran -, Joe Biden a en tout cas trouvé là un slogan censé rompre avec son prédécesseur et indiquer la marche à suivre pour les prochaines années. Il convient que les États-Unis soient à nouveau « prêts à diriger le monde, pas à s’en éloigner, prêts à affronter nos adversaires, pas à rejeter nos alliés, et prêts à défendre nos valeurs. ».

Le programme est le suivant : le retour à l’ordre international tel que les États-Unis l’ont défini au lendemain de la Seconde Guerre mondiale. À la doctrine du désengagement de guerres au faible rapport coût/efficacité voulue par Donald Trump, Biden propose une ancienne doxa modifiée à l’aune des « valeurs » progressistes dont il s’est fait le champion lors de sa campagne : le monde se porte mieux quand l’Amérique en assume la direction. Plus néoconservateur, on ne fait pas ! En premier lieu, il a pris le contre-pied de l’alliance passée par son prédécesseur avec l’Arabie saoudite emmenée par le prince Mohammed Ben Salman. La décision la plus spectaculaire a été le gel des livraisons d’armes à Riyad, engagé dans une longue guerre contre les insurgés houthis au Yémen. Il s’agit de « faire en sorte que les ventes d’armes par les États-Unis répondent à nos objectifs stratégiques » a souligné un porte-parole du département d’Etat, tout en qualifiant cette mesure de « routine administrative typique de la plupart des transitions. » le nouveau président a toutefois réaffirmé, le 26 janvier dernier, l’engagement de Washington « à aider notre partenaire, l’Arabie saoudite, à se défendre contre les attaques sur son territoire. » C’est que derrière l’effet d’annonce, le montage diplomatique bâti par Trump autour de la reconnaissance d’Israël et incluant désormais les Émirats arabes unis, le Bahreïn, le Maroc et le Soudan, mérite probablement d’être prolongé. D’autant plus que les Russes sont embuscade en mer Rouge, région éminemment stratégique où ils font les yeux doux au Soudan afin de trouver un point d’appui pour leur flotte.

Joe Biden a également décidé de prendre le contre-pied de son prédécesseur concernant l’OTAN et, en particulier concernant la présence militaire américaine en Allemagne. Trump, qui avait de mauvaises relations avec la chancelière Angela Merkel, avait annoncé en 2020 vouloir diminuer d’environ 9 000 hommes ce contingent qui compte près de 35 000 militaires. Cette décision avait été présentée comme une sanction envers Berlin – mais aussi indirectement à l’encontre des autres pays membres de l’OTAN – accusé de ne pas mettre assez la main à la poche.

Le retour de l’« ennemi » russe

Surtout, Joe Biden semble décidé à remettre les pendules à l’heure avec la Russie suspectée d’ingérences multiples, lors des élections américaines et dans bien d’autres pays. Ce n’est pas le retour à la Guerre froide mais cela y ressemble furieusement avec une nuance que ne soulignent généralement pas les experts : le Kremlin ne veut plus envahir l’Europe pour la convertir au marxisme-léninisme. Pour Washington, le temps des « indulgences » est fini. Lors de son premier appel à Vladimir Poutine, Biden n’a pas hésité à aborder les sujets qui fâchent : le sort de l’opposant Alexeï Navalny et de ses partisans, le piratage d’institutions fédérales américaines, les récompenses offertes aux talibans afghans tueurs de soldats américains – selon des informations dont une partie est, au moins sujette à caution. Il y est même allé d’un avertissement à peine voilé : « J’ai clairement dit au président Poutine, d’une façon très différente de mon prédécesseur, que le temps où les Etats-Unis se soumettaient face aux actes agressifs de la Russie, l’ingérence dans nos élections, les piratages informatiques, l’empoisonnement de ses citoyens, est révolu. Nous n’hésiterons pas à en augmenter le coût pour la Russie et à défendre nos intérêts vitaux et notre peuple ». Ce discours est à l’évidence à usage interne car il n’a aucune chance d’être entendu puisque, pour les responsables russes, l’agresseur, c’est Washington.

Les médias pro-Biden – en particulier européens – ont applaudi, insistant beaucoup sur le soutien apporté aux « démocrates » russes. Vladimir Poutine a, comme d’habitude, gardé son calme, préférant se féliciter d’un accord ouvrant possiblement l’extension pour cinq ans du dernier traité de réduction des arsenaux nucléaires (New START), mais rien n’est encore signé : « Prenons d’abord connaissance de ce que les Américains proposent et nous ferons ensuite un commentaire » a tempéré, le porte-parole du président russe. Il sait qu’en dépit de l’enthousiasme quasi unanime affiché lors de la victoire de Biden, nombre d’Européens ne sont pas encore totalement soumis à Washington.

Plus grave encore, il semble, selon Moscou, que les néoconservateurs ont décidé d’exploiter l’affaire Navalny dans l’ambiance explosive crée par la pandémie de la Covid-19. Ces derniers espèrent, en jetant des milliers de manifestants dans la rue – chiffres pour le moment invérifiables -, provoquer une situation de chaos en Russie, dans le but de renverser le pouvoir en place qui ne leur convient pas car il n’est pas « aux ordres ». Cette manière de procéder est loin d’être nouvelle pour les États-Unis qui prennent toujours garde d’intervenir par proxiesinterposés.

La Russie est ainsi redevenue, que l’on le veuille ou non, l’« ennemi conventionnel » suite aux mesures prises par Washington.

Selon Arnaud Dubien, fin connaisseur de la Russie, « 2014 avait marqué la fin des illusions sur la convergence entre la Russie et l’Occident, processus généralement compris comme l’adoption par Moscou du modèle et des règles du jeu édictées à Bruxelles et Washington ». Autant dire un asservissement aux règles édictées par ces entités. Il est compréhensible que les Russes, de culture orthodoxe et encore imprégnés d’un héritage marxiste, aient été réticents à adhérer aux systèmes de pensée occidentaux jugés décadents et pervers.

Alors que doit répondre Moscou ? Toujours selon A. Dubien « ce qui s’est passé à l’occasion de la visite de Josep Borrell au début février à Moscou indique que la Russie n’est pas demandeuse de dialogue politique, en tout cas pas selon l’agenda et les modalités voulues par Bruxelles. Le Kremlin se sent fort, laissera venir et avisera ».

En résumé sur le plan politique, économique, culturel, etc. la Russie n’attend plus rien de l’Union européenne, considérée comme étant en train de se saborder, à tous points de vue. Peu à peu, ce qui était acheté en Europe est fourni localement ou, à défaut, importé d’autres pays, comme la Chine. Il ne pas se faire d’illusions, les agriculteurs européens en général et français en particulier ne vendront plus rien en Russie dans les années à venir.

Sur le plan militaire, les jeux de « gros bras » se poursuivent, l’OTAN et la Russie continuant à se tester mais sans intention de conquête de part et d’autre. La Pologne et les Etats baltes ont beau agiter la menace représentée par l’Ours russe – qui certes a récupéré la Crimée jugée comme vitale par le Kremlin -, la Russie ne va pas envahir ces pays. Par contre, il n’est pas exclu que Moscou agisse comme le fait Washington, en procédé à des « révolutions de couleur », en y organisant des troubles via des tiers (ONG, sympathisants) afin de maintenir les pouvoirs politiques locaux dans l’incertitude voire l’inquiétude.

Le Grand Nord, nouvel enjeu ?

Sans évoquer sur les opportunités économiques – en partie liées au réchauffement climatique – que beaucoup citent, jusqu’à présent, le Grand Nord était le terrain de jeu quasiment exclusif des bombardiers stratégiques russes.

Mais les forces américaines ont récemment montré leur intérêt pour cette région qui ne peut plus être considérée comme une « zone tampon » pour les États-Unis. En 2020, pour la première fois depuis la fin de la Guerre froide, l’US Navy a envoyé quatre navires (USS Donald Cook, Porter, Roosevelt et USNS Supply) en mer de Barents, point de départ des sous-marins russes opérant dans l’espace océanique appelée GIUK (Groenland/Iceland/United Kingdom), d’une importance capitale pour les liaisons maritimes entre l’Europe et l’Amérique du Nord.

De son côté, l’US Air Force a mené plusieurs exercices dans la région, notamment en y dépêchant des bombardiers B-1 Lancer (qui n’ont plus de capacité nucléaire) qui ont survolé la Norvège et la Suède. En 2021, l’armée de l’air américaine a l’intention de déployer quatre de ces appareils en Norvège. Ils seront stationnés sur la base aérienne d’Ørland. Cette mission devrait officiellement améliorer l’interopérabilité avec les alliés et les partenaires de Washington en Europe et habituer les forces aux opérations dans le Grand Nord. « La disponibilité opérationnelle et notre capacité à soutenir nos alliés et nos partenaires et à réagir rapidement sont essentielles au succès », a déclaré le général Jeff Harrigian, commandant des forces aériennes américaines en Europe et en Afrique. « Nous apprécions le partenariat durable que nous avons avec la Norvège et attendons avec impatience les opportunités futures pour renforcer notre défense collective », a-t-il ajouté.

*

Force est de constater que la rupture Occident/Russie est consommée. Elle était prévisible. Il y a déjà longtemps que Moscou a retiré ses observateurs de l’OTAN. Le divorce est également acté avec l’Union européenne, suite au récent voyage de Josep Borell à Moscou et au les prochaines sanctions prévisibles suite à l’affaire Navalny.

Les maîtres de la philosophie allemande et russe se sont influencés mutuellement pendant un siècle

Les maîtres de la philosophie allemande et russe se sont influencés mutuellement pendant un siècle

Dr. Paul Kindlon

Ex : https://russia-insider.com/en/

Les historiens littéraires mentionnent fréquemment l'influence allemande sur la littérature russe du XIXe siècle. En effet, on peut affirmer que les premiers écrivains romantiques russes ont beaucoup emprunté à des écrivains allemands tels que Heine, ETA Hoffman, Novalis et Goethe. Cependant, peu de choses ont été écrites sur la manière dont les écrivains russes ont influencé la pensée et la conscience allemandes.

Le lien russo-allemand - d'un point de vue politique - remonte aux grandes rébellions paysannes et citadines de 1848-49. Richard Wagner - compositeur classique de grand talent et nationaliste allemand - a en fait combattu sur les barricades aux côtés de l'anarchiste russe Mikhaïl Bakounine lors du soulèvement de Dresde en 1849. Le jeune Wagner rêvait d'une nouvelle forme de société et d'une nouvelle forme d'art. Les radicaux russes étaient du même avis.

Mais les écrivains russes, en particulier Tolstoï et Turgueniev, ont eu des suites bien plus importantes. Les écrits de ces deux Russes ont eu une forte influence sur les intellectuels allemands. Le premier dans le domaine de la spiritualité et le second dans la sphère de la politique. Les romans de Turgueniev, les Mémoires d'un chasseur et Pères et fils, ont inspiré des milliers d'intellectuels allemands qui rêvaient de changement social et de progrès politique. Turgueniev s'est même installé à Baden-Baden. Mais pour l'écrivain russe Gontcharov, c'est l'Allemand qui doit servir de modèle à "l'homme du futur". Dans son roman Oblomov, un aristocrate russe paresseux et passif (un homme superflu qui n'aime rien de plus que le sommeil) est juxtaposé à un autre personnage vivant, actif et pratique ; qui est à moitié allemand, Stoltz. L'idée étant que les Russes doivent devenir des "hommes d'action" et ne pas gâcher leur vie dans un monde de rêve.

Turgueniev.

Plus que quiconque, cependant, c'est l'écrivain russe Dostoïevski qui influencera le philosophe Nietzsche qui, par la suite, influencera la pensée allemande (et occidentale) pendant plus de cent ans.

Dostoïevski et Nietzsche

Qualifiant Dostoïevski de "maître psychologue", Nietzsche a lu avec grand intérêt les romans de l'écrivain russe. Il n'était pas seul. À la fin du XIXe siècle, l'Allemagne a connu une flambée de ce que l'on a appelé "l'effet Raskolnikov" : de jeunes hommes désillusionnés qui s'identifiaient au héros commettaient un meurtre (généralement un amant) puis tentaient de se suicider.

Raskolnikov est le protagoniste du roman très philosophique Crime et châtiment de Dostoïevski. Le héros est certain de sa supériorité et de sa grandeur et le prouvera en assassinant sans pitié. À sa grande surprise - alors que Nietzsche avait du mal à publier ses œuvres - il découvrit que le public russe le connaissait déjà et aimait ses écrits ! (Soit dit en passant, l'amour de sa vie, était une intellectuelle et féministe germano-russe du nom de Lou Andreas Salome).

Nietzsche a été tellement marqué par les écrits de Dostoïevski que son dernier acte de santé mentale - ou peut-être son premier acte de folie - est venu directement d'une scène de Crime et Châtiment. Pendant son séjour à Turin, en Italie (1889), Nietzsche quitte son hôtel et voit une vieille jument - à peine capable de bouger - se faire fouetter par un chauffeur. Tout comme Raskolnikov rêvait de protéger une vieille jument battue en lui jetant les bras autour du cou, Nietzsche a couru vers le pauvre animal souffrant et a jeté les bras autour de la jument en pleurant hystériquement.

Le philosophe allemand qui s'insurgeait contre la "pitié" en tant que forme de morale esclavagiste, qu'il fallait surmonter, ne pouvait pas suivre son propre enseignement à ce stade. C'est un cruel tour de l'histoire que les pensées de Nietzsche aient été adoptées - et modifiées - par les nazis qui, avec une bravade wagnérienne, allaient envahir la patrie de Dostoïevski. Nietzsche - l'homme - aurait été consterné par cet acte sauvage des Raskolnikovs allemands.

Urga. Le pays de Ungern

Urga. Le pays de Ungern

Par Stanislav Khatuntsev

Ex : https://centroevolianogranada.blogspot.com

Traduction vers l’espagnol de Juan Gabriel Caro Rivera

Le baron blanc qui a accordé l'indépendance à la Mongolie

Dans la steppe montagneuse de Mongolie, le vent souffle de façon incontrôlable d'un côté à l'autre, ne laissant que de l'herbe à la surface du sol. Le sifflement et le hurlement des éléments provoquent une horreur à la fois archaïque et mystique. Et au milieu des hurlements du vent, on entend le hennissement d'un cheval qui brise la monotonie de ce paysage abrupt et sauvage. Au-delà de l'horizon, au sommet d'une haute colline rocheuse, sur laquelle les nuages passent fantastiquement et rapidement, apparaît la figure d'un cavalier portant une robe mongole dorée. Le cheval, comme s'il s'agissait d'une énorme tour sombre, se cabre et se cabre, coupant l'atmosphère avec ses yeux fous. Son cavalier l'apprivoise avec une main de fer. Il s'agit du baron Ungern.

Il y a exactement 100 ans, une série d'événements importants se sont produits qui sont associés à son nom.

Le lieutenant général Roman Fedorovitch von Ungern-Sternberg est sans aucun doute une figure légendaire. Il était l'un des dirigeants du mouvement Transbaïkalien Blanc, étant le second à commander ce système qui avait été créé par l'ataman Semyonov, à qui l'amiral Koltchak, en tant que souverain suprême de la Russie, avait transféré tous les pouvoirs militaires et civils des territoires qui se trouvaient dans "l'Extrême-Orient russe".

Roman Fedorovitch était un ami de Semyonov pendant la Première Guerre mondiale et les deux hommes se connaissaient depuis longtemps. Tous deux se sont battus ensemble. Au cours de l'été 1917, Semyonov, qui avait les pouvoirs du gouvernement provisoire, retourna dans sa patrie en Transbaïkalie. Il a appelé Ungern à venir dans sa patrie et à y rester avec lui. C'est là qu'ils ont commencé à lutter ensemble contre les bolcheviks. Lorsque Semyonov prit Chita en août 1918, le baron de la division de cavalerie asiatique établit plus tard sa base d'opérations à Dauria, où il contrôlera le trafic de l'East China Railway.

C'est là que ce général blanc a commencé à concocter des plans de proportions véritablement planétaires: il souhaitait ressusciter dans tout l'Ancien Monde les monarchies qui étaient tombées, en restaurant les dynasties renversées de Chine (les Qing) et de Russie (les Romanov). Le territoire de Khalkha, également connu sous le nom de ‘’Mongolie extérieure’’, sera la première étape de la réalisation de ses plans. En août 1920, Ungern, avec son armée de "smachus" (cosaques), arrive en Mongolie fin octobre et prend d'assaut sa capitale Urga.

À partir de l'automne 1919, la Khalkha est occupée par les "gamins", soldats de l'Armée républicaine de la Chine révolutionnaire, qui volent et oppriment les Mongols, perpétrant toutes sortes d'injustices et de violences contre la population, afin de venger le fait que, quelques années auparavant, les Mongols avaient osé se libérer de la domination chinoise. Urga était la base et le quartier général de ces envahisseurs, qui disposaient d'une force militaire assez importante et bien équipée selon les normes locales. Les troupes d’Ungern étaient 10 à 12 fois moins nombreuses que les troupes chinoises, tandis que les fils de l'Empire Céleste étaient largement inférieurs en nombre de canons. Il n'est donc pas surprenant que les deux assauts désespérés que le baron a lancés contre Urga aient échoué.

Finalement, Ungern a retiré ses troupes de l'autre côté du fleuve Kerulen, qui était le centre de la résistance contre les envahisseurs chinois et où l'empire de Gengis Khan a émergé. De nombreux Mongols, mécontents de la domination chinoise sur leur pays, y affluent de partout.

La Division de Cavalerie Asiatique a rapidement récupéré les troupes qu'elle avait perdues, tandis que son chef, qui comprenait parfaitement l'ennemi, menait une guerre psychologique efficace contre la garnison des "gamins". Après quelques mois, les Chinois superstitieux, qui se sont retrouvés dans un pays très différent de leur patrie, laquelle est pleine de riz et de soie, attendaient que le terrible châtiment des dieux puissants qui protégeaient le "Bouddha vivant", le grand prêtre d'Urga et souverain de Mongolie, Bogdo-Gegen, leur tombe dessus à tout moment. Chaque nuit, ils regardaient avec crainte les gigantesques feux de joie allumés par les habitants et les soldats d’Ungern au sommet de la montagne sacrée Bogdo-Khan-ul, au sud de la ville. Les terribles rumeurs propagées par les agents du baron privent les "gamins" de tout espoir de victoire.

Peu avant la nouvelle attaque contre Urga, quelque chose d'absolument incroyable se produisit: dans la cour de la maison du gouverneur, Chen Yi, et en plein jour, un jour d'hiver, Ungern lui-même est apparu. Comment il a réussi à traverser la capitale ennemie sans se faire repérer est incompréhensible, surtout si l'on considère qu'elle était pleine de troupes, grouillante de patrouilles et entourée de toutes sortes de postes armés. Sur le chemin du retour, le baron a remarqué une sentinelle chinoise qui dormait devant la porte de la prison. Une telle violation de la discipline militaire l'exaspère au plus profond de son âme, et le général blanc réveille le soldat négligent à coups de poings, lui expliquant qu'il est impossible de dormir pendant la garde, car lui, Ungern, va le punir de ses propres mains. Après cela, le chef de la Division de Cavalerie Asiatique a calmement quitté la ville et s'est rendu à Bogdo-Khan-ul. Après la panique provoquée par sa fuite, les soldats n'ont pas pu organiser un escadron pour le poursuivre. L'incident a fini par être considéré comme un miracle : seules des forces surnaturelles auraient pu aider le baron dans son infiltration sur le territoire d'Urga et le faire sortir sain et sauf.

Ce sont ces mêmes forces surnaturelles qui, selon les soldats chinois, ont aidé Ungern à kidnapper - en plein jour, devant toute la ville (au sens littéral du terme) et sous le nez de tout un bataillon de gardes - Bogdo-Gegen, qui était assigné à résidence. Cet événement démoralise même les commandants du corps expéditionnaire chinois : le général Guo Songling s'enfuit de la capitale à la tête d'une unité de gardes qui sont les mieux préparés au combat : c’était un corps de 3000 soldats d'élite de la cavalerie.

La supériorité numérique des Chinois sur la Division de Cavalerie Asiatique diminue, mais elle reste assez importante, étant de cinq à huit fois supérieure au nombre de soldats alignés par Ungern. En revanche, les soldats d’Ungern possédaient 5 à 6 fois plus d'artillerie et de mitrailleuses que les Chinois.

Cela n'a pas empêché le baron de poursuivre une opération bien planifiée qui allait mener au succès de son corps expéditionnaire. Au petit matin du 2 février 1921, un assaut frontal est lancé, auquel les Chinois résistent farouchement. Le lendemain, les combats ont cessé, puis l'assaut a repris et les "gamins" ont fui dans la terreur. La capitale de la Mongolie extérieure a été libérée le 4 février, et Ungern a remporté d'énormes trophées, dont de grandes quantités d'or et d'argent raflées dans les entrepôts de la banque d'Urga.

La guerre contre les Chinois n'était cependant pas terminée et toute une série de batailles acharnées s'ensuivit contre le corps expéditionnaire des Gamins, dont les effectifs étaient encore plusieurs fois supérieurs à ceux de la division de cavalerie asiatique. Mais à la fin, ils furent pratiquement détruits. Peu d'entre eux retournèrent en Chine, et les troupes d’Ungern gagnèrent à nouveau un important butin de guerre, dont plusieurs milliers de prisonniers.

Le 22 février 1921, une cérémonie solennelle a lieu à Urga : Bogdo-Gegen VIII monte à nouveau sur le trône du Grand Khan de Mongolie. La monarchie est à nouveau rétablie et les Mongols accordent à Ungern toutes sortes d'honneurs et de privilèges. Il a reçu le surnom de Tsagan (c'est-à-dire Blanc) Burkhan, ou "Dieu de la guerre", étant considéré comme l'incarnation de Mahakala-Idam, une divinité lamaïste à six bras qui punissait cruellement les ennemis de la "foi jaune". Désormais, le nom du baron inspirait à ses ennemis une peur superstitieuse. Sous ses bannières étaient réunis tous les représentants de plus d'une douzaine de peuples d'Asie et d'Europe : Russes, Autrichiens, Français, Bachkirs, Chinois, Japonais, Tibétains, Coréens et Mandchous. Il y eut même... un Noir qui servit dans la division de cavalerie asiatique. Il s'agissait d'une petite Internationale blanche qui, sous la bannière de diverses religions traditionnelles - christianisme, bouddhisme et islam - s'opposait à l'athée Internationale rouge.

Fin mai, Ungern a lancé sa dernière campagne contre la Russie soviétique. Il espérait provoquer des soulèvements anti-bolcheviques dans l'Altaï et le Yenisei supérieur, dans la province d'Irkoutsk, en Transbaïkalie. Mais le peuple n'avait aucune envie de se confronter au nouveau gouvernement qui avait remplacé un système prédateur d'appropriation des excédents par une série d'impôts en nature relativement supportables. La lutte dans la région du Baïkal s'est avérée vaine et le baron a fini par se replier en Mongolie. C'est sur le fleuve Egiin-Gol, poursuivi par les "Rouges" et divisé en deux brigades, que la mutinerie a éclaté dans la Division de Cavalerie Asiatique. Von Ungern-Sternberg perdit le contrôle de ses troupes et fut arrêté par les officiers d'une division mongole qu'il s'attendait à ce qu’elle lui restât fidèle. La cavalerie asiatique s'est mise en route vers l'est, en direction de la Mandchourie, et le 15 septembre, le baron a été abattu dans la ville de Novonikolaïvsk, qui était la capitale de la "Sibérie rouge".

L'épopée d’Ungern à Urga et en Mongolie a eu un impact significatif sur l'histoire de l'Asie intérieure. Sans lui, la Khalkha serait resté sous le contrôle du gouvernement de Pékin. Les autorités de la Russie soviétique ne voulaient pas entrer en conflit avec son voisin du sud et si le baron n'avait pas éliminé les "gamins", les bolcheviks n'auraient pas envahi la région et la Mongolie extérieure n'aurait pas quitté la sphère d'influence chinoise, ce qui est arrivé à la Mongolie intérieure, à l'Ordos, etc. C'est donc grâce à la guerre menée par Ungern que la Mongolie s'est détachée de l'orbite de Pékin et est entrée dans celle de Moscou.

Il est intéressant de noter que, pour la même raison ("l'aventure de Ungern"), la Chine a fini par perdre la région d'Uryankhai, la future Tuva, qui, en 1914, est passée du statut de partie de l'Empire céleste à celui de protectorat de l'Empire russe, et a fait partie de l'URSS jusqu’en 1944. Comme chacun sait, c'est à Tuva (dans la ville de Chadan) que l'actuel ministre de la défense de la Fédération de Russie, Sergei Shoigu, est né.

D'ailleurs, l'actuelle République de Chine (l'île de Taïwan) considère toujours cette région autonome turque, qui fait partie de la Fédération de Russie, comme faisant partie du territoire d'État de la Chine.

Ajoutons à cela que dans l'actuelle république de Mongolie, beaucoup considèrent le général blanc comme un héros national qui a libéré le pays d'une puissance étrangère. En novembre 2015, le musée dédié à Ungern a été solennellement ouvert près d'Oulan-Bator avec l'aide directe de l'Institut d'histoire et d'archéologie de l'Académie des sciences de ce pays.

C'est, à bien des égards, un résultat paradoxal de la vie du monarchiste le plus fidèle et le plus convaincu du XXe siècle.

L'implication de la Turquie dans le conflit ukrainien va-t-elle conduire à l'intégration du Donbass par la Russie?

L'implication de la Turquie dans le conflit ukrainien va-t-elle conduire à l'intégration du Donbass par la Russie?

par Karine Bechet-Golovko

Ex: https://russiepolitics.blogspot.com

 

Depuis décembre, l'intérêt grandissant de la Turquie, membre de l'OTAN, pour l'Ukraine inquiète ceux qui ne veulent pas la guerre totale dans le Donbass et sa possible extension au continent européen. En effet, l'accord militaire passé entre les deux pays, prévoyant une production commune pour l'Ukraine de ces drones de combat, qui ont donné la victoire à l'Azerbaïdjan, et la livraison d'une première partie, laisse attendre de nombreuses victimes civiles dans le Donbass et un risque d'extension du conflit. Car tout l'intérêt est là pour les Atlantistes : la Russie va-t-elle s'en tenir à un soutien caché et à des déclarations diplomatiques, et perdre politiquement tant à l'intérieur qu'à l'internatonal, ou bien va-t-elle laisser entendre être prête à défendre le Donbass russe contre cette agression, somme toute, de l'OTAN ? Les globalistes ayant eux-mêmes changé l'équilibre international par le développement d'une politique d'agression massive des pays non-alignés, la question longtemps écartée par la Russie de l'intégration du Donbass pourrait retrouver tout son sens dans ce nouveau contexte conflictuel.  

En décembre 2020, la Turquie et l'Ukraine ont passé un accord militaire concernant la production commune de drones de combat avec transfert de technologie. Et en attendant la mise en route de cette production, l'Ukraine se disait prête à acheter des drones Bayraktar TB2, ces mêmes drones qui ont fait la différence dans le conflit du Haut-Karabakh. Il semblerait, selon certains experts, que la Turquie ait été aidée par les Etats-Unis à prendre la "bonne décision", celle d'une implication active dans le conflit ukrainien, suite à des sanctions imposées à ses entreprises de production d'armes. Cette délicate incitation expliquerait certainement le prix de vente incroyablement bas. En février 2021, l'information tombe d'une vente de 6 drones de combat à l'armée ukrainienne à un prix 16 fois inférieur à celui du marché.

L'intensification de l'activité des forces armées ukrainiennes, en violation directe des Accords de Minsk, oblige effectivement à poser la question d'une reprise "finale" du conflit. De son côté, la Russie appelle les Occidentaux à dissuader l'Ukraine de se lancer dans une folie guerrière, tout en soulignant que l'armée ukrainienne est soutenue, armée et entraînée par ces mêmes Occidentaux. Aucun conflit armé ne peut être contrôlé, il sort toujours des limites initialement prévues et entraîne des conséquences imprévisibles. Les Occidentaux ont-ils réellement envie de se battre pour l'Ukraine ? L'on peut sérieusement en douter. Mais s'ils laissent faire, comme ils le font actuellement, ils pourront être embarqués dans un conflit qui mettra à genoux une Europe, déjà triste fantôme d'elle-même.

La situation est ici extrêmement complexe (voir notre texte ici). Le Donbass n'est pas le Haut-Karabakh, en cas d'affrontement militaire, la Russie ne peut pas se permettre de rester en retrait. Certes moralement, comme le déclare Kourguiniane, la question du choix entre les néo-nazis de Kiev et les Russes et Ukrainiens du Donbass ne se pose pas : "Personne en Russie ne se permettrait de faire un autre choix, même s'il le voulait". Et le clan dit libéral, présent dans les organes de pouvoir, le voudrait fortement, espérant ainsi enfin entrer dans la danse occidentale, répétant à satiété le choix de 1991 et les erreurs qui l'ont accompagné.

Mais surtout, la situation est complexe sur le plan de la sécurité internationale, car la reprise dans le sang du Donbass par l'OTAN, sous drapeau turco-ukrainien, remettrait totalement en cause, au minimum, la stabilité sur le continent européen. Ce qui, in fine, servirait le fantasme globaliste. 

D'un autre côté, la menace d'une intervention de la Russie, doublée d'une intégration du Donbass dans la Fédération de Russie, pourraient être le seul élément qui fasse réfléchir à deux fois avant de lancer les troupes. Car il y a une différence entre faire la guerre à LDNR et faire la guerre à la Russie.

Cette option de l'intégration avait longtemps été écartée par la Russie pour plusieurs raisons. Tout d'abord, le scénario de Crimée était unique et n'illustrait pas une vision expansionniste. Ensuite, la Russie n'avait pas la volonté de remettre en cause la stabilité internationale, ce que démontre ses appels incessants à exécuter les Accords de Minsk, qui inscrivent le Donbass dans le cadre de l'état ukrainien, soulignant que dans le cas contraire, l'Ukraine pourrait définitivement perdre le Donbass comme elle a perdu la Crimée. Enfin, car elle espérait, à terme, voir réintégrer l'Ukraine post-Maïdan au Donbass, c'est-à-dire pacifier l'Ukraine, la rendre à elle-même.

Or, la situation géopolitique a changé. L'intensification de la confrontation entre le clan atlantiste et la Russie modifie la donne sur de nombreux points. Si de toute manière des sanctions sont adoptées en chaîne contre la Russie, si de toute manière la rhétorique anti-russe continue à prendre de l'ampleur, si de toute manière les Atlantistes veulent faire de la Russie un état-terroriste, un paria, pourquoi alors ne pas réagir ? Les réactions asymétriques sont les plus efficaces et l'intégration du Donbass peut être l'une d'elles. Puisque de toute manière, avec ou sans lui, le combat entre dans une phase finale, une raison sera toujours trouvée (voir notre analyse ici) pour combattre la Russie, tant que l'obéissance ne sera pas totale, tant que la Russie ne se reniera pas sur la place publique.

Soit les globalistes n'ont plus le choix, ils doivent gagner ou périr, soit ils n'apprennent pas de leurs erreurs : le Maîdan, cette erreur de trop, qui a conduit à l'intégration de la Crimée, au retour de la Russie, décomplexée, sur la scène internationale, avec la Syrie ou le Venezuela. Dans tous les cas, la Russie a les cartes en main, elle aussi doit faire un choix stratégique, avec toutes les conséquences existentielles que cela implique.

Karine Bechet-Golovko

Pourquoi l'Europe est-elle hostile à la Russie?

Pourquoi l'Europe est-elle hostile à la Russie?

Par Igor Ivanov

Ex : https://moderndiplomacy.eu

Dans son ouvrage phare de 1871, Russie et Europe, le célèbre intellectuel russe et slave Nikolay Danilevsky a exposé sa théorie selon laquelle "l'Europe reconnaît la Russie comme quelque chose d'étranger à elle-même, et pas seulement d’étranger, mais aussi d’hostile", et que les intérêts fondamentaux de la Russie devraient servir de "contrepoids à l'Europe".

Cent cinquante ans se sont écoulés depuis la publication de cet ouvrage. Le monde a changé. Quoi qu'en disent les antimondialistes, le développement rapide des technologies modernes et leur utilisation dans notre vie quotidienne nous ont obligés à réévaluer nombre de nos convictions concernant les relations entre les États et les peuples. L'échange d'informations, de découvertes et de connaissances scientifiques, et le partage de nos richesses culturelles rapprochent les pays et ouvrent des possibilités de développement qui n'existaient pas auparavant. L'intelligence artificielle ne connaît aucune frontière et ne différencie pas les utilisateurs selon leur sexe ou leur nationalité. Parallèlement à ces nouvelles possibilités, le monde est également confronté à de nouveaux problèmes de plus en plus supranationaux, dont la résolution exige des efforts combinés de notre part. La pandémie du coronavirus en est le dernier exemple en date.

C'est dans le contexte de ces changements rapides qui, pour des raisons évidentes, ne peuvent se dérouler sans certaines conséquences, que l'on peut parfois entendre cette même théorie selon laquelle "l'Europe est hostile à la Russie". Bien que les arguments avancés pour soutenir cette affirmation semblent aujourd'hui beaucoup moins nuancés que ceux de Nikolay Danilevsky.

Nikolay Danilevsky

Il n'en demeure pas moins qu'il est impossible d'ignorer cette question, car cela rendrait extrêmement difficile l'élaboration d'une politique étrangère sérieuse à long terme, étant donné le rôle prépondérant que joue l'Europe dans les affaires mondiales.

Avant de nous plonger dans le sujet, je voudrais dire quelques mots sur la question qui nous occupe. Pourquoi l'Europe devrait-elle aimer ou détester la Russie ? Avons-nous des raisons de croire que la Russie a des sentiments forts, positifs ou négatifs, à l'égard d'un autre pays ? C'est le genre de mots qui sont utilisés pour décrire les relations entre les États dans le monde moderne et interdépendant. Mais ils sont, pour la plupart, tout simplement inacceptables. Les concepts de politique étrangère de la Russie se concentrent invariablement sur la garantie de la sécurité, de la souveraineté et de l'intégrité territoriale du pays et sur la création de conditions extérieures favorables à son développement progressif.

La Russie et l'Europe ont une longue histoire qui remonte à plusieurs siècles. Et il y a eu des guerres et des périodes de coopération mutuellement bénéfique tout au long de cette histoire. Quoi qu'on en dise, la Russie est une partie inséparable de l'Europe, tout comme l'Europe ne peut être considérée comme "complète" sans la Russie.

Il est donc essentiel d'orienter le potentiel intellectuel non pas vers la destruction, mais plutôt vers la formation d'un nouveau type de relation, qui reflète les réalités actuelles.

À l'aube du XXIe siècle, il était clair pour tout le monde que, pour des raisons objectives, la Russie ne pourrait pas devenir un membre à part entière des associations militaires, politiques et économiques qui existaient en Europe à l'époque, c'est-à-dire l'Union européenne et l'OTAN. C'est pourquoi des mécanismes ont été mis en place pour aider les parties à établir des relations et à coopérer dans divers domaines. Les relations bilatérales se sont ainsi considérablement développées en quelques années seulement. L'Union européenne est devenue le principal partenaire économique étranger de la Russie, et des canaux de coopération mutuellement bénéfiques dans de nombreux domaines se sont créés.

Cependant, les relations UE-Russie se sont enlisées ces dernières années. En fait, une grande partie des progrès qui avaient été réalisés sont maintenant annulés. Et les sentiments positifs ou négatifs à l'égard l'un de l'autre n'ont rien à voir avec cela. Cela est dû au fait que les parties ont perdu une vision stratégique de l'avenir des relations bilatérales dans un monde en rapide évolution.

S'exprimant lors du Forum économique mondial de Davos, le président de la Fédération de Russie, Vladimir Poutine, a déclaré que la Russie faisait partie de l'Europe et que, culturellement, la Russie et l'Europe ne faisaient qu'une seule et même civilisation. C'est la prémisse de base - qui ne repose pas sur des émotions - qui devrait sous-tendre la politique de la Russie dans ses relations avec l'Europe.

La Russie et l'Union européenne sont en désaccord sur de nombreux points, mais la seule façon de surmonter les malentendus et de trouver des possibilités d'aller de l'avant est le dialogue. Dans ce contexte, la récente visite du Haut Représentant de l'UE à Moscou a été un pas nécessaire dans la bonne direction, malgré les critiques que cette démarche a reçues de la part de la partie européenne. Personne ne s'attendait à des "percées" de la part de la visite, car les animosités et les malentendus entre les deux parties étaient trop profonds. Pourtant, les visites et les contacts de ce type devraient devenir la norme, car sans eux, nous ne verrons jamais de réels progrès dans les relations bilatérales.

Outre les questions qui figurent actuellement à l'ordre du jour des deux parties, l'attention devrait se concentrer sur l'élaboration d'une vision stratégique de ce que devraient être les relations UE-Russie à l'avenir, ainsi que sur les domaines d'intérêt mutuel. Par exemple, il est grand temps que l'Europe et la Russie abordent le sujet de la compatibilité de leurs stratégies énergétiques respectives, ainsi que les conséquences possibles de l'introduction de l'"énergie verte" en Europe en termes de coopération économique avec la Russie. Sinon, il sera trop tard, et au lieu d'un nouvel espace de coopération mutuellement bénéfique, nous aurons encore un autre problème insoluble.

Dans son ouvrage La Russie et l'Europe, Nikolay Danilevsky, tout en reconnaissant le bien que Pierre le Grand avait fait pour son pays, lui reprochait de "vouloir à tout prix faire de la Russie l'Europe". Personne ne ferait de telles accusations aujourd'hui. La Russie est, a été et sera toujours un acteur indépendant sur la scène internationale, avec ses propres intérêts et priorités nationales. Mais la seule façon de les réaliser pleinement est que le pays mène une politique étrangère active. Et l'une des priorités de cette politique est les relations avec l'Europe.

Pourquoi la Russie rend l’Occident fou

 

 

 

par Pepe Escobar

Ex: http://www.zejournal.mobi

Le pivot de Moscou vers l’Asie pour construire la Grande Eurasie a un air d’inévitabilité historique qui met les États-Unis et l’UE à l’épreuve.

Les futurs historiens pourraient l’enregistrer comme le jour où le ministre russe des Affaires étrangères Sergueï Lavrov, habituellement imperturbable, a décidé qu’il en avait assez :

« Nous nous habituons au fait que l’Union Européenne tente d’imposer des restrictions unilatérales, des restrictions illégitimes et nous partons du principe, à ce stade, que l’Union Européenne est un partenaire peu fiable ».

Josep Borrell, le chef de la politique étrangère de l’Union européenne, en visite officielle à Moscou, a dû faire face aux conséquences.

Lavrov, toujours parfait gentleman, a ajouté : « J’espère que l’examen stratégique qui aura lieu bientôt se concentrera sur les intérêts clés de l’Union Européenne et que ces entretiens contribueront à rendre nos contacts plus constructifs ».

Il faisait référence au sommet des chefs d’État et de gouvernement de l’UE qui se tiendra le mois prochain au Conseil européen, où ils discuteront de la Russie. Lavrov ne se fait pas d’illusions : les « partenaires peu fiables » se comporteront en adultes.

Pourtant, on peut trouver quelque chose d’immensément intrigant dans les remarques préliminaires de Lavrov lors de sa rencontre avec Borrell : « Le principal problème auquel nous sommes tous confrontés est le manque de normalité dans les relations entre la Russie et l’Union Européenne – les deux plus grands acteurs de l’espace eurasiatique. C’est une situation malsaine, qui ne profite à personne ».

Les deux plus grands acteurs de l’espace eurasiatique (mes italiques). Que cela soit clair. Nous y reviendrons dans un instant.

Dans l’état actuel des choses, l’UE semble irrémédiablement accrochée à l’aggravation de la « situation malsaine ». La chef de la Commission européenne, Ursula von der Leyen, a fait échouer le programme de vaccination de Bruxelles. Elle a envoyé Borrell à Moscou pour demander aux entreprises européennes des droits de licence pour la production du vaccin Spoutnik V – qui sera bientôt approuvé par l’UE.

Et pourtant, les eurocrates préfèrent se plonger dans l’hystérie, en faisant la promotion des bouffonneries de l’agent de l’OTAN et fraudeur condamné Navalny – le Guaido russe.

Pendant ce temps, de l’autre côté de l’Atlantique, sous le couvert de la « dissuasion stratégique », le chef du STRATCOM américain, l’amiral Charles Richard, a laissé échapper avec désinvolture qu’il « existe une réelle possibilité qu’une crise régionale avec la Russie ou la Chine puisse rapidement dégénérer en un conflit impliquant des armes nucléaires, si elles percevaient qu’une perte conventionnelle menaçait le régime ou l’État ».

Ainsi, la responsabilité de la prochaine – et dernière – guerre est déjà attribuée au comportement « déstabilisateur » de la Russie et de la Chine. On suppose qu’elles vont « perdre » – et ensuite, dans un accès de rage, passer au nucléaire. Le Pentagone ne sera qu’une victime ; après tout, affirme STRATCOM, nous ne sommes pas « enlisés dans la Guerre froide ».

Les planificateurs du STRATCOM devraient lire le crack de l’analyse militaire Andrei Martyanov, qui depuis des années est en première ligne pour expliquer en détail comment le nouveau paradigme hypersonique – et non les armes nucléaires – a changé la nature de la guerre.

Après une discussion technique détaillée, Martyanov montre comment « les États-Unis n’ont tout simplement pas de bonnes options actuellement. Aucune. La moins mauvaise option, cependant, est de parler aux Russes et non en termes de balivernes géopolitiques et de rêves humides selon lesquels les États-Unis peuvent, d’une manière ou d’une autre, convaincre la Russie « d’abandonner » la Chine – les États-Unis n’ont rien, zéro, à offrir à la Russie pour le faire. Mais au moins, les Russes et les Américains peuvent enfin régler pacifiquement cette supercherie « d’hégémonie » entre eux, puis convaincre la Chine de s’asseoir à la table des trois grands et de décider enfin comment gérer le monde. C’est la seule chance pour les États-Unis de rester pertinents dans le nouveau monde ».

L’empreinte de la Horde d’Or

Bien que les chances soient négligeables pour que l’Union européenne se ressaisisse sur la « situation malsaine » avec la Russie, rien n’indique que ce que Martyanov a décrit sera pris en compte par l’État profond américain.

La voie à suivre semble inéluctable : sanctions perpétuelles ; expansion perpétuelle de l’OTAN le long des frontières russes ; constitution d’un cercle d’États hostiles autour de la Russie ; ingérence perpétuelle des États-Unis dans les affaires intérieures russes – avec une armée de la cinquième colonne ; la guerre de l’information perpétuelle et à grande échelle.

Lavrov affirme de plus en plus clairement que Moscou n’attend plus rien. Les faits sur le terrain, cependant, continueront de s’accumuler.

Nord Stream 2 sera terminé – sanctions ou pas – et fournira le gaz naturel dont l’Allemagne et l’UE ont tant besoin. Le fraudeur Navalny, qui a été condamné – 1% de « popularité » réelle en Russie – restera en prison. Les citoyens de toute l’UE recevront Spoutnik V. Le partenariat stratégique entre la Russie et la Chine continuera de se renforcer.

Pour comprendre comment nous en sommes arrivés à ce gâchis russophobe malsain, une feuille de route essentielle est fournie par le Conservatisme russe, une nouvelle étude passionnante de philosophie politique réalisée par Glenn Diesen, professeur associé à l’Université de la Norvège du Sud-Est, chargé de cours à l’École supérieure d’Économie de Moscou, et l’un de mes éminents interlocuteurs à Moscou.

Diesen commence en se concentrant sur l’essentiel : la géographie, la topographie et l’histoire. La Russie est une vaste puissance terrestre sans accès suffisant aux mers. La géographie, affirme-t-il, conditionne les fondements des « politiques conservatrices définies par l’autocratie, un concept ambigu et complexe de nationalisme, et le rôle durable de l’Église orthodoxe » – impliquant une résistance au « laïcisme radical ».

Il est toujours crucial de se rappeler que la Russie n’a pas de frontières naturelles défendables ; elle a été envahie ou occupée par les Suédois, les Polonais, les Lituaniens, la Horde d’Or mongole, les Tatars de Crimée et Napoléon. Sans parler de l’invasion nazie, qui a été extrêmement sanglante.

Qu’y a-t-il dans l’étymologie d’un mot ? Tout : « sécurité », en russe, c’est byezopasnost. Il se trouve que c’est une négation, car byez signifie « sans » et opasnost signifie « danger ».

La composition historique complexe et unique de la Russie a toujours posé de sérieux problèmes. Oui, il y avait une étroite affinité avec l’Empire byzantin. Mais si la Russie « revendiquait le transfert de l’autorité impériale de Constantinople, elle serait forcée de la conquérir ». Et revendiquer le rôle, l’héritage et d’être le successeur de la Horde d’Or reléguerait la Russie au seul statut de puissance asiatique.

Sur la voie de la modernisation de la Russie, l’invasion mongole a non seulement provoqué un schisme géographique, mais a laissé son empreinte sur la politique : « L’autocratie est devenue une nécessité suite à l’héritage mongol et à l’établissement de la Russie comme un empire eurasiatique avec une vaste étendue géographique mal connectée ».

« Un Est-Ouest colossal »

La Russie, c’est la rencontre de l’Est et de l’Ouest. Diesen nous rappelle comment Nikolai Berdyaev, l’un des plus grands conservateurs du XXe siècle, l’avait déjà bien compris en 1947 : « L’incohérence et la complexité de l’âme russe peuvent être dues au fait qu’en Russie, deux courants de l’histoire du monde – l’Est et l’Ouest – se bousculent et s’influencent mutuellement (…) La Russie est une section complète du monde – un Est-Ouest colossal ».

Le Transsibérien, construit pour renforcer la cohésion interne de l’empire russe et pour projeter la puissance en Asie, a changé la donne : « Avec l’expansion des colonies agricoles russes à l’est, la Russie remplace de plus en plus les anciennes routes qui contrôlaient et reliaient auparavant l’Eurasie ».

Il est fascinant de voir comment le développement de l’économie russe a abouti à la théorie du « Heartland » de Mackinder – selon laquelle le contrôle du monde nécessitait le contrôle du supercontinent eurasiatique. Ce qui a terrifié Mackinder, c’est que les chemins de fer russes reliant l’Eurasie allaient saper toute la structure de pouvoir de la Grande-Bretagne en tant qu’empire maritime.

Diesen montre également comment l’Eurasianisme – apparu dans les années 1920 parmi les émigrés en réponse à 1917 – était en fait une évolution du conservatisme russe.

L’Eurasianisme, pour un certain nombre de raisons, n’est jamais devenu un mouvement politique unifié. Le cœur de l’Eurasianisme est l’idée que la Russie n’était pas un simple État d’Europe de l’Est. Après l’invasion des Mongols au XIIIe siècle et la conquête des royaumes tatars au XVIe siècle, l’histoire et la géographie de la Russie ne pouvaient pas être uniquement européennes. L’avenir exigerait une approche plus équilibrée – et un engagement avec l’Asie.

Dostoïevski l’avait brillamment formulé avant tout le monde, en 1881 :

« Les Russes sont autant asiatiques qu’européens. L’erreur de notre politique au cours des deux derniers siècles a été de faire croire aux citoyens européens que nous sommes de vrais Européens. Nous avons trop bien servi l’Europe, nous avons pris une trop grande part à ses querelles intestines (…) Nous nous sommes inclinés comme des esclaves devant les Européens et n’avons fait que gagner leur haine et leur mépris. Il est temps de se détourner de l’Europe ingrate. Notre avenir est en Asie ».

Lev Gumilev était sans aucun doute la superstar d’une nouvelle génération d’Eurasianistes. Il affirmait que la Russie avait été fondée sur une coalition naturelle entre les Slaves, les Mongols et les Turcs. « The Ancient Rus and the Great Steppe », publié en 1989, a eu un impact immense en Russie après la chute de l’URSS – comme je l’ai appris de mes hôtes russes lorsque je suis arrivé à Moscou via le Transsibérien à l’hiver 1992.

Comme l’explique Diesen, Gumilev proposait une sorte de troisième voie, au-delà du nationalisme européen et de l’internationalisme utopique. Une Université Lev Gumilev a été créée au Kazakhstan. Poutine a qualifié Gumilev de « grand Eurasien de notre temps ».

Diesen nous rappelle que même George Kennan, en 1994, a reconnu la lutte des conservateurs pour « ce pays tragiquement blessé et spirituellement diminué ». Poutine, en 2005, a été beaucoup plus clair. Il a souligné :

« L’effondrement de l’Union soviétique a été la plus grande catastrophe géopolitique du siècle. Et pour le peuple russe, ce fut un véritable drame (…) Les anciens idéaux ont été détruits. De nombreuses institutions ont été démantelées ou simplement réformées à la hâte. (…) Avec un contrôle illimité sur les flux d’information, les groupes d’oligarques ont servi exclusivement leurs propres intérêts commerciaux. La pauvreté de masse a commencé à être acceptée comme la norme. Tout cela a évolué dans un contexte de récession économique des plus sévères, de finances instables et de paralysie dans la sphère sociale ».

Appliquer la « démocratie souveraine »

Nous arrivons ainsi à la question cruciale de l’Europe.

Dans les années 1990, sous la houlette des atlantistes, la politique étrangère russe était axée sur la Grande Europe, un concept basé sur la Maison européenne commune de Gorbatchev.

Et pourtant, dans la pratique, l’Europe de l’après-Guerre froide a fini par se configurer comme l’expansion ininterrompue de l’OTAN et la naissance – et l’élargissement – de l’UE. Toutes sortes de contorsions libérales ont été déployées pour inclure toute l’Europe tout en excluant la Russie.

Diesen a le mérite de résumer l’ensemble du processus en une seule phrase : « La nouvelle Europe libérale représentait une continuité anglo-américaine en termes de règle des puissances maritimes, et l’objectif de Mackinder d’organiser la relation germano-russe selon un format à somme nulle pour empêcher l’alignement des intérêts ».

Pas étonnant que Poutine, par la suite, ait dû être érigé en épouvantail suprême, ou « en nouvel Hitler ». Poutine a catégoriquement rejeté le rôle pour la Russie de simple apprentie de la civilisation occidentale – et son corollaire, l’hégémonie (néo)libérale.

Il restait néanmoins très accommodant. En 2005, Poutine a souligné que « par-dessus tout, la Russie était, est et sera, bien sûr, une grande puissance européenne ». Ce qu’il voulait, c’était découpler le libéralisme de la politique de puissance – en rejetant les principes fondamentaux de l’hégémonie libérale.

Poutine disait qu’il n’y a pas de modèle démocratique unique. Cela a finalement été conceptualisé comme une « démocratie souveraine ». La démocratie ne peut pas exister sans souveraineté ; cela implique donc d’écarter la « supervision » de l’Occident pour la faire fonctionner.

Diesen fait remarquer que si l’URSS était un « Eurasianisme radical de gauche, certaines de ses caractéristiques eurasiatiques pourraient être transférées à un Eurasianisme conservateur ». Diesen note comment Sergey Karaganov, parfois appelé le « Kissinger russe », a montré « que l’Union soviétique était au centre de la décolonisation et qu’elle a été l’artisan de l’essor de l’Asie en privant l’Occident de la capacité d’imposer sa volonté au monde par la force militaire, ce que l’Occident a fait du XVIe siècle jusqu’aux années 1940 ».

Ce fait est largement reconnu dans de vastes régions du Sud global – de l’Amérique latine et de l’Afrique à l’Asie du Sud-Est.

La péninsule occidentale de l’Eurasie

Ainsi, après la fin de la Guerre froide et l’échec de la Grande Europe, le pivot de Moscou vers l’Asie pour construire la Grande Eurasie ne pouvait qu’avoir un air d’inévitabilité historique.

La logique est implacable. Les deux pôles géoéconomiques de l’Eurasie sont l’Europe et l’Asie de l’Est. Moscou veut les relier économiquement en un supercontinent : c’est là que la Grande Eurasie rejoint l’Initiative Ceinture et Route chinoise (BRI). Mais il y a aussi la dimension russe supplémentaire, comme le note Diesen : la « transition de la périphérie habituelle de ces centres de pouvoir vers le centre d’une nouvelle construction régionale ».

D’un point de vue conservateur, souligne Diesen, « l’économie politique de la Grande Eurasie permet à la Russie de surmonter son obsession historique pour l’Occident et d’établir une voie russe organique vers la modernisation ».

Cela implique le développement d’industries stratégiques, de corridors de connectivité, d’instruments financiers, de projets d’infrastructure pour relier la Russie européenne à la Sibérie et à la Russie du Pacifique. Tout cela sous un nouveau concept : une économie politique industrialisée et conservatrice.

Le partenariat stratégique Russie-Chine est actif dans ces trois secteurs géoéconomiques : industries stratégiques/plates-formes technologiques, corridors de connectivité et instruments financiers.

Cela propulse la discussion, une fois de plus, vers l’impératif catégorique suprême : la confrontation entre le Heartland et une puissance maritime.

Les trois grandes puissances eurasiatiques, historiquement, étaient les Scythes, les Huns et les Mongols. La raison principale de leur fragmentation et de leur décadence est qu’ils n’ont pas pu atteindre – et contrôler – les frontières maritimes de l’Eurasie.

La quatrième grande puissance eurasiatique était l’empire russe – et son successeur, l’URSS. L’URSS s’est effondrée parce que, encore une fois, elle n’a pas pu atteindre – et contrôler – les frontières maritimes de l’Eurasie.

Les États-Unis l’en ont empêchée en appliquant une combinaison de Mackinder, Mahan et Spykman. La stratégie américaine est même devenue connue sous le nom de mécanisme de confinement Spykman-Kennan – tous ces « déploiements avancés » dans la périphérie maritime de l’Eurasie, en Europe occidentale, en Asie de l’Est et au Moyen-Orient.

Nous savons tous à présent que la stratégie globale des États-Unis en mer – ainsi que la raison principale pour laquelle les États-Unis sont entrés dans la Première et la Seconde Guerre mondiale – était de prévenir l’émergence d’un hégémon eurasiatique par tous les moyens nécessaires.

Quant à l’hégémonie américaine, elle a été conceptualisée de façon grossière – avec l’arrogance impériale requise – par le Dr Zbig « Grand Échiquier » Brzezinski en 1997 : « Pour empêcher la collusion et maintenir la dépendance sécuritaire entre les vassaux, pour garder les affluents souples et protégés, et pour empêcher les barbares de se rassembler ». Le bon vieux « Diviser pour mieux régner », appliqué par le biais de la « domination du système ».

C’est ce système qui est en train de s’effondrer – au grand désespoir des suspects habituels. Diesen (photo) note comment, « dans le passé, pousser la Russie en Asie reléguait la Russie dans l’obscurité économique et éliminait son statut de puissance européenne ». Mais maintenant, avec le déplacement du centre de gravité géoéconomique vers la Chine et l’Asie de l’Est, c’est un tout nouveau jeu.

La diabolisation permanente de la Russie-Chine par les États-Unis, associée à la mentalité de « situation malsaine » des sbires de l’UE, ne fait que rapprocher la Russie de la Chine, au moment même où la domination mondiale de l’Occident, qui dure depuis deux siècles seulement, comme l’a prouvé Andre Gunder Frank, touche à sa fin.

Diesen, peut-être trop diplomatiquement, s’attend à ce que « les relations entre la Russie et l’Occident changent également à terme avec la montée de l’Eurasie. La stratégie hostile de l’Occident à l’égard de la Russie est conditionnée par l’idée que la Russie n’a nulle part où aller et qu’elle doit accepter tout ce que l’Occident lui offre en termes de « partenariat ». La montée de l’Est modifie fondamentalement la relation de Moscou avec l’Occident en permettant à la Russie de diversifier ses partenariats ».

Il se peut que nous approchions rapidement du moment où la Russie de la Grande Eurasie présentera à l’Allemagne une offre à prendre ou à laisser. Soit nous construisons ensemble le Heartland, soit nous le construisons avec la Chine – et vous ne serez qu’un spectateur de l’histoire. Bien sûr, il y a toujours la possibilité d’un axe inter-galaxies Berlin-Moscou-Pékin. Des choses plus surprenantes se sont produites.

En attendant, Diesen est convaincu que « les puissances terrestres eurasiatiques finiront par intégrer l’Europe et d’autres États à la périphérie intérieure de l’Eurasie. Les loyautés politiques se déplaceront progressivement à mesure que les intérêts économiques se tourneront vers l’Est et que l’Europe deviendra progressivement la péninsule occidentale de la Grande Eurasie ».

Voilà qui donne à réfléchir aux colporteurs péninsulaires de la « situation malsaine ».

Traduit par Réseau International

***

«Qui veut la paix prépare la guerre»: la Russie annonce être prête en cas de rupture des relations avec l'UE

La Russie est prête à rompre ses relations diplomatiques avec l’Union européenne si cette dernière adopte des sanctions créant des risques pour les secteurs sensibles de l‘économie, a déclaré ce vendredi le chef de la diplomatie russe, Sergueï Lavrov, sur la chaîne YouTube Soloviev Live.

« Nous y sommes prêts. [Nous le ferons] si nous voyons, comme nous l’avons senti plus d’une fois, que des sanctions sont imposées dans certains secteurs qui créent des risques pour notre économie, y compris dans des sphères sensibles. Nous ne voulons pas nous isoler de la vie internationale mais il faut s’y préparer. Qui veut la paix prépare la guerre ».

De nouvelles sanctions en vue

Cette semaine, le chef de la diplomatie de l’Union européenne Josep Borrell a annoncé, après sa visite à Moscou, la possibilité de nouvelles sanctions. Il s’est dit préoccupé par les « choix géostratégiques des autorités russes ».

Condamnant les autorités pour avoir emprisonné en janvier l’opposant Alexeï Navalny et les qualifiant de « sans pitié », Josep Borrell a notamment indiqué dans son blog que sa visite avait conforté son opinion selon laquelle « l’Europe et la Russie s’éloignaient petit à petit l’une de l’autre ».

Les propos tenus à Moscou

Lors de sa visite dans la capitale russe du 4 au 6 février, Josep Borrell avait vanté le vaccin Spoutnik V, le qualifiant de « bonne nouvelle pour l’humanité ». Il avait en outre espéré que l’Agence européenne pour les médicaments l’enregistrerait.

Il avait également dit qu’il y avait des domaines dans lesquels la Russie et l’UE pouvaient et devaient coopérer, et que Bruxelles était favorable au dialogue avec Moscou, malgré les difficultés.

Anastassia Verbitskaïa - Sputnik

- Source : Asia Times (Thaïlande)

L'immaturité de la diplomatie européenne

L'immaturité de la diplomatie européenne

Par Ricardo Teixeira da Costa

Ex : https://geopol.pt

L'Union européenne a une fois de plus fait preuve de son immaturité diplomatique, et mis en évidence ses maillons faibles, en déclarant hier à l'unisson trois diplomates russes personae non grata.

Après le premier voyage désastreux de Josep Borrell à Moscou, où il s'est révélé être un bien piètre diplomate face au colossal Lavrov, l'Allemagne, la Pologne et la Suède ont décidé de prendre une revanche digne d’un jardin d’enfant et ont retiré les lettres de créance de trois diplomates russes de leurs territoires.

Sans invoquer aucune raison juridique pour de telles décisions, démontrant que leur diplomatie est guidée par des instincts risibles et non par des critères rationnels, ils ont même précisé que l'action était coordonnée entre les trois et obéissait au principe de réciprocité, en représailles à une décision "similaire" de Moscou quelques jours plus tôt.

Moscou n'a pas retiré ses lettres de créance suite à un déchaînement d'émotions, mais parce que les diplomates européens en question étaient impliqués dans des activités illégales sur son territoire. Mais l'UE, qui ressemble de plus en plus aux États-Unis, ne connaît pas le principe de non-intervention. Elle suppose qu'elle peut agir sur le territoire russe comme elle ne l'admettrait jamais sur le sien.

Peut-on imaginer la réaction de Berlin si des diplomates russes devaient participer à des manifestations de rue non autorisées contre Mme Merkel ? Eh bien, renversons les événements, soyons honnêtes et regardons l'énorme hypocrisie que révèle ce feuilleton, dont le seul motif est un citoyen russe condamné par la justice russe pour fraude et corruption sur le territoire russe.

Qu'implique donc toute cette escalade perpétrée par des technocrates bruxellois et par la presse occidentale à l'heure actuelle ? Je suppose qu'il s'agit d'une escalade délibérée dans certains secteurs, et qu'elle sert d'entrée en matière pour le Conseil européen de mars, au cours duquel les dirigeants de l'UE jetteront les bases de leurs futures relations avec la Russie. Nous savons que la question énergétique, l'Ukraine et le Belarus sont des points chauds et qu'il y a des intérêts majeurs à boycotter un accord entre l'Europe occidentale et le géant eurasien.

Étant donné que, de l'autre côté de l'Atlantique, la nouvelle administration progressiste a déjà fait savoir qu'elle "n'hésitera pas à augmenter les coûts pour la Russie", il faut s'attendre à ce que l'UE soit incitée à se tourner vers Joe Biden, où les nostalgiques des années Obama et de son humanitarisme mondial ne manqueront pas, comme en témoignent le coup d'État en Ukraine et les bombardements en Afghanistan, en Irak, au Yémen, en Syrie, en Libye, en Somalie et au Pakistan, ainsi que les vagues de réfugiés qui en ont résulté. Est-ce là ce qu'ils veulent pour l'Europe dans le monde ?

En tant que Portugais, et avec notre influence limitée, il est souhaitable que nous fassions savoir clairement que nous insistons sur la voie diplomatique et que nous croyons en la bonne foi de nos collègues à l'autre bout du continent, notamment parce que l'Europe n'est pas seulement une réalité géographique, mais surtout une réalité civilisationnelle, et que la compréhension entre l'Est et l'Ouest est une nécessité et n'est qu'une question de temps.

Nord Stream II : La rivalité franco-allemande affaiblit l’Europe et profite aux Etats-Unis

par Pierre-Emmanuel Thomann

Il y a de l’eau dans le gaz franco-allemand.

Le gouvernement français s’est dit opposé à la poursuite du projet de gazoduc Nord Stream II. La France a pourtant déjà investi plus d’un milliards dans la projet au travers de la compagnie énergétique ENGIE . Pour quelles raisons le gouvernement Macron s’est t-il positionné ainsi ?

Il s’agit avant tout d’une conséquence de la rivalité géopolitique franco-allemande dans l’UE

Contrairement à ce qui est souvent mis en avant dans le projet européen, c’est autant

la rivalité qui est au coeur du projet et qui détermine la dynamique de l’UE, que l’objectif  de créer une alliance pour  compter vis à vis des puissances extérieures

Le « couple franco-allemand », représentation géopolitique, est une stratégie assumée qui reste une réalité incontournable tant que l’on reste dans le paradigme de l’intégration européenne en raison du rôle de charnière géographiques de la France et de l’Allemagne. C’est une stratégie de pouvoir  consciente qui a pour d’une part objectif du point  de vue des Français de  montrer une parité géopolitique franco-allemande, malgré le déséquilibre depuis l’unification allemande et du point de vue de  l’Allemagne, de masquer son rôle de puissance centrale, Enfin le « couple » se positionne au centre du pouvoir de l’UE.    

L’existence même du projet européen est la résultante de cet enjeu franco-allemand dont la finalité  est d’encadrer  cette rivalité, d’où les neutralisations réciproques entre les deux partenaires qui ne partagent pas les mêmes finalités géopolitiques européennes

L’affaire du gazoduc  Nord Stream II en est un bon exemple.

Cette posture s’explique d’abord par le changement de président aux Etats-Unis, et le gouvernement Macron cherche à plaire au président Biden, pour contrebalancer l’Allemagne devenue la puissance centrale de l’UE. C’est récurrent chez les atlantistes français de s’allier avec les Etats-Unis par méfiance de l’Allemagne  pour lui ravir le statut de meilleur allié.  C’est au détriment d’une alliance franco-allemande et ne fait que renforcer le tropisme occidental des Allemands qui  privilégient l’axe germano-américain sur le couple franco-allemand (c’est apparu clairement depuis le traité de Elysée en 1963).  

La position du gouvernement français n’est pas réellement une surprise, car la présidence Macron avant déjà exprimé  ses doutes vis à vis du projet Nord Stream en 2019, et exigé que  la Commission européenne, sceptique aussi vis à vis du projet, supervise le projet. Une manière pour la France de montrer quelle refuse le rôle dominant de l’Allemagne sur l’avenir énergétique de l’Europe. Pour la France, les questions énergétiques sont des instruments de la géopolitique, tandis que l’Allemagne met surtout en avant l’enjeu économique (la géopolitique allemande est implicite).  La fuite en avant vers un transfert de pouvoir vers les institutions européennes  pour contrôler l’Allemagne est la doctrine de base des européistes français, depuis Jean Monnet jusqu’à aujourd’hui. En ce qui concerne l’avenir énergétique de l’Europe la France mise encore sur le nucléaire tandis que l’Allemagne est sortie du nucléaire et a besoin du gaz russe. L’Allemagne consomme deux fois plus de gaz que la France, L’Allemagne est aussi sortie unilatéralement du nucléaire, d’où la rancœur de la France, qui n’est pas ravie à l’idée de voir en plus l’Allemagne devenir le hub énergétique de l’UE en matière d’importation er de réexportation de gaz. L’idéologie verte du gouvernement Macron, qui a fait de la lutte contre le changement climatique la priorité de sa politique étrangère, n’est pas étrangère à cette opposition  à l’augmentation des importations de gaz russes à l’avenir. 

L’opposition de la France au projet Nord Stream est aussi un acte de représailles contre l

’Allemagne à propos des questions de défense. L’Allemagne d’Angela Merkel  a en réalité  torpillé le projet d’autonomie stratégique de l’Europe proposé par Emmanuel Macron, y compris le projet d’Europe de la défense qui a baissé en ambition notamment avec le nouveau  plan de relance européen. On se souvient de la saillie récente de la ministre de la défense Annegret Kramp-Karrenbauer.  En ce qui concerne le projet de coopération en matière de défense, la France souhaitait à l’origine une coalition restreinte des  Etats plus capables en matière de défense tandis que l’Allemagne a exigé d’y associer le plus grand nombre de membres de l’UE, diluant de facto le projet avec les Etats-membres atlantistes. La chancelière Angela  Merkel a aussi publiquement exprimé son désaccord l’idée d’une nouvelle architecture européenne avec la Russie, réduisant à néant la déjà très timide ouverte de la France vis à vis de la Russie. On se souvient enfin des pressions allemandes en 2014 pour l’abandon de la livraison des navires porte-hélicoptères Mistrals construits par la France pour la Russie à la suite de la crise en Ukraine. La France avait lamentablement capitulé au détriment de la relation franco-russe

Le gouvernement Allemand ne conçoit pas l’UE autrement que comme un sous-ensemble de l’espace euro-atlantique et donne priorité à l’OTAN. La France est héritière de la vision gaullienne d’une Europe, mais ne la défend plus que de manière déclamatoire, velléitaire et déformée (la « souveraineté européenne » remplace l’Europe des patries).       

Après les déboires du président Macron et ses projets irréalistes (l’UE est irréformable par la négociation, c’est un choc à la de Gaulle qui conviendrait, la chaise vide, une menace de sortie de l’UE, des coalitions restreintes en dehors de l’UE notamment bilatérales, comme un axe franco-russe, y compris face à l’opposition de toute l’UE et OTAN. Rappelons nous la fermeté du général Gaulle et son veto contre l’élargissement de la CEE au Royaume-Uni).

Pour résumer l’Allemagne a torpillé le projet d’autonomie stratégique de l’Europe en matière de défense proposé par la France qui souhaitait réduire la  dépendance de l’UE vis à vis des Etats-Unis, et en représailles, la France cherche à torpiller l’alliance énergétique germano-russe. La thématique  énergétique est portant l’un des seuls domaines ou l’Allemagne refuse l’hégémonie des Etats-Unis qui cherche à réduire la coopération entre l’UE et  la Russie pour maintenir sa suprématie  er exporter son gaz de schiste.

Au final, ces neutralisations réciproques renforcent la dépendance des Européens  vis à vis des Etats-Unis, non seulement sur les questions géostratégiques mais aussi  énergétiques. De plus, si l’Allemagne reste ferme sur ses positions pour le projet Nord Stream soit mené à son terme,   la posture du gouvernement Macron aura été non seulement inutile mais aussi contreproductive  pour atteindre une plus grande indépendance vis à vis des Etats-Unis mais aussi pour la relation franco-russe qui est pourtant nécessaire à l’équilibre géopolitique européen.  C’est la rivalité  franco-allemande qui est au cœur des crises multiples de l’UE. Cette épisode démontre encore une fois que le préalable à la transformation du projet européen en Europe géopolitique est le rééquilibrage géopolitique franco-allemand.